Naar inhoud springen

Rijksridder: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
TXiKiBoT (overleg | bijdragen)
BotMultichill (overleg | bijdragen)
k Bot: Adding {{Commonscat|Knight Cantons of the Holy Roman Empire}}
Regel 7: Regel 7:
In artikel 25 van de [[Rijnbondakte]] werden de gebieden van de rijksridderschap onder de soevereiniteit van de Rijnbondstaten gesteld. Indien ze enclaves vormden, kwamen ze bij de staat waarin ze lagen opgesloten. Indien ze op de grens van twee staten lagen, moesten die twee staten onderling een grensregeling treffen. Een aantal staten was al eerder tot annexatie overgegaan.
In artikel 25 van de [[Rijnbondakte]] werden de gebieden van de rijksridderschap onder de soevereiniteit van de Rijnbondstaten gesteld. Indien ze enclaves vormden, kwamen ze bij de staat waarin ze lagen opgesloten. Indien ze op de grens van twee staten lagen, moesten die twee staten onderling een grensregeling treffen. Een aantal staten was al eerder tot annexatie overgegaan.
Op dat moment woonden er ongeveer 450.000 inwoners op de ongeveer 1730 riddergoederen.
Op dat moment woonden er ongeveer 450.000 inwoners op de ongeveer 1730 riddergoederen.
{{Commonscat|Knight Cantons of the Holy Roman Empire}}


[[Categorie:Heilige Roomse Rijk]]
[[Categorie:Heilige Roomse Rijk]]

Versie van 19 apr 2009 08:42

Een Rijksridder (Duits: "Reichsritter") was een leenman van de Keizer van het Heilige Roomse Rijk van de Duitse Natie. Ze waren Reichsunmittelbar en dus geen trouw verschuldigd aan een van de meer dan 200 vorsten en graven van het Duitse Rijk.

De Rijksridders bestuurden hun landgoederen als een klein rijkje. Zij waren echter geen rijksstand en waren niet vertegenwoordigd in de Rijksdag. In 1422 werd de rijksridderschap als organisatie door de keizer erkend. In 1495 verzetten ze zich tegen een nieuw ingevoerde belastingplicht. Daarvoor in de plaats kwam omstreeks 1530 een vrijwillige subsidie aan de keizer.

De rijksridders waren verenigd in 14 ridderkantons en daarboven 4 ridderkreitsen. Naast de rijksridders waren er nog heerlijkheden met ongeveer dezelfde status die niet tot de rijksridderschap behoorden. Onder andere in Limburg lagen een aantal van die vrije heerlijkheden.

In artikel 25 van de Rijnbondakte werden de gebieden van de rijksridderschap onder de soevereiniteit van de Rijnbondstaten gesteld. Indien ze enclaves vormden, kwamen ze bij de staat waarin ze lagen opgesloten. Indien ze op de grens van twee staten lagen, moesten die twee staten onderling een grensregeling treffen. Een aantal staten was al eerder tot annexatie overgegaan. Op dat moment woonden er ongeveer 450.000 inwoners op de ongeveer 1730 riddergoederen.

Zie de categorie Knight Cantons of the Holy Roman Empire van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.