Overleg:Oud-Egyptische wiskunde

Hoog niveau

Het lemma begint met "Wiskunde in de Egyptische oudheid haalde een vrij hoog niveau". Ik meen dat deze (ongefundeerde) uitspraak nét iets minder waar is dan "Wiskunde in de Egyptische oudheid haalde een laag niveau". Een beschaving die ongeveer twintig eeuwen lang heeft kunnen schrijven, en niettemin de wiskunde niet verder kon brengen dan optellen, aftrekken, moeizaam vermenigvuldigen en delen, oppervlakteberekening van eenvoudige figuren, en inhoud van cylinders en afgeknotte pyramiden. Niet meer dan wat rudimentair lagere-schoolrekenen (dit is geen wiskunde). Een tientallig systeem, maar met inadequate cijfers, en zonder nul. De astronomie - waar men ook hier en daar hoog van opgeeft - kende een 365-dagen-jaar, hetgeen een botte kalender oplevert zonder schrikkeljaren, alleen geschikt voor geschiedschrijving. Zonder kalender is er geen astronomie. Het lemma beweert dat zij het principe van de stelling van Pythagoras kenden. Er is alleen aangetoond dat zij een rechte hoek konden construeren met de cijfers 3, 4, en 5. Dat is veel minder dan de stelling van Pythagoras, en bevat ook niet het "principe", wat dat ook wil zeggen.
Door te menen dat de wiskunde van vrij hoog niveau is, sluit men zijn denken af voor een interessante vraag, die inzicht zou kunnen geven in de denkwereld van de mensen van millennia geleden: waarom waren zij niet geïnteresseerd in wiskunde en wetenschap? Was er theologische weerstand tegen wetenschap? Waarom bestond er geen speculatie over natuurfenomenen, wiskundige problemen die verder reikten dan simpele rekenpraktijk van boekhouders en wat landmeten? En nóg een vraag: wat bezielt de latere generaties om de Egyptenaren de hemel in te prijzen? Riyadi (overleg) 24 sep 2014 22:26 (CEST)
Kheb de toon van het lemma toch maar even lager gezet. Riyadi (overleg) 17 sep 2015 15:03 (CEST)