Hendrik van Pruisen (1747-1767)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Hendrik van Pruisen

Frederik Hendrik Karel van Pruisen (Berlijn, 30 december 1747 - Protzen, 26 mei 1767) was een Pruisische prins uit het huis Hohenzollern.

Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]

Hendrik was de tweede zoon van prins August Willem van Pruisen uit diens huwelijk met Amalia van Brunswijk-Wolfenbüttel, dochter van hertog Ferdinand Albrecht II van Brunswijk-Bevern. Zijn oudere broer was de latere koning Frederik Willem II van Pruisen. Ook was hij de lievelingsneef van zijn oom, de Pruisische koning Frederik de Grote.

Naar familiale traditie werd hem op 16 januari 1748 de Orde van de Zwarte Adelaar verleend. Onmiddellijk na de dood van zijn vader in 1758 kwam Hendrik aan het hoofd van het Tweede Kurassiersregiment en begon hij een militaire loopbaan in het Pruisische leger. Op 20 september 1764 werd hij kapitein en compagniechef in het Eerste Gardebataljon. Op 17 september 1764 klom hij op tot kolonel en nam hij de leiding van een kurassiersregiment over. Op 26 april 1767, een maand voor zijn dood, werd hij nog gepromoveerd tot generaal-majoor.

Er wachtte hem een veelbelovende carrière in het Pruisische leger. Op 26 mei 1767 overleed hij in Protzen echter aan de pokken. Zijn oom Frederik de Grote, die even had overwogen om Hendrik tot zijn troonopvolger te benoemen, was diep geraakt door de dood van zijn neef.