Jos de Klerk

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf Josephus Cornelius de Klerk)
Jos de Klerk
De Klerk (1959)
Volledige naam Josephus Cornelius de Klerk
Geboren 8 januari 1885
Overleden 5 november 1969
Land Vlag van België België/
Vlag van Nederland Nederland
Nevenberoep muziekpedagoog, dirigent, fluitist
Instrument dwarsfluit
Leraren Theophile Anthoni, Henry Fontaine, Ernest Van Dijck, Heinrich Zöllner
Belangrijkste werken Baas Gansendonck, Zo zong de Gouden Eeuw, Vlaanderens herwording, Herboren Holland, De Fluit van Pan, Concertino
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Muziek

Josephus (Jos) Cornelius de Klerk (Merksem, 8 januari 1885Haarlem, 5 november 1969) was een Belgisch-Nederlands componist, muziekpedagoog, dirigent en fluitist, die in de Eerste Wereldoorlog van België naar Nederland is gevlucht. Hij is de vader van de componist en organist Albert de Klerk.

Levensloop[bewerken | brontekst bewerken]

Hij was zoon van schoenmaker Adriaan De Klerk en Maria Gertrudis Elst. Hijzelf was getrouwd met Ludovica Maria Melania (Louise) van der Velde. Hij liet zich op de grens van 1935/1936 naturaliseren.[1] De Klerk studeerde vanaf 1900 aan het Koninklijk Vlaams Conservatorium Antwerpen[2] bij Theophile Anthoni (dwarsfluit), Henry Fontaine (zang), Ernest Van Dijck (opera) en bij Heinrich Zöllner (contrapunt en fuga).[3] Verder was hij in enge contact met de operacomponist Jan Blockx.[3][4] In Merksem richtte hij in 1902 de toneel- en letterkundige kring "De Nachtegaal" op.[3][4]

Na zijn studies dirigeerde hij enkele Antwerpse muziekverenigingen, zoals de Sint-Bartholomeusharmonie (tweede dirigent) en het fanfareorkest van de Dam, een wijk in het Noorden van Antwerpen.[3][4] In 1910 werd hij aangesteld als muziekleraar aan verschillende gemeentescholen.[3][4]

In deze periode begon hij ook te componeren. Eerst schreef hij liederen en in de lente van 1914 begon hij met de opera Baas Gansendonck. Na het begin van de Eerste Wereldoorlog vluchtte hij met zijn gezin naar Nederland en vestigde zich in Haarlem. Daar werd hij dirigent van het kerkkoor aan de St. Josephkerk (1915-1932), waar Hendrik Andriessen tegelijkertijd organist was en met wie hij bevriend raakte.[3][4] Verder kreeg hij een aanstelling als muziekleraar aan de Toonkunst Muziekschool (1916-1960) en hij werkte als muziekrecensent voor het Haarlems Dagblad (1916).[3][4] Hij werd in Nederland genaturaliseerd.[2] In 1918 was hij medeoprichter van de Nederlandse Klokkenspelvereniging en in 1919 voltooide hij zijn opera Baas Gansendonck naar het boek van Hendrik Conscience.[3][4] Daarnaast schreef hij verschillende cantates over zowel Vlaamse als Nederlandse onderwerpen.[4] Een hoogtepunt van zijn werk in Haarlem was zekerlijk de uitvoering van de Rubenscantate van Peter Benoit op de Haarlemse Grote Markt op 13 Juli 1936 met medewerking van naast alle Haarlemse zangverenigingen, de Haarlemse Orkest Vereniging, versterkt met blazers uit verschillende muziekkorpsen en de beiaard van de Grote of Sint-Bavokerk werd bespeeld door Staf Nees.[3][4]

Jos de Klerk publiceerde een groot aantal artikelen over Nederlandse liederen en liedboeken en hij bracht heel wat gegevens aan het licht over het Haarlems muziekleven in de loop der tijden. Onder de titel Van Harmonie tot Philharmonie heeft hij de geschiedenis beschreven van het Noordhollands Philharmonisch Orkest vanaf de oprichting in 1813 tot 1963.[3][4] Hij ontving de herdenkingsmedaille van de gemeente Merksem en werd benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau.[4]

Composities[bewerken | brontekst bewerken]

Werken voor orkest[bewerken | brontekst bewerken]

  • - Intrada, voor koperblazers en orkest

Werken voor harmonieorkest[bewerken | brontekst bewerken]

  • 1912: - Concertino, voor trompet en harmonieorkest - opgedragen aan: Jos. Vennix
  • 1965: - Jubilo con Allegrezza, voor harmonieorkest

Missen en andere kerkmuziek[bewerken | brontekst bewerken]

