Programmeerparadigma: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
DéRahier (overleg | bijdragen)
k diakritische en andere typo's met AWB
Regel 6: Regel 6:
In [[imperatief programmeren|imperatieve]] paradigma's is een programma in essentie een reeks instructies die het [[computergeheugen|geheugen]] manipuleren en die op volgorde door de computer worden uitgevoerd. Deze stijl van programmeren staat dicht bij de werking van een computer en werden derhalve als eerste praktisch gerealiseerd.
In [[imperatief programmeren|imperatieve]] paradigma's is een programma in essentie een reeks instructies die het [[computergeheugen|geheugen]] manipuleren en die op volgorde door de computer worden uitgevoerd. Deze stijl van programmeren staat dicht bij de werking van een computer en werden derhalve als eerste praktisch gerealiseerd.


Bij [[declaratief programmeren]] zijn programma's stelsels van definities in een [[formeel systeem]]. De volgorde van uitvoering van het programma wordt grotendeels impliciet gelaten; deze wordt bewerkstelligd door een algemeen [[algoritme]] dat afleidingen in het formele systeem maakt. [[Functioneel programmeren|Functionele]] talen zijn gebaseerd op formalismes zoals de theorie van [[recursietheorie|recursieve functies]] of de [[lambdacalculus]] programma's. Hieronder worden [[functie (wiskunde)|wiskundige functies]] gedefinieerd die invoer in uitvoer transformeren. Bij [[logisch programmeren]], gebaseerd op (doorgaans) [[predikatenlogica]], zijn het definities van predikaten die een bepaalde [[relatie (wiskunde)|relatie]] tussen objecten in het geheugen uitdrukken.
Bij [[declaratief programmeren]] zijn programma's stelsels van definities in een [[formeel systeem]]. De volgorde van uitvoering van het programma wordt grotendeels impliciet gelaten; deze wordt bewerkstelligd door een algemeen [[algoritme]] dat afleidingen in het formele systeem maakt. [[Functioneel programmeren|Functionele]] talen zijn gebaseerd op formalismes zoals de theorie van [[recursietheorie|recursieve functies]] of de [[lambdacalculus]] programma's. Hieronder worden [[functie (wiskunde)|wiskundige functies]] gedefinieerd die invoer in uitvoer transformeren. Bij [[logisch programmeren]], gebaseerd op (doorgaans) [[predikatenlogica]], zijn het definities van predicaten die een bepaalde [[relatie (wiskunde)|relatie]] tussen objecten in het geheugen uitdrukken.


[[Objectoriëntatie|Objectgericht]] programmeren (''object oriented programming'') stelt niet de berekening, maar de gegevens centraal: deze worden verpakt in ''objecten'', tegenwoordig vaak gerangschikt in een hiërarchie van ''klassen''. Objecten sturen elkaar ''berichten'' ([[Smalltalk]]) of roepen elkaars ''methoden'' aan ([[Java (programmeertaal)|Java]]); alleen zo hebben ze toegang tot elkaars gegevens. De methoden/reacties op berichten zijn procedures die de interne gegevens van een object manipuleren.
[[Objectoriëntatie|Objectgericht]] programmeren (''object oriented programming'') stelt niet de berekening, maar de gegevens centraal: deze worden verpakt in ''objecten'', tegenwoordig vaak gerangschikt in een hiërarchie van ''klassen''. Objecten sturen elkaar ''berichten'' ([[Smalltalk]]) of roepen elkaars ''methoden'' aan ([[Java (programmeertaal)|Java]]); alleen zo hebben ze toegang tot elkaars gegevens. De methoden/reacties op berichten zijn procedures die de interne gegevens van een object manipuleren.

Versie van 9 nov 2008 01:41

In de informatica is zijn programmeerparadigma's stijlen van programmeren, die voornamelijk verschillen in de wijze waarop control flow wordt uitgedrukt. Programmeertalen zijn doorgaans ontworpen om het programmeren in één of enkele paradigma's te faciliteren.

Gangbare paradigma's

Verschillende paradigma's zijn in algemeen gebruik.

In imperatieve paradigma's is een programma in essentie een reeks instructies die het geheugen manipuleren en die op volgorde door de computer worden uitgevoerd. Deze stijl van programmeren staat dicht bij de werking van een computer en werden derhalve als eerste praktisch gerealiseerd.

Bij declaratief programmeren zijn programma's stelsels van definities in een formeel systeem. De volgorde van uitvoering van het programma wordt grotendeels impliciet gelaten; deze wordt bewerkstelligd door een algemeen algoritme dat afleidingen in het formele systeem maakt. Functionele talen zijn gebaseerd op formalismes zoals de theorie van recursieve functies of de lambdacalculus programma's. Hieronder worden wiskundige functies gedefinieerd die invoer in uitvoer transformeren. Bij logisch programmeren, gebaseerd op (doorgaans) predikatenlogica, zijn het definities van predicaten die een bepaalde relatie tussen objecten in het geheugen uitdrukken.

Objectgericht programmeren (object oriented programming) stelt niet de berekening, maar de gegevens centraal: deze worden verpakt in objecten, tegenwoordig vaak gerangschikt in een hiërarchie van klassen. Objecten sturen elkaar berichten (Smalltalk) of roepen elkaars methoden aan (Java); alleen zo hebben ze toegang tot elkaars gegevens. De methoden/reacties op berichten zijn procedures die de interne gegevens van een object manipuleren.

Zie ook

  • Paradigma voor het algemene concept in de wetenschappen