Jovanović speelde in de jeugd van Kosmet Leposavić en kwam hierna terecht in de opleiding van Partizan. Zijn debuut in het eerste elftal maakte de aanvaller op 11 december 2016, toen met 1–3 gewonnen werd van Čukarički. Uroš Đurđević maakte drie doelpunten voor Partizan, Ognjen Ožegović scoorde in eigen doel. Jovanović begon op de reservebank en mocht twee minuten voor tijd invallen voor Đurđević.[1] Zijn eerste doelpunt maakte hij op 24 september 2017. Tegen Rad kwam hij in de negenenzeventigste minuut tot scoren. Partizan won de wedstrijd met 2–4.[2]
In de zomer van 2018 maakte hij de overstap naar Lokeren, waar hij voor één jaar tekende.[3] Na een halfjaar, waarin hij elf officiële wedstrijden speelde en één doelpunt maakte, verkaste Jovanović voor circa één miljoen euro naar Cádiz.[4] Deze club verhuurde hem in september 2019 aan FC Cartagena.[5] Op het moment dat de competitie werd stilgelegd door de coronapandemie stond Cartagena bovenaan. Hierdoor mocht het in juli meedoen aan de nacompetitie. Na strafschoppen werd de finale van Atlético Baleares gewonnen, waardoor Cartagena kampioen werd. Medio 2020 werd het contract van de Serviër bij Cádiz ontbonden.[6] Een halfjaar later vond hij in Čukarički een nieuwe werkgever.[7] Na twintig doelpunten in tweeëndertig competitieoptredens nam Maccabi Tel Aviv hem over voor 1,9 miljoen euro en gaf hem een contract tot medio 2024, met een optie voor twee seizoenen extra.[8] Anderhalf jaar en vierentwintig competitiedoelpunten later nam FC Basel de spits over.[9]
.svg){kind=small}
Joegoslavië
.svg){kind=small}
FC Basel
Partizan
.svg){kind=small}
Lokeren
Cádiz
Maccabi Tel Aviv
Bulgarije – Servië 
· 
· 
·
17 Millar ·
19 Males ·
20 Frei ·
21 Pelmard ·
22 López ·
24 Tushi ·
28 Petretta ·
34 Xhaka ·
35 Palacios ·
46 Gebhardt ·
72 Padula ·
77 Sene ·
99 Ademi ·
Coach: Rahmen (a.i.)