Naar inhoud springen

Gebruiker:Benji Wolff/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Bouwgeschiedenis van Kruikenburg

1       Bouwgeschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Door de jaren heen zijn er veel verbouwingen rond om en in het kasteel gebeurd, deze niet allemaal gedocumenteerd. Zo zijn er enkele mythes ontstaan, zo zou niet alleen de dreef de kerk van Ternat en het kasteel verbinden maar zou er ook een ondergrondse tunnel lopen. Deze vermoedens zijn er gekomen wanneer er in 1995 een grote restauratie aan de kerk was en ze een tunnel gevonden hadden waarvan men dacht dat deze naar het kasteel leidde. in de keuken van het kasteel vond men ook een deurtje waarvan leek dat deze naar de kerk liep. In recentere restauraties aan de kerk hebben ze echter ontdekt dat de tunnel niet naar het kasteel liep maat dat de tunnel in de kerk diende om de druk van de zijdelingse wanden op te vangen.

Er zijn echter wel zaken die we zeker weten. Zoals het domein kruikenburg, dat veel groter en tot aan het kerkhof van Ternat liep.

Van 1381-1388 bouwde Everaard III T’Serclaes een rechthoekig donjon met een poort en een ophaalbrug. Daarna werd de toegangstoren samen met de walmuur uitgebouwd tot en met 1421. De volgende eeuw focuste men vooral op het verder uitbreiden van de omwalling.  Daarna begon Philips T’Serclaes met het bouwen van de fundamenten van de oostvleugel. Er werden in 1536 alleen nieuwe ramen bijgezet. De bijkomende gebouwen werden afgewerkt in 1538. Verder werden er geen bijkomende verbouwing uitgevoerd in de 16e eeuw.

in de 17e eeuw begon men met de bouw van de noordelijke verdedigingstoren, deze constructie zijn de grote ronde hoektoren en de oostvleugel.

in het begin van de 18e eeuw deed men enkele kleine herstellingen en werd de kapel afgebroken. Enkele werken, grotere loden glasramen, het dichten van schiet- en werpgaten en de oude verdiepen aansluiten aan de oostertoren. In de tweede helft van de 18e eeuw breide men het kasteel sterk uit. De buitenmuren werden binnenmuren en men bouwde een nieuwe stenen brug aan de noordvleugel. Ten slotte zijn er ook nieuwe buitenmuren gebouwd. De uitbreiding van de noordelijke gevel en de paardenstal zijn gebeurd op het einde van de 18de eeuw. De noordgevel moest het dienst personeel onderdak bieden. Voor de uitbreiding bevond het personeel zich bij de paardenstallen buiten het kasteel. Bij de bouw van de paardenstal werd gebruik gemaakt van de Spaanse steen en oude zuilen van de afgebroken noordelijke hoektoren. In 1766 kreeg het gebouw een facelift. Er is een geknikte uitbreiding aan de oostvleugel om een gang en statietrap te maken. Tijdens deze verbouwingen werd de inkomhal omgevormd tot een keuken.

Vanuit het perspectief van de oostgevel is de toestand na 230 jaar nog steeds hetzelfde.