  • 1922: - Missa in honorem San Francisci Assisiatis, voor driestemmig gemengd koor (STB) en orgel - Opgedragen aan de zusters Franciscanessen der Maria-school te Haarlem
  • 1923: - Wij armen..., kerstzang voor zangstem en piano - tekst: Anton van de Velde
  • 1924: - Geloovig liedeken aan den Heiland, voor zangstem en piano - tekst: Anton van de Velde
  • 1928: - O quam suavis est (O hoe zoet is), voor gemengd koor
  • 1928: - Vrede, motet voor gemengd koor - tekst: Dirck Raphaelsz. Camphuysen
  • 1934: - Ecce sacerdos magnus, voor driestemmig mannenkoor en orgel
  • 1940: - Kinder-kerstlied, voor zangstem en piano - tekst: Anton van de Velde
  • - Heer Jesus heeft een hofken, voor driestemmig meisjeskoor, 2 violen, cello, 2 dwarsfluiten en piano
  • - Missa in honorem Sancti Josephi, voor 2 zangstemmen en orgel
  • - O wondenhart in As majeur, voor zangstem en piano - tekst: A. van Delft

Muziektheater[bewerken | brontekst bewerken]

Opera[bewerken | brontekst bewerken]

Voltooid in titel aktes première libretto
1914-1919 Baas Gansendonck 3 bedrijven 4 december 1919,[5] Antwerpen, Vlaamse Opera Willem Taeymans,[5]
naar het boek van Hendrik Conscience

Toneelmuziek[bewerken | brontekst bewerken]

  • 1926: - Lotje, prettig speel-verhaaltje in 3 delen - tekst: Anton van de Velde
  • 1932: - Radèske - 'n kwajongensspel, in 3 bedrijven, 5 taferelen - tekst: Anton van de Velde
  • 1935: - Eeuwfeest der Zusters Franciscanessen van Heijthuijsen, 1835-1935 : God zal er in voorzien, een klein volksch wisselspel voor leek en kloosterling - tekst: Anton van de Velde
  • 1943: - Passio Christi - het spel van den heiligen kruisweg - tekst: Anton van de Velde
  • 1944: - Sinte Lutgardis, lyrisch speeltje van gelovige stemming in vier delen - tekst: Anton van de Velde
  • 1947: - Perle-Fine - 'n zonnige sproke met zang en dans voor de jonkheid (samen met: Albert de Klerk) - tekst: Anton van de Velde

Vocale muziek[bewerken | brontekst bewerken]

Cantates[bewerken | brontekst bewerken]

  • 1937: - Zo zong de Gouden Eeuw, cantate voor gemengd koor, orkest en beiaard
  • 1945: - Herboren Holland, cantate - tekst: Jaap Moulijn
  • - Aan Nederland, cantate voor solisten, koren en orkest - tekst: Johan de Maegt
  • - Priester-cantate - Cantate pour la fête d'un prêtre, cantate voor bariton, vijfstemmig gemengd koor (STTBB) en orgel (In memoriam J.M.L. Keuller) - tekst: Chr. Mertz
  • - Vlaanderens herwording, cantate

Werken voor koor[bewerken | brontekst bewerken]

  • 1918: - Aan Nederland, lied voor unisono koor en piano - tekst: Johan de Maegt
  • 1928: - De conducteur, voor mannenkoor - tekst: Nicolaas Beets - opgedragen aan: Onderling Hulpbetoon's Mannenkoor te Zandvoort
  • 1932: - Jan Lijmpot, voor kinderkoor - tekst: Pol de Mont - Lentezangen: nieuwe melodieën voor het lager onderwijs en kinderzangkoren
  • 1932: - Hans en Grietje, voor kinderkoor - tekst: Anton van de Velde - Lentezangen: nieuwe melodieën voor het lager onderwijs en kinderzangkoren
  • 1932: - Karmkindeke, voor kinderkoor - tekst: René de Clercq - Lentezangen: nieuwe melodieën voor het lager onderwijs en kinderzangkoren
  • 1932: - Lente komt, voor kinderkoor - tekst: David Tomkins - Lentezangen : nieuwe melodieën voor het lager onderwijs en kinderzangkoren
  • 1932: - O nacht, o blijde nacht, voor kinderkoor - tekst: Justus de Harduyn - Lentezangen: nieuwe melodieën voor het lager onderwijs en kinderzangkoren
  • 1955: - Zingen, drie tweestemmige liederen voor de jeugd voor tweestemmig kinderkoor en piano
    1. Zingen - tekst: Marie Koenen
    2. Vlag in de wind - tekst: van de componist
    3. Wandellied - tekst: Pol de Mont
  • 1957: - Die nachtegael vant cruyce, voor gelijke stemmen en piano - tekst: uit "Een devoot en profitelyck boecxken"
  • - De Fluit van Pan, voor mannenkoor en dwarsfluit
  • - Drang naar schoonheid, voor gemengd koor
  • - Musica, een const uit gratie, vierluik
  • - Volksliederen uit Bohemen, voor gemengd koor
    1. Boertje (Sedlák, sedlák)
    2. Zie ik u... (Kdyz te vidím, má panenko)
    3. Boer Jan (Sel sedlák)
    4. Wiegelied (Hajej, muj andilku)
    5. Neen, mijn beste Piet... (Este me nemás)
  • - Weer 't paradijs, voor gemengd koor - tekst: Pol de Mont - Opgedragen aan de directeur, bestuur en leden van het Haarlemsch Gemengd Koor Polyhymnia

