IJshockey

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door 82.156.35.116 (overleg) op 9 jul 2006 om 23:46.
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
IJshockey
Goal

IJshockey valt onder de "balsporten" maar is het eigenlijk niet. De 'bal' waarmee gespeeld wordt, een puck, is een platte schijf van (bevroren) gevulkaniseerd rubber, met een diameter van 3 inch (7,5 cm) en een dikte van 1 inch (2,5 cm). De spelers gebruiken een stick met een vrij groot plat vlak. Wel is het blad van de stick gekromd waardoor er nauwkeuriger en harder geschoten kan worden. Bij rechtshandige spelers (die de stick aan de rechterkant van het lichaam houden) wijst de uiterste punt van het blad naar links, bij linkshandige spelers is dit precies andersom.

Spelregels

Het spel wordt gespeeld door 2 teams. Beide teams mogen 5 spelers tegelijk in het veld hebben staan (eigenlijk 6 maar de goalie wordt niet meegeteld); hiervan zijn er traditioneel 2 verdediger (RD en LD) en 3 aanvaller (RW, Center en LW). Omdat ijshockey een zeer intensieve sport is, mag er vrijwel voortdurend gewisseld worden. Ook spelers die eerder gewisseld waren kunnen weer terug het veld in. Op het hoogste niveau hebben teams hiertoe 4 "lines" ter beschikking, die doorgaans niet langer dan 1 minuut op het ijs blijven.


Het speelveld is verdeeld in 3 zones, die -afhankelijk van de speelrichting van het team- het verdedigingsvak, het neutrale vak en het aanvalsvak worden genoemd. Deze verdeling is belangrijk omdat de toegang tot het aanvalsvak door een Offside regel (zie onder) beperkt wordt. Het doel van het spel is om te scoren in het doel van de tegenstander, ijshockeygoals hebben een afmeting van 1m83 bij 1m23.

IJshockey is een harde en soms gevaarlijke sport dus dragen de spelers de nodige bescherming: een toque, helm, scheenbeschermers, handschoenen en bodybeschermer (schouders, borst en schouderbladen). Dit is omdat lichamelijk contact is toegestaan en de puck hard is en zeer hoge snelheden kan halen (160 km/u is geen uitzondering).

De goalie is bij ijshockey compleet ingepakt. In de eerste plaats is dit natuurlijk om letsel te voorkomen maar de uitrusting heeft ook een functionele kant, namelijk het tegenhouden van de puck. Een goalie-uitrusting bestaat uit de volgende onderdelen:

  • Speciale schaatsen; deze hebben een ander "ijzer" dan spelersschaatsen en zijn verstevigd
  • Beenbeschermers; deze komen tot ongeveer halverwege het bovenbeen. Beenbeschermers zijn maximaal 25 cm breed en 10 cm dik.
  • Keepersbroek; kenmerkend is dat keepersbroeken dikkere beschermplaten hebben en vaak ook nog eens kniestukken aan de broek vast, deze zitten dan tussen het been en de beenbeschermer in en voorkomen dat de knie "bloot" ligt wanneer de goalie op de grond valt.
  • Borstpantser; deze bedekt niet alleen de buik, borst en voorkant van de schouders maar ook de armen tot aan de pols en in veel gevallen de rug(gengraat).
  • Blocker; deze handschoen wordt gedragen aan de hand die de stick vasthoudt. Hiermee kan een schot van richting veranderd worden.
  • Vanghandschoen; beschermt de gehele hand en een deel van de onderarm.
  • Keelbeschermer; beschermt de hals en zijkant van de nek.
  • Helm; beschermt het hoofd en is voorzien van tralies om ook het gezicht te beschermen.

De goalie mag de puck met alle onderdelen van zijn of haar bescherming tegenhouden. Hiervoor wordt vaak de zogenoemde "Butterfly" stijl gebruikt. Hierbij laat een goalie zich op de knieën vallen en spreidt de onderbenen voor het lage deel van het goal. Met het bovenlichaam en de handschoenen worden dan de hoge schoten gestopt. Een goalie mag een puck vasthouden. Wanneer de puck langer dan 3 seconden vastgehouden wordt is er sprake van "freezing" en wordt het spel hervat middels een face-off.

