Overleg:Vespers

Pagina-inhoud wordt niet ondersteund in andere talen.
Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Dat verhaaltje over de etymologie van vespers (woordgebruik) is nogal onduidelijk. Ik zou graag argumenten willen zien en vooral BRONNEN, BRONNEN en nog eens BRONNEN. Aangezien vespers van het latijnse vespera is afgeleid, kan de 's' etymologisch eigenlijk niet verklaard worden. In iedergeval niet zonder extra uitleg. In het Duits is het overigens ook "Vesper" zonder 's'. In de Franse en Italiaanse versies wordt het woord vepres/vesperi als meervoud gebruikt: "Les vêpres sont un..." en "I vespri sono la...".

--Grensganger 8 nov 2006 09:56 (CET)[reageer]

Het woord vespers wordt hier steeds als enkelvoud gebruikt, maar het is toch gewoon het meervoud van vesper? Zie ook http://woordenlijst.org/zoek/?q=vesper&w=w Vernoeming 26 okt 2010 12:28 (CEST)[reageer]
Na vijf jaar is nog steeds de -s van versperS niet verklaard. Het Latijnse woord voor avond is het in ieder geval niet. Dat is namelijk vesper met als meervoud vesperi. Ook een vrouwelijke enkelvouds(!)vorm vespera komt voor. Ook dat geeft geen vesperS. Jcwf (overleg) 21 jun 2011 07:53 (CEST)[reageer]
Als men over etymologie wil praten kan het nooit kwaad een paar honderd jaar terug te graven in onze taal. En wat leert ons dat? zowel in het vroeg Middelnederlands als in het Middelnederlands komt vesper zowel in het enkelvoud als in het meervoud voor. (VMNW: Vroegmiddelnederlands Woordenboek. Red. W.J.J. Pijnenburg, K.H. van Dalen-Oskam, K.A.C. Depuydt, T.H. Schoonheim. Leiden: Instituut voor Nederlandse Lexicologie, 2001.; MNW: Middelnederlandsch Woordenboek. Red. E. Verwijs en J.Verdam. ’s-Gravenhage: Martinus Nijhoff, 1885-1952.) Vesper komt dus volgens de lexicologen van het latijnse Vespera en Vespers is onze moderne versie van Vesperen (denk aan vaderen ==> vaders) afkomstig van het kerk-Latijnse Vesperae (volgens Kiliaan van o.m. horae vespertinae) . Zie de verklaring van de lexicologen hierbij plus een aantal voorbeelden uit het vroeg Middelnederlands en uit het Middelnederlands. In het modern Nederlands is er een prachtig muzikaal voorbeeld: De Siciliaanse Vespers van Giuseppe Verdi. Ook de Franse wikipedianen geven dezelfde etymologische afkomst: Ce mot latin est lui-même une translittération du mot grec « hesperos » qui veut dire « coucher du soleil », provenant de l'indo-européen qui a formé le mot anglais et allemand « west », l'endroit où le soleil se couche. Le mot indique donc un moment précis de la journée. In het Duits is Vesper trouwens ook meervoud (kijk naar de Siciliaanse vespers) maar de Duisers spreken ook niet van Kinders of Kinderen, wij nederlandstaligen wel. Mooi is dat de Zweden en Noren het hebben over AVONDgezangen

MNW Modern lemma: vesper znw. m. en vr. Mhd. vësper, vr.; mnd. vesper, vr.; ohd. vëspera, vr.; hd. vesper; ndl. vesper. Van lat. vespera, vanwaar ook fra. vêpre. Het woord is ontleend door de latijnsche kerktaal; vgl. Franck-Van Wijk op vesper. ==>1) Vesper, het voorlaatste der getijden of kanonieke uren, in den namiddag of tegen den avond; ook de alsdan gehouden kerkdienst en de daarbij gebruikte gebeden, gezangen enz. Ook in het mv. vesperen, beantwoordende aan mlat. vesperae, fra. vêpres. Zie Duc. op vesperae: “una ex horis ecclesiasticis, quae sub vesperam dicitur”. Teuth. vesper, dat getijde dat men heldt, vespere (d. i. vesperae); vesper maken, syngen of lesen, vesperare; die vesper die men synghet of leset, vesperi (ml. mv.). Kil. vesperen, vesperghetijden horae vespertinae, preces vespertinae, sacra pomeridiana vulgo vesperae.

