Agatha Levina Geelvinck

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door InternetArchiveBot (overleg | bijdragen) op 24 okt 2017 om 08:03. (1 (onbereikbare) links aangepast en 0 gemarkeerd als onbereikbaar #IABot (v1.6beta3))
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Links Agatha Levina Geelvinck geschilderd door Arnold Boonen omstreeks 1705, rechts van haar broer Joan en zus Anna Elisabeth
Koetshuizen Keizersgracht 633, 635 en 637 rond 1770 door Caspar Philips

Agatha Levina Geelvinck (Amsterdam, 8 juni 1701 - 12 maart 1761) was een van de rijkste Amsterdamse vrouwen en bezitster van onroerend goed aan de Amsterdamse grachten.

Biografie

Geelvinck was een dochter van burgemeester Lieve Geelvinck en Agatha Theodora van Bambeeck. De Geelvincken waren staatsgezind en financiële specialisten. In 1729 trouwde Agatha Levina Geelvinck met Dirck Trip (1691-1748), in 1742 de rijkste man in Amsterdam. Hij had drie kinderen uit een eerder huwelijk. Toen haar echtgenoot in 1748 overleed woonde het echtpaar op Herengracht 539. Er bleek 1.392.000 gulden te verdelen.

In verband met de boedelscheiding verhuisde Agatha Livina Geelvinck naar Herengracht 518. Dat pand erfde zij in 1749 van een oud-tante Sara Hinlopen. Bij de erfenis behoorde tevens het pakhuis de Katoenboom op de Keizersgracht 633. Agatha Geelvinck betrok samen met haar zoon het statige pand, dat werd aangepast aan de laatste mode, zoals een Rococoplafond. Zij woonde in haar laatste jaren naast haar stiefmoeder Anna de Haze op Herengracht 520 en kocht in 1753 Herengracht 516 voor haar zoon.

Agatha Geelvinck was tevens eigenares van de buitenplaats Waterland in Velsen. Haar zoon Dirk Trip (de jonge) trouwde in 1760 met Jacoba Elisabeth van Strijen, een kleindochter van Joan Blaeu. Deze nobele en genereuze kapitein bij de schutterij stierf op 28-jarige leeftijd (1763). Het pand werd verhuurd door de erfgenamen (Carel George van Wassenaer Obdam) aan Joan Graafland, Pietersz.

Externe links