Naar inhoud springen

Johannes Pieter Klautz

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Johannes Pieter (Ted) Klautz (Deventer, 11 mei 1904Den Haag, 23 januari 1990) was uitgever, schrijver, bestuursvoorzitter van Elsevier en oprichter van Elsevier Weekblad en Bres.[1]

Na de hbs in Amsterdam, studeerde Klautz even sociale geografie aan de Universiteit van Amsterdam.[2] Als drop out ging hij als verslaggever aan de slag bij De Telegraaf om al in 1927 directiesecretaris te worden in dienst bij uitgeverij Elsevier, waar hij snel carrière maakte als rechterhand van Herman Robbers, die hij in 1931 (nog steeds twintiger) opvolgde als directeur, na reeds in 1929 te zijn benoemd tot mededirecteur.[3] Een bliksemcarrière kortom. In 1944 volgde zijn benoeming tot president-directeur, een functie die hij zou bekleden tot 1952.

Samen met voormalig Telegraaf-journalist Henk Lunshof richtte hij gedurende de Duitse bezetting Elseviers Weekblad op, waarvan het eerste nummer verscheen op 27 oktober 1945. Met de grote winsten die het tijdschrift realiseerde, wist Klautz de kleine wetenschappelijke tak van uitgeverij Elsevier sterk uit te bouwen en legde zo de basis voor werelds grootste wetenschappelijke uitgeverij. Hij opende kantoren in Brussel, Londen, New York en Houston.[2]

Klautz was enig kind van Jan Willem Klautz (1871-1935), procuratiehouder, en Hendrina Maria Elizabeth Strous (1880-1921). Hij trouwde op 14 november 1933 met de juriste Henriëtte Josephine ('Hetty') Deenik (1907-2000).[4] Beiden liggen begraven op begraafplaats Westerveld in Driehuis. Ze zijn de ouders van Herman Theodoor (Ted) Klautz (1934), vernoemd naar Herman Robbers, de musicologe schrijfster en journaliste Henriëtte Maria Klautz (1936) en Menno Klautz (1938-2001). Een kleinkind is de schrijfster Eva Posthuma de Boer.

  • 'Jules Verne's leven', in: A.J. Botenius Brouwer e.a., Jules Verne. Zijn werken en leven gezien door hedendaagsche schrijvers (Amsterdam, 1928).
  • Rede uitgesproken ter gelegenheid van de inwijding van het nieuwe Elseviergebouw aan de Spuistraat te Amsterdam, 12 maart 1952 (Amsterdam, 1952).
  • Door allen beleefd, door niemand beseft. Positieve kanten van een fantastische werkelijkheid (Den Haag, 1965).
  • Mensheid in de maalstroom. Een keuze uit Bres 17-25 (Den Haag, 1972). Samenstelling en inleiding.
  • Jacques Bergier, Verdoemde boeken (Deventer, 1973). Vertaald uit het Frans.
  • Stuart Holroyd, Niet alleen de mens denkt. Fascinerende contacten met apen, dolfijnen, computers, geesten en demonen (Den Haag, 1979). Redactie (samen met Alexandra Gabriëlli)
  • In de ban van mijn schaduw (Huizen, 1987). Memoires, met een nawoord van Jan de Hartog.
  • Cornelis D. Andriesse, Dutch Messengers. A History of Science Publishing, 1930–1980 (Brill, Leiden/Boston, 2008).
  • Sjors de Heuvel, Empowering Knowledge. The Story of Elsevier (Amsterdam, 2018).
  • Sjors de Heuvel, 'Ted Klautz (1904-1990). Een visionair uitgever' in: Arendo Joustra, Non Solus. Uitgevers en gouden knapen van Elsevier (Amsterdam, 2020), p. 57-67.

Archiefstukken over Klautz zijn te vinden in het:

  1. BRES. www.bresmagazine.nl. Gearchiveerd op 13 mei 2021. Geraadpleegd op 1 januari 2021.
  2. a b Wie is dat? (1956).
  3. Adriaan Venema, Schrijvers, uitgevers en hun collaboratie. Deel 4 Uitgevers en boekhandelaren (1992), p. 40.
  4. Driehuis - Begraafplaats Westerveld - - graf 1314099. www.online-begraafplaatsen.nl. Geraadpleegd op 1 januari 2021.