Graafschap Northumbria

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Ealdormanship Northumbria
 Koninkrijk Jorvik 954 – 1217 Koninkrijk Engeland 
Koninkrijk Schotland 
Algemene gegevens
Hoofdstad Bamburgh

Northumbria was een graafschap in het noorden van Engeland en is ontstaan in 954 toen de koningen van Wessex het koninkrijk Jorvik inlijfden.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Angelsaksische herovering[bewerken | brontekst bewerken]

De koningen van Wessex veroverden het gebied van Jorvik terug van de Vikingen, maar hij wist het gebied niet te behouden. Het gebied werd na Schotse invallen verdeeld tussen het Engeland en Schotland waardoor het territorium van het graafschap gereduceerd tussen de Humber en de Tweed. Het koninkrijk Schotland verkreeg het gebied ten noorden van de Tweed nadat het de Slag bij Carham in 1018.

Normandische invasie[bewerken | brontekst bewerken]

De relatieve onafhankelijkheid van het graafschap veranderde toen Willem de Veroveraar in 1066 koning van Engeland werd. Hij besefte dat hij de controle over het graafschap Northumbria nodig had, dat in de praktijk altijd onafhankelijk was gebleven van de koning van Engeland, om zich te verdedigen van een Schotse invasie. In 1067 wees Willem Copsi aan als graaf, maar na vijf weken in dienst werd hij vermoord door Osulf II van Bamburgh.

Om Engeland tegen Schotland en daarmee de relatief onafhankelijke positie van Northumbria te verzekeren maakte Willem gebruik van de bisschop van Durham, wiens privileges en macht hij beschermde. Er volgden hierop opstanden tegen Willem en Normandische elite. Willem stelde hierop de Northumbrische edelman Robert Comine, aan als graaf van Northumbria, maarvoordat Comine het ambt kon aannemen werd hij met 700 volgelingen vermoord tijdens een bloedbad in de stad Durham. Als reactie op het bloedbad leidde Willem de Veroveraar zijn troepen een bloedige raid in Northumbria uit die later als de Harrying of the North bekend kwam te staan. De Angelsaksische bisschop van Durham Ethelwin probeerde om Northumbria tijdens de militaire raid door belastinginkomsten onafhankelijk te maken van de Engelse koning. De bisschop werd hierop gevangengezet en overleed in de isoleercel waarna zijn bisschopszetel leeg was.

De opstanden bleven voortduren en de zoon van Willem de Veroveraar William Rufus besloot om naar Northumbria af te reizen om de opstanden te onderdrukken. Willem van Saint-Calais werd benoemd tot graaf van Durham en hij verkreeg de titel van graaf met alle bijbehorende machtsmiddelen in de gebieden ten zuiden van de rivieren Tyne en Derwent, die een vorm van onafhankelijkheid behielden. In de gebieden ten noorden van de rivieren bleef de macht van de bisschop van Durham beperkt en de graaf bleef leenheer van de Engelse koning.

Graven van Northumbria[bewerken | brontekst bewerken]