De Noordelijke brigade onder leiding van brigadegeneraal William W. Averell botste op de Zuidelijke brigade van brigadegeneraal William E. "Grumble" Jones. Averell viel de Zuidelijke stellingen aan evenwel zonder succes. De Zuidelijken ontvingen versterkingen van brigadgeneraal John Hunt Morgan en voerden een tegenaanval uit. Hierbij werden de Noordelijke verjaagd. De volgende dag keerde Averell terug naar West Virginia.