Naar inhoud springen

Gietvloer

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Onder gietvloeren vallen diverse soorten vloer die gegoten aangebracht worden. Ze kunnen zowel cementgebonden als calciumsulfaathoudend (anhydriet) zijn.

Gietvloeren zijn er in de vorm van afwerkvloeren van 2 tot ca 6 cm die op een dragende vloer wordt aangebracht door middel van het gieten van een stof die op de onderlaag uithardt.

Gietvloeren kunnen zijn opgebouwd uit beton (zogenaamd 'gietbeton') of uit kunststof, zoals polyurethaan (pur) of epoxy. Ook worden mengsels van cement en polyurethaan toegepast. Snel uithardende kunststof-gietvloeren zijn PMMA-vloeren.

Eigenschappen en toepassingen

[bewerken | brontekst bewerken]

In de industriële sector gaat het vooral om de functionaliteit, terwijl in de particuliere sector meer belang gehecht wordt aan de esthetische eigenschappen.

In de industrie worden epoxy-gietvloeren vooral toegepast vanwege de resistentie tegen allerlei zuren en in de voedingsmiddelenindustrie in verband met hygiëne.

De PU-gietvloer wordt voornamelijk toegepast in woonhuizen, kantoren en winkels. Een PU-gietvloer is elastisch, verend en in vele kleuren leverbaar. Het materiaal is minder sterk dan epoxy, waardoor het voor industrieel gebruik minder bruikbaar is.

Epoxyvloer versus gietvloer

[bewerken | brontekst bewerken]

De termen epoxyvloer en gietvloer worden vaak door elkaar gebruikt, maar verwijzen naar verschillende typen vloersystemen. Beide vloeren worden vloeibaar aangebracht en uithardend afgewerkt, waardoor een naadloos geheel ontstaat. Het verschil zit vooral in het gebruikte materiaal en de eigenschappen daarvan.

Een epoxyvloer is opgebouwd uit epoxyhars, een harde kunststof. Dit vloertype staat bekend om zijn hoge sterkte, slijtvastheid en chemische bestendigheid. Daardoor wordt epoxy veel toegepast in industriële omgevingen, magazijnen, garages en werkplaatsen. Epoxyvloeren zijn bestand tegen zware mechanische belasting, zoals heftruckverkeer, en tegen contact met oliën, zuren en andere chemicaliën.

Nadelen zijn dat de vloer relatief hard aanvoelt en bij hoogglansafwerking krassen en reflecties eerder zichtbaar zijn. Door gebruik van matte topcoatings kan dit worden verminderd.

Gietvloer (PU)

[bewerken | brontekst bewerken]

Met een gietvloer wordt vaak een polyurethaan (PU) gietvloer bedoeld. PU is een elastischer materiaal dan epoxy en voelt daardoor warmer en comfortabeler aan. Het is ook licht verend en kan goed gecombineerd worden met vloerverwarming. Om die reden worden PU-gietvloeren vooral toegepast in woningen, kantoren en winkels.

PU is minder sterk dan epoxy en daardoor minder geschikt voor zware industriële belasting of voertuigen met harde wielen. Daar staat tegenover dat het materiaal meer comfort biedt en in diverse esthetische afwerkingen beschikbaar is, zoals betonlook of zijdeglans.

  • Comfort: PU is elastischer en voelt warmer aan; epoxy is harder en minder verend.
  • Belastbaarheid: epoxy is geschikt voor zware industriële belasting; PU voor licht tot middelzwaar gebruik.
  • Onderhoud: beide vloeren zijn relatief eenvoudig te reinigen met pH-neutrale middelen.
  • Design: epoxy wordt vaak toegepast in functionele en industriële omgevingen, PU meer in woon- en kantoorruimtes.

De keuze tussen epoxy en PU hangt sterk af van het gebruik. Voor situaties waarin hoge slijtvastheid en chemische bestendigheid nodig zijn, zoals in de industrie, is epoxy het meest geschikt. Voor woonomgevingen, waar comfort en esthetiek belangrijker zijn, wordt vaker gekozen voor PU.