Gebruiker:CaroB123/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

4/ Structuur[bewerken | brontekst bewerken]

Een anonieme ik-verteller vertelt het verhaal, dat bestaat uit een grote terugblik van de protagonist. De verteller doet dit aan de hand van een vergelijking met toverplaatjes of krasplaatjes hij vertelt over zijn herinneringen totdat deze een geheel vormen.[1][8] Net zoals in veel van haar andere boeken, is er in Oeroeg een soort detectiveromanstructuur aanwezig. Daarbij geeft Haasse fragmenten, waar ze doorheen het verhaal de verbanden ertussen blootlegt.[2]

Een toepasselijk citaat van Hella S. Haasse is: ‘Ik schrijf een roman nooit van voren naar achteren, maar in verschillende lagen van werkelijkheden, als een caleidoscoop’.[2]

Het verhaal is chronologisch opgebouwd als een soort samenvatting van zijn levensjaren met Oeroeg. De novelle is niet opgedeeld in hoofdstukken of aparte delen, maar bestaat uit één doorlopende tekst.[3] Door het verhaal heen zijn er ook enkele vooruitwijzingen naar het heden. Het is geen alwetende verteller, aangezien de verteller zelf een personage is in het verhaal, geeft de volwassen verteller bepaalde informatie die de jongere verteller niet kan plaatsen. De protagonist vertelt het zo alsof hij bepaalde informatie na de gebeurtenissen is te weten gekomen. Er wordt verteld in de verleden tijd, omdat het retroperspectief verteld wordt. Ook de namen van de familieleden van de verteller blijven anoniem, waardoor er meer gefocust wordt op Oeroeg en de relatie van de ik-figuur met Oeroeg. Naar het einde toe vertrekt de ik-figuur naar Nederland, waar hij een tijd verblijft. Daarna keert terug tijdens de eerste politionele actie van Nederland in Indië.[4][1]. Die laatste twee gebeurtenissen worden in maar enkele regels beschreven.[4][3]

8/  Context en ontstaansgeschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Het prozadebuut van Hella S. Haasse was Kleren maken de vrouw, dat in 1947 werd gepubliceerd. De novelle Oeroeg was haar doorbraak. Het is voor het eerst anoniem gepubliceerd op 26 februari in 1948. De eerste druk, uitgegeven door de Vereeniging ter Bevordering van de Belangen des Boekhandels (Amsterdam), is als Boekenweekgeschenk meegegeven. Daarvan zijn er in totaal 145 000 exemplaren gedrukt. Dat jaar werden er in totaal 19 manuscripten ingezonden onder het motto Soeka Toelis (ik houd van schrijven).[4][1]

Haasses naam wordt vanaf de tweede druk bekend gemaakt, die de uitgeverij Querido in Amsterdam uitbracht. Hierna werden bij verschillende herdrukken Indonesische en Soendanese spelfouten gecorrigeerd. Ook Indonesische organisatienamen werden verwijderd in de volgende herdrukken. Er zijn tal van herdrukken geweest, onder andere in 1969 een schooleditie bij De Sikkel in Antwerpen en bij de Grootdrukuitgeverij in Eindhoven een grote-letterversie in 1981.[4]

Hella S. Haasse is opgegroeid in het Oosten van Nederlands-Indië, ze woonde doorheen de jaren samen met haar ouders en broer op verschillende plaatsen: Soerabaja, Bandoeng, Buitenzorg en haar geboortestad Batavia.[5] In 1938 keerde ze uiteindelijk terug naar Nederland.[6] Toen ze Oeroeg schreef was ze al tien jaar terug in Nederland. Haasse had dus de Japanse bezetting en Indische revolutie niet direct beleefd.[7] De novelle kreeg veel kritiek, waarschijnlijk omdat er in hetzelfde jaar nog veel ophef was over de toekomst van Nederlands-Indië.[1] Het verhaal speelt zich af in het Oosten van Nederlands-Indië, waar Hella S. Haasse zelf geleefd heeft in haar kinderjaren.[3] Haar vader Willem Hendrik Haasse had een gelijkaardige functie als de vader van de ik-verteller in Oeroeg. Hij werkte namelijk als inspecteur van financiën van het Gouvernement.[8] Op het einde, tonen de laatste zinnen volgens Haasse heimwee en genegenheid tegenover haar geboorteland en een verlangen om haar eigen ‘donkere helft’ te achterhalen: ‘Ben ik voorgoed een vreemde in het land van mijn geboorte, op de grond, vanwaar ik niet verplant wil zijn? De tijd zal het leren.’[7]

