Volgens de toelatingsregels van het Internationaal Olympisch Comité mogen er maximaal tien mannen en tien vrouwen per land worden afgevaardigd naar de Spelen indien een land het maximum aantal quotaplaatsen binnenhaalt.[1] Bij de wereldbekerwedstrijden voorafgaand aan het OKT werd op alle afstanden het maximum aantal startplekken verdiend, ook plaatsten beide achtervolgingsteams en twee rijders en rijdsters op de massastart zich. Door het maximaal aantal startplaatsen heeft de Selectiecommissie Langebaan (SCL) het recht op een maximum aantal Aanwijsschaatsers van drie per sekse. Deze Aanwijsschaatsers kunnen per sekse door de SCL als volgt worden ingezet:
Twee voor de ploegenachtervolging en een voor een individuele afstand of;
Eén voor de ploegenachtervolging en twee voor (een) individuele afstand(en) of;
Drie voor (een) individuele afstanden(en);
Indien Nederland acht of minder ISU quotaplaatsen per sekse had behaald, had de SCL recht gehad op twee Aanwijsschaatsers per sekse.
Een Aanwijsschaatser kan de plaats innemen van een schaatser die zich op basis van de uitslag van het OKT heeft geplaatst. Een Aanwijsschaatser kan op één of meerdere afstanden worden voorgedragen voor kwalificatie/uitzending. Met uitzondering van de tweede startpositie op de massastart krijgt een Aanwijsschaatser voor een individuele afstand de eerste startpositie in de selectievolgorde toegewezen. Een Aanwijsschaatser voor de ploegenachtervolging krijgt de laagste startpositie toegekend in de voordracht voor kwalificatie/uitzending.
Er is van tevoren een 'prestatiematrix' opgesteld om de selectievolgorde te bepalen indien er meer dan tien schaatsers zich plaatsen voor de olympische selectie. De prestatiematrix bepaalt welke plaatsen (en daarmee welke schaatsers) prioriteit hebben. De prestatiematrix is opgesteld door Ortec Sport op basis van een advies van de Rijksuniversiteit Groningen. De prestatiematrix is voor het eerst gebruikt in 2014 en de opzet van de matrix is grotendeels hetzelfde als in 2014.
De prestatiematrix is berekend op basis van de volgende wedstrijden:
De afzonderlijke uitslagen van de ISU World Cups uit het seizoen 2016-2017, uitgezonderd World Cup 5 Berlijn 27-29 januari 2017, met wegingsfactor één;
De uitslag van het ISU WK afstanden seizoen 2016-2017 met wegingsfactor twee;
De afzonderlijke uitslagen van de ISU World Cups in november en december 2017, met wegingsfactor twee;
Op het OKT wordt geen massastart verreden. De 1e startplek op de massastart wordt aangewezen door de bondscoach. Dit gebeurt uiterlijk tien dagen vóór het OKT. De aangewezen rijder per sekse is zeker van de Spelen indien de 1e startplek hoog genoeg in de prestatiematrix staat. Daarnaast maakt de bondscoach uiterlijk 10 dagen vóór het OKT de drie namen per sekse bekend van de potentiële Aanwijsschaatsers voor de ploegenachtervolging.
Na het OKT wordt door de SCL de selectievolgorde van namen vastgesteld, op basis van de uitslag van het OKT, de door de Bondscoach benoemde schaatser voor de eerste startpositie massastart en het besluit over Aanwijsschaatsers. Op uiterlijk 2 januari 2018 wordt de olympische ploeg voorgedragen aan het NOC*NSF.
* Kai Verbij moest zich wegens een blessure afmelden voor de 1.000 meter tijdens het OKT. Hij krijgt voor deze afstand een aanwijsplaats. Thomas Krol, die tijdens het OKT derde werd op de 1.000 meter, schuift hierdoor door naar plek 4 en valt zodoende buiten de selectie. Indien Kai Verbij niet op tijd fit blijkt te zijn voor de Spelen wordt de vierde man op de 500 meter Hein Otterspeer ingeschoven. Hein Otterspeer zal dan ook de 1000 meter rijden.[4]
* Kai Verbij moest zich wegens een blessure afmelden voor de 1.000 meter tijdens het OKT. Hij krijgt voor deze afstand een aanwijsplaats. dit betekent dat Verbij bovenaan de uitslag van de 1000m wordt geplaatst en de rest een positie opschuift.[4]
De tweede Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City, mits bij de beste 3 en behorend tot de internationale top 20 in een klassement 500m-1000m, dit naar oordeel van de SCL
De beste Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City
Geen rijder voldoet aan deze eis
De tweede Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City, mits bij de beste 3 en behorend tot de internationale top 20 in een klassement 500m-1000m, dit naar oordeel van de SCL
* Kai Verbij kan niet deelnemen vanwege een scheurtje in de adductor[8]
** Vanwege het binnenhalen van startplekken voor de WK sprint mogen de nr. 3 en 4 van het klassement over de 500-1000m van het OKT Hein Otterspeer en Michel Mulder, naast de WK-gangers Kjeld Nuis en Ronald Mulder zowel starten op de 500 als 1000m. De 2e 500m en 2e 1000m wordt Michel Mulder vervangen door de afstandsspecialisten Dai Dai Ntab (500m) en Thomas Krol (1000m)
De beste Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City
Geen rijder voldoet aan deze eis
De tweede Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City, mits bij de beste 3 en behorend tot de internationale top 20 in een klassement 1500m-5000m, dit naar oordeel van de SCL
De beste Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City
Geen rijder voldoet aan deze eis
De tweede Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City, mits bij de beste 3 en behorend tot de internationale top 20 in een klassement 1500m-5000m, dit naar oordeel van de SCL
De beste Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City
Geen rijder voldoet aan deze eis
De tweede Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City, mits bij de beste 3 en behorend tot de internationale top 20 in een klassement 500m-1000m, dit naar oordeel van de SCL
De beste Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City
Geen rijder voldoet aan deze eis
De tweede Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City, mits bij de beste 3 en behorend tot de internationale top 20 in een klassement 500m-1000m, dit naar oordeel van de SCL
De beste Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City
Geen rijder voldoet aan deze eis
De tweede Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City, mits bij de beste 3 en behorend tot de internationale top 20 in een klassement 1500m-3000m, dit naar oordeel van de SCL
De beste Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City
Geen rijder voldoet aan deze eis
De tweede Nederlandse rijder van het ISU World Cup klassement, na ISU World Cup Salt Lake City, mits bij de beste 3 en behorend tot de internationale top 20 in een klassement 1500m-3000m, dit naar oordeel van de SCL