Otto Fabricius
Otto Fabricius | ||
---|---|---|
Algemene informatie | ||
Geboren | 6 maart 1744 Rudkøbing | |
Overleden | 20 mei 1822 Kopenhagen | |
Nationaliteit(en) | Deens | |
Beroep(en) | missionaris, natuuronderzoeker, etnograaf, ontdekker |
Otto Fabricius (Rudkøbing, 6 maart 1744 - Kopenhagen, 20 mei 1822) was een Deens missionaris, natuuronderzoeker, etnograaf en ontdekker. Hij is in de jaren 1768–1773 naar Groenland gestuurd en in die periode maakte hij vele observaties en collecties. Zijn onderkomen op Groenland was primitief: hij woonde in een inuitenhut gebouwd van turf met als enige kunstmatige licht een olielamp. Daarnaast had hij een boek bij zich, Systema Naturae van Carl Linnaeus. Echter had hij voldoende resultaten om in 1780 terug in Denemarken het boek Fauna Groenlandica uit te brengen. Hierin omschreef hij 473 diersoorten, waarvan 130 nog nooit eerder waren ontdekt. Daarbij gaf hij beschrijvingen van het uiterlijk, habitat en gedrag, de naam die de inuiten aan het dier gaven, hoe zij het dier gebruikten en hoe zij het dier vingen.
- Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Otto Fabricius op de Engelstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.