Liederen[bewerken | brontekst bewerken]

  • 1914: - Wiegelied in F majeur, voor zangstem en piano - tekst: Hélène Swarth
  • 1916: - Het liedje van den IJzer-ring, voor middenstem en orkest (of piano) - tekst: Johan de Maegt
  • 1918: - Aan Nederland, lied voor middenstem en piano - tekst: Johan de Maegt
  • 1918: - Naar Bethlehem, lied voor lage- of middenstem met orgelbegeleiding (of orkest) - tekst: Chr. Mertz
  • 1920: - O gulden hoofd, voor zangstem en piano - tekst: Guido Gezelle
  • 1922: - Drie kleutertjes in G majeur, voor zangstem en piano - tekst: S. Maathuis-Ilcken
  • 1929: - In 't kleine stalleken ... in As majeur, voor zangstem en piano - tekst: Anton van de Velde
  • 1929: - Ons hoveken in As majeur, voor zangstem en piano - tekst: Anton van de Velde
  • 1929: - Vlaamsch moederken in D majeur, voor zangstem en piano - tekst: Chr. Mertz
  • 1944: - Kerstmis 1944, voor zangstem en piano - tekst: Jaap Moulijn
  • - De vink, voor zangstem en piano - tekst: Lambrecht Lambrechts
  • - Ik weet een huisje staan, voor zangstem en piano - tekst: Theodoor Sevens
  • - Wie kan u ooit vergeten?, voor zangstem en piano

Kamermuziek[bewerken | brontekst bewerken]

  • 1912: - Concertino, voor trompet en piano
  • 1953: - De rattenvanger van Hameln, voor dwarsfluit en piano
  • - Intrada, duo voor 2 blaasinstrumenten
  • - Kleine partita op oud-Nederlandse volksmotieven, voor 2 klarinetten (of 2 gelijke saxofoons)

Werken voor beiaard[bewerken | brontekst bewerken]

  • 1920: - Dansje

Publicaties[bewerken | brontekst bewerken]

Bibliografie[bewerken | brontekst bewerken]

  • Jozef Robijns, Miep Zijlstra: Algemene muziek encyclopedie, Haarlem: De Haan, 1979-1984, ISBN 978-90-228-4930-9
  • Thierry Levaux (2006), Dictionnaire des compositeurs de Belgique du moyen âge à nos jours, 1er Édition. Ohain-Lasne: Éditions Art in Belgium sprl, p. 358. ISBN 2-930338-37-7. Geraadpleegd op 1 april 2014.
  • Annalen van de opera gezelschappen in Nederland 1886-1995, Amsterdam: Den Uitgave van Theater Institute Nederland, 1996, 1276 p.
  • Jozef Robijns, Miep Zijlstra (1979-(1984)), Algemene muziekencyclopedie, Herziene en aangevulde uitgave. Haarlem: De Haan,. ISBN 978-90-228-4930-9. Geraadpleegd op 1 april 2014.
  • Wolfgang Suppan, Armin Suppan (1994), Das Neue Lexikon des Blasmusikwesens, 4. Ausgabe. Blasmusikverlag Schulz GmbH, Freiburg-Tiengen, p. 207. ISBN 3-923058-07-1. Geraadpleegd op 1 april 2014.
  • Paul E. Bierley, William H. Rehrig (1991), The Heritage Encyclopedia of Band Music - Composers and Their Music. Integrity Press, Westerville (Ohio). ISBN 0-918048-08-7. Geraadpleegd op 1 april 2014.
  • Jean-Marie Londeix (1985), Musique pour saxophone, volume II : répertoire général des oeuvres et des ouvrages d'enseignement pour le saxophone, Premièr edition. Cherry Hill, New Jersey: Roncorp Publications. Geraadpleegd op 1 april 2014.
  • Wouter Paap: In Memoriam Jos de Klerk, in: Mens en melodie. 25 (1970), Nr. 1, pp. 19–21.
  • Karel De Schrijver: Bibliografie der Belgische Toonkunstenaars sedert 1800, Leuven : Vlaamse Drukkerij, 1958, 152 p.

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]