Belangrijke regels en begrippen bij ijshockey, kijk voor alle begrippen op Categorie:IJshockeyterm. Kijk hier voor de uitleg over de ijshockeybaan:

  • Face-off: Twee spelers staan tegenover elkaar in een cirkel, de face-offcirkel". De overige spelers staan rondom de cirkel op eigen helft. De scheidsrechter gooit de puck tussen de twee spelers die deze naar medespelers proberen te spelen.
  • Icing: Wanneer team A de puck vanaf eigen helft over de achterlijn van de team B schiet. Er komt hierop een face-off op de helft van Team A.
  • Penalty: In ijshockey wordt relatief veel toegestaan, maar soms gaat een speler over de schreef. Als het een lichte (minor) overtreding is, krijgt de speler twee minuten straftijd. Bij een zware (major) overtreding vijf minuten. Als het echt te ver is gegaan, krijgt een speler een game misconduct: een soort rode kaart. Na een penalty krijgt de tegenstander een powerplay.
  • Powerplay: Situatie waarbij een ploeg met een (of twee) speler(s) meer speelt dan de tegensander (ten gevolge van een penalty).
  • Checken: de tegenstander een (reglementaire) duw geven.
  • Offside: wanneer een speler eerder in het aanvalsvak komt dan de puck.
  • Boarding: de omzoming om het veld. De boarding is 1.22m hoog. Meestal wordt de boarding aangevuld met een net of een wand van plexiglas. Dit ter voorkoming van in het publiek komende pucks. Een toeschouwer kan hierdoor een letsel oplopen.

IJshockey in Nederland

IJshockey in Nederland wordt georganiseerd door de Nederlandse IJshockey Bond. De sport telt (actieve) clubs in Amsterdam, Assen, Den Bosch, Den Haag, Dordrecht, Eindhoven, Geleen, Groningen, Heerenveen, Leeuwarden, Leiden, Nijmegen, Tilburg, Utrecht en Zoetermeer.

Er zijn drie competities op landelijk niveau: Eredivisie, Eerste Divisie en Junioren B. De overige competities worden regionaal georganiseerd. In 2003 telde de Nederlandse IJshockey Bond ca. 1800 geregistreerde spelers (mannen en vrouwen!)

Mondiaal neemt Nederland een plaats in de middenmoot in, zowel bij de mannen als bij de vrouwen. De mannenploeg is sinds 1990 een min of meer 'vaste waarde' in de B-groep, die sinds 2000 luistert naar de naam 'Division I'. Hoogtepunt uit de geschiedenis van het nationaal team was de deelname aan de Olympische Winterspelen van 1980 in Lake Placid (negende plaats), en het wereldkampioenschap voor A-landen in 1981 in Zweden.

IJshockey in België

In België wordt de sport georganiseerd door de Koninklijke Belgische IJshockey Federatie (KBIJF) gevestigd in Tremelo. Belgische clubs zijn er (o.a.) in Brussel, Deurne,Gullegem, Hasselt, Heist, Herentals, Leuven, Liedekerke, Luik, Turnhout en Eeklo.

België was aanvankelijk een van de grootmachten in het internationaal ijshockey. Het werd Europees Kampioen in 1913 (de kampioenschappen waren toen nog een louter Europese aangelegenheid, de Amerikanen sloten zich pas later bij de internationale bond aan) en behaalde in die jaren ook nog 3 bronzen medailles. Sindsdien heeft de sport in België een grote terugval gekend, en België staat momenteel (2003) op plaats 33 van de mondiale ranglijst. Het vrouwenteam van België staat 21e op de mondiale ranglijst.

IJshockey internationaal

Internationaal wordt georganiseerd ijshockey gespeeld in 68 landen, waarvan er 63 zijn aangesloten bij de in Zürich zetelende Internationale IJshockey Federatie. Onder de aangesloten leden bevinden zich enkele exotische landen als Brazilië en Thailand, waar slechts één club is ingeschreven. Onder auspiciën van de IIHF wordt elk jaar, zowel bij de mannen als de vrouwen, een wereldkampioenschap georganiseerd.

De sport is vooral 'groot' in Noord-Amerika, Rusland, Tsjechië, Slowakije, Scandinavië en Zwitserland. In Finland is het de belangrijkste volkssport, en is de ijshockeybond de sportbond met het grootste aantal actieve leden. De belangrijkste ijshockeycompetitie ter wereld is de Amerikaans-Canadese NHL. Het grootste deel van de Internationals is actief in deze league, waar overigens ook iets andere regels gelden dan elders. Zo is er iets meer fysiek contact toegestaan en het speelveld is iets kleiner.

De geschiedenis van IJshockey

Montréal wordt het meest genoemd als de plek waar ijshockey begonnen is (Hoewel Kingston, Ontario en Halifax, Nova Scotia ook aansprak maken op die titel), maar er is een Nederlands schilderij uit de 16e eeuw, waarop een aantal mensen te zien is die iets soortgelijks spelen op een kanaal.

Toen Engeland Canada veroverde van Frankrijk in 1763, ontwikkelden soldaten een sport door hun kennis van hockey te combineren met de fysieke aspecten van wat de Mi'kmaq stam van Nova Scotia dehuntshigwa'es noemden (lacrosse) om de lange koude winters van Canada door te komen.

IJshockey is sinds 1920 (Antwerpen) een Olympische sport.

Nederlandse clubs

Externe links

Sjabloon:SportNavigatie Sjabloon:OlympischeWinterspelen