Algol 68: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Regel 9: Regel 9:
===Orthogonaliteit===
===Orthogonaliteit===


Met orthogonaliteit wordt in dit verband bedoeld dat taalconstructies zo algemeen toepasbaar zijn als mogelijk. Voordeel hiervan is dat de programmeur alleen een paar algemene taalconstructies hoeft te leren, in plaats van een heleboel specifieke constructies voor specifieke situatie. Nadelen zijn dat alle combinaties van alle constructies wel een ondubbelzinnige interpretatie moeten hebben, wat de specificatie ingewikkeld maakt, en ook dat dus ook allerlei weinig gebruikte combinaties wel geldig zijn, wat het voorkomen van niet-opgespoorde programmeerfouten in de hand werkt.
Met orthogonaliteit wordt in dit verband bedoeld dat taalconstructies zo algemeen toepasbaar zijn als mogelijk. Voordeel hiervan is dat de programmeur alleen een paar algemene taalconstructies hoeft te leren, in plaats van een heleboel specifieke constructies voor specifieke situatie. Nadelen zijn dat dat allerlei weinig gebruikte combinaties wel geldig zijn, wat het voorkomen van niet-opgespoorde programmeerfouten in de hand werkt, en dat alle combinaties van alle constructies wel een ondubbelzinnige interpretatie moeten hebben, wat de specificatie ingewikkeld maakt.


Een voorbeeld is dat in Algol 68 [[statement]]s en [[expressie]]s grotendeels uitwisselbaar zijn: het is zondermeer geldig om dingen op te schrijven als
Een voorbeeld is dat in Algol 68 [[statement]]s en [[expressie]]s grotendeels uitwisselbaar zijn: het is zondermeer geldig om dingen op te schrijven als

Versie van 31 jul 2008 18:00

Algol-68 is een procedurele programmeertaal, ontworpen in 1968 als beoogd opvolger van Algol 60, door een werkgroep onder leiding van Aad van Wijngaarden. Het doel was om met een algemeen bruikbare programmeertaal te komen die tegelijk veelzijdig en netjes opgezet en gespecificeerd moest zijn. De taal is omvangrijk, met allerlei innovatieve voorzieningen, maar tegelijk erg orthogonaal. De zeer gedetailleerde specificatie is sinds de herziening in 1971 niet veranderd. De syntaxis van de taal, inclusief het niet-contextvrije aspect, is helemaal gespecificeerd in de speciaal voor dit doel ontwikkelde Van Wijngaarden-grammatica.

De ingewikkeldheid en ambities van taal en specificatie zorgden al tijdens de ontwikkeling voor weerstand, ook binnen de werkgroep: Niklaus Wirth stapte er uit en kwam met het eenvoudigere Pascal. Ook de meeste Algol 68-compilers ondersteunen niet alle taalvoorzieningen, maar ze ondersteunen wel een taal die rijker en ingewikkelder is dan Pascal.

Het gebruik van Algol 68 is dan vooral tot het onderwijs beperkt gebleven, waar Pascal populairder was; dit terwijl ook Pascal lange tijd een puur academisch product is gebleven in vergelijking met talen als Fortran, PL/1 en C.

Het belang van Algol 68 ligt daarom vooral in de innovatieve taalconstructies en beschrijvingstechnieken, waarvan veel bij latere talen is overgenomen.

Orthogonaliteit

Met orthogonaliteit wordt in dit verband bedoeld dat taalconstructies zo algemeen toepasbaar zijn als mogelijk. Voordeel hiervan is dat de programmeur alleen een paar algemene taalconstructies hoeft te leren, in plaats van een heleboel specifieke constructies voor specifieke situatie. Nadelen zijn dat dat allerlei weinig gebruikte combinaties wel geldig zijn, wat het voorkomen van niet-opgespoorde programmeerfouten in de hand werkt, en dat alle combinaties van alle constructies wel een ondubbelzinnige interpretatie moeten hebben, wat de specificatie ingewikkeld maakt.

Een voorbeeld is dat in Algol 68 statements en expressies grotendeels uitwisselbaar zijn: het is zondermeer geldig om dingen op te schrijven als

 i := j +:= 5;   # tel 5 op bij j, en wijs de waarde (5) van het resultaat (j) toe aan i
 (i := j) +:= 5  # wijs de waarde van j toe aan i, en tel bij het resultaat (i) 5 op

Een tweede voorbeeld is dat in Algol 68 de komma-operator een algemene verbinder van statements is: ik kan een typische for-lus (vgl. bv. [1]) opschrijven

 FOR int i = 1, int j = 1, int total = 0
 WHILE i <= UPB s AND j < UPB t
 DO
   s[i+:=1] := t[j+:=1] + t[j+:=1];
   total += s[i]
 OD

maar net zo goed

 FOR int i = 1; int j = 1; int total = 0
 WHILE i <= UPB s AND j < UPB t
 DO
   s[i+:=1] := t[j+:=1] + t[j+:=1],
   total += s[i]
 OD

alleen is de resulterende waarde van total in het tweede geval onvoorspelbaar, omdat de statements die de komma verbindt in willekeurige volgorde en zelfs tegelijk mogen worden uitgevoerd.

In dit opzicht doet de taal wel wat denken aan Perl.

Typering

Algol 68 is sterk, statisch getypeerd: elke variabele, of om precies te zijn elke expressie die een geheugenlocatie aanduidt, heeft een specifiek type, en alle waarden die de locatie aan kan nemen moeten van dat type zijn.

Tegelijk is er echter een ingewikkelde coercie (automatische typeconversie) afhankelijk van de context waarin een expressie voorkomt. Zelfs het nemen van de waarde van een variabele (zoals in i := j) is in Algol 68 een coercie.

Willekeurig complexe typen kunnen geconstrueerd worden met behulp van onder andere de constructoren PROC (om subroutines te maken met argumenten en resultaat van een gegeven type) en REF (om het type aan te duiden waar waarden van het gegeven typen in gestopt kunnen worden). Dit is veel nagevolgd, bijvoorbeeld in C, terwijl andere talen hogere-ordefuncties en pointers van pointers gewoon met een vast pointer-type "pointer" aanduiden (wat in de praktijk, door casting, ook veel gebeurt in C), of zelfs helemaal niet toestaan.

Het REF-mechanisme bleek echter door de automatische typecoercie en andere syntactische afkortingen voor verwarring in het gebruik te zorgen. Dit is beter in Pascal en C.

Externe links

  1. de for-loop in C