  1. a b c d Snoek, K., M. Haarsma, G. Heemskerk & M. Salverda (red.) (1993), Ik maak kenbaar wat bestond. Leven en werk van Hella S. Haasse. Amsterdam: Nederlands Letterkundig Museum / Em. Querido's, "Een vreemde in het land van mijn geboorte", pp. 16-24.
  2. a b Bruyn, M. B., M. Prinssen, L. T. Vermij (red.) (1991), Schrijfsters in de jaren 50. Amsterdam: Sara./ Van Gennep, "'Er zijn problemen die je beter kent als je afstand neemt’ Over Hella S. Haasse", pp. 77.
  3. a b c Haasse, H.S. (2018), Oeroeg. Amsterdam: Em. Querido’s Uitgeverij BV.
  4. a b c d De Boef, A.H., A.G.H. van der Meijden, J. Goedegebuure & M. Janssens (red.) (1992), Lexicon van Literaire Werken (vol. 6, nr. 13). Groningen: Wolters-Noordhoff., "Hella S. Haasse. Oeroeg".
  5. Truijens A. (1997), Hella S. Haasse: draden trekken door het labyrint. Uitgeverij S U N, pp. 9-11.
  6. Van Bork, G.J., Schrijvers en dichters (dbnl biografieënproject I). Haase, Hella S.. Geraadpleegd op 24 oktober 2018.
  7. a b Ferguson, M. (1981). Hella, Indië, Indonesië en ik. Bzzlletin 1981-1982 (91): 27-32
  8. Truijens, A., H. Brems, T. Van Deel & A. Zuiderent (red.) (1994), Kritisch Literatuur Lexicon na 1945 (vol. 5, nr. 54). Groningen: Nijhoff, "Hella S. Haasse", 1-2, 11.

13/   literatuuropgave[bewerken | brontekst bewerken]

  • Bel, J. (2016) Bloed en Rozen. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur, 1900-1945. Amsterdam: Bert Bakker.   {{ISBN|978-90-351-3047-0}}
  • Boef, A.H. de (1992) ‘Hella S. Haasse. Oeroeg’, in: A.G.H. Anbeek van der Meijden, J. Goedegebuure & M. Janssens (red.), Lexicon van Literaire Werken (vol. 6, nr. 13). Groningen: Wolters-Noordhoff.
  • Bruyn, M. B. (1991) ‘Er zijn problemen die je beter kent als je afstand neemt Over Hella S. Haasse’, in: M. Prinssen, L. T. Vermij (red.), Schrijfsters in de jaren 50. Amsterdam: Sara./ Van Gennep, p. 77.
  • Decloedt, L.  (1999) ‘Hella S. Haasse-een portret’, Brünner Beiträge zur Germanistik und Nordistik, jrg. 13, nr. R4 Sonderheft, p. 291-295.   http://hdl.handle.net/11222.digilib/105921
  • Dijkgraaf, M. (2014) Spiegelbeeld en schaduwspel. Het oeuvre van Hella S. Haasse. Amsterdam: Querido’s Uitgeverij BV.
  • Ferguson, M. (1981), ‘Hella, Indië, Indonesië en ik’. Bzzlletin, jrg. 1981-1982, nr. 91, pp.  27-32.
  • Haasse, H. S. (2018) Oeroeg. Amsterdam: Em. Querido’s Uitgeverij BV. {{ISBN|978-90-214-5543-3}}/NUR 301
  • Hart, K. ’t (2006) ‘Het flonkeren van de stroom. Magie en vrouwbeeld bij Hella S. Haasse’, in: A. van Heumakers, A. Mertens & P. van Zonneveld (red.), Een nieuwer firmament. Hella S. Haasse in tekst en context’. Amsterdam: Em. Querido’s Uitgeverij BV, p. 95-114.
  • Jansen, H. J. M. (2011) 'Schrijven is meermalen leven'. Het schrijverschap van Hella S. Haasse belicht aan de hand van drie dimensies van literaire autonomie. (Master thesis).  Geraadpleegd op 24 oktober 2018 van https://scholar.google.be/scholar?hl=nl&as_sdt=0%2C5&q=oeroeg+het+schrijverschap&btnG=  
  • Janssens, M. (1992) ‘Een meer bij Louis Couperus en een meer bij Hella S. Haasse: twee fasen in de dekolonisering door Marcel Janssens Lid van de Academie’, in: Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse taal- en letterkunde, Gent: KANTL, pp. 1-10.
  • Robinson, T. (1948) ‘Nogmaals Oeroeg’. Oriëntatie, jrg. 1948, nr. juni, pp. 56-58.
  • Snoek, K. (1993).‘’Een vreemde in het land van mijn geboorte’’ Over Hella S. Haasse en Indië/Indonesië’, in: M. Haarsma, G. Heemskerk & M. Salverda (red.), Ik maak kenbaar wat bestond. Leven en werk van Hella S. Haasse. Amsterdam: Nederlands Letterkundig Museum / Em. Querido's, pp. 16-24. Geraadpleegd op 22 oktober, 2018 van https://www.dbnl.org/tekst/salv007ikma01_01/salv007ikma01_01_0002.php
  • Truijens, A. (1994), ‘Hella S. Haasse’, in: H. Brems, T. Van Deel & A. Zuiderent (red.), Kritisch Literatuur Lexicon na 1945. (vol. 5, nr. 54). Groningen: Nijhoff,  pp. 1-2, 11.
  • Truijens, A. (1997), “Hella S. Haasse: draden trekken door het labyrint”, Nijmegen: Uitgeverij S U N, pp. 9-11.
  • Van Bork, G.J. (2003-) ‘Haase, Hella S.’, in: G.J. Van Bork (red.), Schrijvers en dichters (dbnl biografieënproject I). Geraadpleegd op 24 oktober, 2018 van https://www.dbnl.org/tekst/bork001schr01_01/bork001schr01_01_0419.php
  • Zonneveld, P. van (2006) ‘Een proces van Innere Dekolonisation. Hella S. Haasse en de Indische literatuur’, in: A. van Heumakers, A. Mertens & P. van Zonneveld (red.), Een nieuwer firmament. Hella S. Haasse in tekst en context’. Amsterdam: Em. Querido’s Uitgeverij BV, p. 95-114.