Verdrag van Badajoz (1801)
Het Verdrag van Badajoz (ook wel Vrede van Badajoz genoemd) was een vredesverdrag, gesloten in Badajoz op 6 juni 1801, die de korte Sinaasappeloorlog tussen Spanje en Portugal beëindigde.
Portugal stond hierbij Olivenza en enkele andere forten af aan Spanje. Ook betaalde Portugal herstellingen aan Spanje en sloot het land zijn havens voor Britse handelsschepen.
Napoleon Bonaparte, Eerste Consul van Spanjes bondgenoot Frankrijk, was niet tevreden met het verdrag. Hij weigerde het te ratificeren en stuurde Franse troepen Portugal binnen. De Portugezen waren hierdoor gedwongen om op 29 september 1801 een tweede vredesverdrag te tekenen, het Verdrag van Madrid. Hierbij herbevestigde Portugal het Verdrag van Badajoz. Tevens kwam het overeen om herstellingen van 20 miljoen francs aan Frankrijk te betalen en Guyana aan Frankrijk af te staan.
Tot op de dag van vandaag wordt Olivenza geclaimd door zowel Spanje als Portugal. Volgens Portugal is het Verdrag van Badajoz ongeldig vanwege het Verdrag van Fontainebleau in 1807, waarbij Frankrijk en Spanje besloten om Portugal tussen zich op te delen. Ook verklaarde de Portugese kroonprins Johan VI (die met de rest van het hof naar Brazilië was gevlucht na de Frans-Spaanse inval in 1807) het verdrag op 1 mei 1808 ongeldig.
Portugal claimt ook dat Olivenza door Spanje werd teruggegeven bij het Verdrag van Parijs in 1814 en het Verdrag van Wenen in 1815. Spanje erkent dit echter niet, en Olivenza blijft tot op de dag van vandaag Spaans grondgebied.