Wapen van Ottoland

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Wapen van Ottoland

Het wapen van Ottoland werd op 25 juni 1947 bij Koninklijk Besluit aan de gemeente Ottoland verleend. Op 1 januari 1986 ging de gemeente over naar de nieuw opgerichte gemeente Graafstroom. Het wapen van Ottoland is daardoor komen te vervallen. In het wapen van Graafstroom zijn geen elementen uit het wapen van Ottoland overgenomen. Sinds 1 januari 2013 valt Ottoland onder de gemeente Molenwaard. In het wapen van Molenwaard zijn twee lisdodden uit het wapen van Liesveld opgenomen, die ook in het wapen van Ottoland voorkwamen.[1]

Blazoenering[bewerken | brontekst bewerken]

De blazoenering van het wapen luidde als volgt:

Gedeeld; I in zilver een dwarsbalk van sabel, boven vergezeld van 2 liesbossen van sinopel naast elkaar, II in zilver twee beurtelings gekanteelde dwarsbalken van sabel. Het schild gedekt met een gouden kroon van drie bladeren en twee paarlen.[2]

De heraldische kleuren in het wapen zijn: zilver (wit), sinopel (groen) en sabel (zwart). Het schild is gedekt met een gravenkroon.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Het wapen is een combinatie van twee wapens. Het eerste deel is het wapen van de baronie Liesveld, waarin de voormalige heerlijkheid Ottoland lag, en een onderdeel van het wapen van de Friese Nassau's, heren van Ottoland en Blokland van 1636 tot 1795.[3] Het tweede deel is waarschijnlijk gerelateerd aan het geslacht Van Arkel. Aanvankelijk had de gemeente een ander voorstel ingediend, dat door de Hoge Raad van Adel op historische gronden werd afgewezen.

Verwante wapens[bewerken | brontekst bewerken]