Orthotylus tenellus

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Orthotylus tenellus
Orthotylus tenellus
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Arthropoda (Geleedpotigen)
Klasse:Insecta (Insecten)
Orde:Hemiptera (Halfvleugeligen)
Onderorde:Heteroptera (Wantsen)
Familie:Miridae (Blindwantsen)
Geslacht:Orthotylus
Fieber, 1858
Soort
Orthotylus tenellus
(Fallén, 1807)
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Insecten

Orthotylus tenellus is een wants uit de familie van de blindwantsen (Miridae). De soort werd voor het eerst wetenschappelijk beschreven door Carl Fredrik Fallén in 1807.

Uiterlijk[bewerken | brontekst bewerken]

De redelijk langwerpig gevormde blindwants is altijd macropteer (langvleugelig) en kan 4 tot 5 mm lang worden. De vrouwtjes zijn bleekgroen gekleurd, de mannetjes witachtig geel of geel. De gehele voorvleugels zijn enigszins transparant, het gedeelte van de voorvleugels dat doorzichtig hoort te zijn is lichtgrijs. De pootjes zijn geelgroen, soms geel. De antennes zijn geheel geel. De wantsen hebben opvallend zwarte ogen. De meer geeloranje gekleurde exemplaren van Orthotylus tenellus lijken op de variant van Phylus melanocephalus met de gele kop.

Leefwijze[bewerken | brontekst bewerken]

De volwassen wantsen kunnen van mei tot september langs bosranden en parken en tuinen worden aangetroffen op loofbomen zoals eik (Quercus), hazelaar (Corylus avellana) en es (Fraxinus), waar ze sap drinken van de bomen maar ook jagen op kleine insecten zoals bladluizen en bladvlooien. Er is een enkele generatie per jaar en de soort overwintert als eitje.

Leefgebied[bewerken | brontekst bewerken]

In Nederland is de soort algemeen. Het verspreidingsgebied is Palearctisch, van Europa tot de Kaukasus en het Midden-Oosten en Tunesië in Noord-Afrika.

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]

  • Kaarten met waarnemingen: