Kaaskop
Een kaaskop is van oudsher een houten, komvormige kaasvorm waarin een bolvormige Edammer kaas wordt geperst.[1] In de bodem zijn gaatjes geboord waardoor de wei kan afvloeien. De kaaskop wordt afgesloten met een ronde (eikenhouten) deksel, de volger genoemd, waarna het geheel onder de pers wordt geplaatst die het vocht uit de wrongel drukt.
Er wordt bij kaaskoppen wel onderscheid gemaakt tussen makers en zetters. De maker is dan de vorm waarin de kaas wordt geperst, de zetter de vorm waarin de kaas na het persen te zouten wordt gezet.
Figuurlijk gebruik
In overdrachtelijke zin wordt het woord gebruikt voor een rond menselijk hoofd en bij uitbreiding als een pejoratieve term voor een domkop, vooral door Belgen en Zuid-Limburgers als een spotnaam (locofaulisme) voor de Hollanders. Ook in Duitsland, zeker in de westelijke streken, is Käskopp gebruikelijk als spotnaam voor Nederlanders. Inwoners van de plaatsen Alkmaar en Gouda hebben 'kaaskoppen' als bijnaam vanwege de aanwezigheid van een kaasmarkt.[2] Alkmaar heeft deze bijnaam verwerkt tot een jaarlijks evenement, 'Kaeskoppenstad' genoemd, waarin de nadagen van het Alkmaars ontzet van 1573 wordt geënsceneerd.[3]
- Van Dale, edities 1872 en 1976.
- Woordenboek der Nederlandsche Taal.
- Kaasbereiding in de fabriek, Zuivelhistorie Nederland.
- ↑ Zie bijvoorbeeld "eene houten bak is, uit wilgenhout gedraaid, welke ook kaaskop genaamd wordt" in: J. Le Francq van Berkhey, Natuurlijke Historie van Holland, Amsterdam etc., 1769-1811, deel 9, p. 450.
- ↑ http://www.allesopeenrij.nl/article.php?aid=396
- ↑ https://www.kaeskoppenstad.nl