==>2) Als tijdsbepaling, achtermiddag, vooravond. In die X ure (gerekend van zes uur's morgens), die wi Vesperen heten, vanden daghe, quamen die Joden tote Pylatuse, Ruusb. 5, 279. Hierna, doent ten avonde naecte, in die elfte ure vanden daghe, die noch vesperen toehoort, doe … ghinc (Joseph van Arimatiën) tote Pylatuse, ald. Al eist dat si spade te werke gaen, te priemen, te tiertschen, te noenen noch, ja te vesperen, (zij) comen doch, Amand I, 4347; ook II, 4297, Vlaanderen, 1440-1460. Isset vesper, isset noen, Hild. 250, 98. Te vesperen wert Jhesus vanden cruce ghedaen, Vad. Mus. 2, 437. Die ooc te vesperen sterven, die behout men over nacht, na der primen des andren daghes te begraven, D. Orde 218, Holland/Noord-Oost Nederland, 1440-1460. — Waarschijnlijk behoort hiertoe Dagb. v. Gent 2, 216 (a. 1468): “dat zy (kamerlingen) ooc mit hem ryden telcken als hy uutrede omme messe, vesperen, binnen of buten”. ᴁOok als beeldspraak van het naderend levenseinde, den avond van het leven. Daer ic hudenmeer aff (van eene liefde in de jeugd) zwighe, want vesper is over langhe gheluut (nl. voor mij), MLoop I, 72 (vgl. ald. 76: doet was missetijt aen den dach).


VMNW Modern lemma: vesper Etymologie: Uit Lat. vespera 'vesper, avond' (vgl. Franck/Van Wijk, p. 739).

==>1. Vesper, het zesde van de zeven getijden of canonieke uren, d.w.z. speciale gebeden (en/of gezangen) die dagelijks op bepaalde tijdstippen door geestelijken werden verricht. Oorspr. gehouden in de (voor)avond, vgl. Strubbe/Voet, p. 16-18. Nemar tallen andren getiden. namelike te primen. tondern. temiddage. tenonen ende teuespren. (bidt men:) deus+in+adiutorium. gloria+patri. ende danne pater+noster. Corp.I p. 26, r. 17-19, Gent, Oost-Vlaanderen, 1236 ᴁIn de verbinding vesperen singhen Vespers zingen. Daer+na gheuielt eens datte nonnen vessperen hoechlec te singgene begonnen Lutg.A p. 60, r. 33-34, Brabant-Oost, 1276-1300 Men conste geloeuen nyet lichteleke wie vtermaten blideleke si haer ghetiden te singhene plach... Doen gheuielt op enen dach dat si haer uesperen na behoer metten nonnen sanc in den coer (...) Lutg.A p. 54, r. 22-27, Brabant-Oost, 1276-1300 ==>1.1. Bij uitbr.: vesper(dienst), kerkdienst waarin de betreffende gebeden werden verricht. jn de maent van nouembre. saterdaghes na alre helghen messe jn die kerke van sent donaes na vespren . Corp.I p. 91, r. 11-13, Brugge, West-Vlaanderen, 1266 Te messen ende te uespern ende te completen moten si alle sin; ende oc sondachs ende mesdachs te mattinen het ne ware dat hem siechede of ander wettelike noetsake bename. Corp.I p. 26, r. 7-10, Gent, Oost-Vlaanderen, 1236 Die uan messen of uan uesperen of uan den capitele gebrect. die sprect in tid uan silentien; Corp.I p. 28, r. 13-14, Gent, Oost-Vlaanderen, 1236 Jpemery (overleg) 17 jul 2011 21:38 (CEST)[reageer]

Externe links aangepast[brontekst bewerken]

Hallo medebewerkers,

Ik heb zojuist 1 externe link(s) gewijzigd op Vespers. Neem even een moment om mijn bewerking te beoordelen. Als u nog vragen heeft of u de bot bepaalde links of pagina's wilt laten negeren, raadpleeg dan deze eenvoudige FaQ voor meer informatie. Ik heb de volgende wijzigingen aangebracht:

Zie de FAQ voor problemen met de bot of met het oplossen van URLs.

Groet.—InternetArchiveBot (Fouten melden) 23 okt 2017 11:47 (CEST)[reageer]