Naar inhoud springen

Verkeersscheidingsstelsel

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Tonkie (overleg | bijdragen) op 22 nov 2009 om 22:30. (→‎Zie ook: added en:)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Voorbeeld van een verkeersscheidingsstelsel.

Een verkeersscheidingsstelsel (VSS) of verkeersscheidingsgebied (Engels: Traffic Separation Scheme (TSS)) is een door de IMO ingesteld routeringssysteem. De vaarstroken van deze routeringssystemen worden verkeersbanen of clearways genoemd. Meestal worden verkeersscheidingsstelsels gebruikt om bij knelpunten en kapen het verkeer te kanaliseren in verkeersbanen en zo een zo homogeen mogelijke verkeersstroom te realiseren om het gevaar van aanvaringen te verminderen. De vaarregels in een verkeersscheidingsstelsel zijn vastgelegd in voorschrift 10 van het BvA. Daarnaast bestaan er ook aanbevolen routes die niet door de IMO bekrachtigd zijn.

Verkeersscheidingsstelsels bevinden zich onder andere in het midden van Het Kanaal of in de Duitse Bocht op meerdere zeemijlen afstand van de kustlijn. Tussen de kustlijn en het verkeersscheidingsstelsel bevindt zich de kustverkeerszone. Verkeersscheidingsstelsels zijn vergelijkbaar met snelwegen en bestaan uit voor iedere verkeersstroom toegewezen zones met een scheidingszone of -lijn in het midden die voor zover mogelijk vermeden moet worden. De buitengrenzen worden net als de scheidingszone meestal gemarkeerd met bakens die op enkele zeemijlen van elkaar gelegen zijn. De exacte geografische locatie van het verkeersscheidingsstelsel worden op officiële zeekaarten met de toegewezen vaarrichtingen vermeld. Motorschepen langer dan 20 meter moeten het verkeersscheidingsstelsel benutten. Kleinere vaartuigen en zeilschepen kunnen daarentegen ook van de kustverkeerszone gebruik maken. Aangezien ze normaliter langzamer varen dan grotere schepen, is dit ook aanbevolen.

Het kruisen van een verkeersscheidingsstelsel moet zoveel mogelijk worden vermeden. Als het onvermijdbaar is, dient het verkeersscheidingsstelsel zo loodrecht mogelijk op de verkeersstroom doorkruist te worden. Zeer lange verkeersscheidingsstelsels zijn meestal op een afstand van ongeveer 30 zeemijlen voor een kort stukje onderbroken met circulatiegebieden, om schepen de mogelijkheid te geven het stelsel te doorkruisen. Deze gebieden worden op zeekaarten als gestippelde pijlen weergegeven (zie afbeelding hieronder).

Hoewel verkeersscheidingsstelsels een situatie creëren die lijkt op een hoofdweg, zijn de verkeersbanen in een verkeersscheidingsstelsel geen voorrangsweg.[1]

Zie ook