Naar inhoud springen

Stelling van Friedlander-Iwaniec

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is de huidige versie van de pagina Stelling van Friedlander-Iwaniec voor het laatst bewerkt door Bdijkstra (overleg | bijdragen) op 19 jun 2018 21:53. Deze URL is een permanente link naar deze versie van deze pagina.
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

In de analytische getaltheorie, een deelgebied van de wiskunde, stelt de stelling van Friedlander-Iwaniec[1] dat er een oneindig aantal priemgetallen bestaat van de vorm

.

De eerste van deze priemgetallen zijn

2(a=1,b=1), 5(a=2,b=1), 17(a=1,b=2), 37(a=6,b=1), 41, 97, 101, 137, 181, 197, 241, 257, 277, 281, 337, 401, 457, 577, 617, 641, 661, 677, 757, 769, 821, 857, 881, 977, … (reeks A028916[2] op OEIS)

Het aantal gehele getallen van de vorm kleiner dan is ruwweg van de orde .

De stelling werd in 1997 bewezen door John Friedlander en Henryk Iwaniec. Bij het leveren van dit bewijs maakten zij gebruik van zeeftechnieken, dit in een vorm die de asymptotische zeefmethode van Enrico Bombieri uitbreidt. Iwaniec kreeg in 2001 mede voor dit werk de Ostrowski-prijs.[3]

Voetnoten[bewerken | brontekst bewerken]

  1. G. van Golstein Brouwers, D. Bamberg, J. Cairns, Totally Goldbach numbers and related conjectures, Australian Mathematical Society Gazette, vol. 31, issue 4, 2004, blz. 251–255, hier blz. 254.
  2. reeks A028916 op OEIS
  3. "Iwaniec, Sarnak, and Taylor Receive Ostrowski Prize"

Referenties[bewerken | brontekst bewerken]

  • Cipra, Barry (1998), Sieving Prime Numbers From Thin Ore, Science, vol. 279, issue 5347