Gita Lenz

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Gita Lenz
Plaats uw zelfgemaakte foto hier
Algemene informatie
Geboren 1911
Overleden 2011
Land Verenigde Staten van Amerika
Werk
Beroep fotograaf
Rechten oeuvre auteursrechtelijk beschermd
Portaal  Portaalicoon   Kunst & Cultuur

Gita Lenz (oktober 1910New York (stad), 20 januari 2011) was een Amerikaanse fotografe met haar bloeiperiode in de jaren vijftig en zestig van de twintigste eeuw. Lenz zou voor langere tijd in de vergetelheid raken maar begin eenentwintigste eeuw werd haar werk herontdekt en verscheen er een monografie van haar werk.

Leven en werk[bewerken | brontekst bewerken]

Naar alle waarschijnlijkheid begon Lenz met fotograferen in de jaren veertig, na het mislukken van haar tweede huwelijk. Haar eerste echtgenoot kwam te overlijden tijdens de Spaanse Burgeroorlog. Lenz woonde vanaf 1940 in een appartement in Greenwich Village, New York en kan worden beschouwd als een autodidact op het gebied van fotografie.

Vanaf begin jaren vijftig ontstijgt Lenz het niveau van de amateurfotografie en begint haar werk op te vallen. In 1951 wordt door Edward Steichen werk van haar opgenomen in de tentoonstelling Abstraction in Photography in het Museum of Modern Art. In 1952 is het werk van Lenz te zien in The Third Eye, een groepstentoonstelling van de drie fotografen (Gita Lenz, John Reed en Donald Normark) in het Brooklyn Museum of Art.[1] In 1955 wordt door Steichen een foto van Lenz opgenomen in de wereldberoemde tentoonstelling The Family of Man.[2]

Uit correspondentie blijkt dat het werk van Lenz beïnvloed werd door de fotograaf Aaron Siskind, met wie ze ook goed bevriend was. Net als dat van Siskind bevat haar werk niet alleen straatfotografie, maar richtte ze zich ook op abstracte thema's. Ze lijkt daarbij gefascineerd te zijn door de vormen die zijn gecreëerd door de mens.[1] Lenz zou blijven fotograferen tot de begin van de jaren zestig, waarbij ze ook commerciële opdrachten uitvoerde, bijvoorbeeld voor Standard Oil een serie over het taxibedrijf.[3] Gedwongen door haar financiële omstandigheden moest Lenz op zoek gaan naar een stabielere vorm van inkomen en liet zij de fotografie achter zich. Ze ging onder andere werken als tekstschrijfster.

Herontdekking[bewerken | brontekst bewerken]

Per toeval werd het werk van Lenz in het begin van de eenentwintigste eeuw 'herontdekt'. Lenz, toen al in de negentig, was fysiek niet meer in staat om in haar appartement in Greenwich Village te blijven wonen en verhuisde naar een verzorgingstehuis. Haar buurman regelde haar verhuizing en ontfermde zich over haar fotoafdrukken, negatieven, correspondentie en fotografie-uitrusting. Hij legde contact met de fotograaf Gordon Stettinius, die in samenwerking met de Virginia Commonwealth Universiteit het archief van Lenz organiseerde documenteerde en digitaliseerde. Stettinius raakte onder de indruk van haar werk en bemerkte dat het niet onderdeed voor het werk van de beroemde fotografen uit haar tijd. Hij nam het initiatief tot het publiceren van een monografie, waarvoor hij speciaal een eigen uitgeverij oprichtte. Tijdens het samenstellen van het boek stond hij in nauw contact met Lenz. Door het vervagen van haar geheugen bleek het lastig om een heldere tijdslijn te geven van haar professionele periode.[4]

Naast de uitgave van de monografie volgde er in 2010 ook een overzichtstentoonstelling van drieëndertig van haar werken in de Gitterman Gallery in New York.[5]

Op 100-jarige leeftijd kwam Gita Lenz te overlijden.

Monografie[bewerken | brontekst bewerken]

  • Gita Lenz: Photographs. Candela Books, 2010