Boogseconde: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Geen bewerkingssamenvatting
k Wijzigingen door 83.162.240.140 (Overleg) hersteld tot de laatste versie door TBloemink
Regel 6: Regel 6:


Het zichtbare deel van het [[hemelgewelf]] bedraagt ruwweg 180 graden, de diameter van de schijf van de zon en de volle maan is ongeveer 30 boogminuten, ofwel 1800 boogseconden (een halve graad).
Het zichtbare deel van het [[hemelgewelf]] bedraagt ruwweg 180 graden, de diameter van de schijf van de zon en de volle maan is ongeveer 30 boogminuten, ofwel 1800 boogseconden (een halve graad).

een halve graad is de helft van een hele graad
[[Categorie:Niet-SI-eenheid]]
[[Categorie:Niet-SI-eenheid]]
[[Categorie:Goniometrie]]
[[Categorie:Goniometrie]]

Versie van 24 jan 2017 12:38

Een boogseconde is een eenheid om de grootte van een hoek mee aan te geven. Een boogseconde is 1/60e boogminuut die op zijn beurt 1/60e van een booggraad is waarvan er 180 in een gestrekte hoek zitten.

Bij geografische coördinaten komt een boogseconde bij een breedtegraad overeen met een afstand van ongeveer 31 meter; bij een lengtegraad hangt dit af van de breedtegraad; in Nederland is het ongeveer 19 meter.

In de astronomie wordt de boogseconde gebruikt om de afmeting of de plaats (in dit geval de declinatie) van hemelobjecten aan te duiden door middel van hemelcoördinaten. Een boogseconde bedraagt een zestigste van een boogminuut en een 3600e van een booggraad.

Het zichtbare deel van het hemelgewelf bedraagt ruwweg 180 graden, de diameter van de schijf van de zon en de volle maan is ongeveer 30 boogminuten, ofwel 1800 boogseconden (een halve graad).