Kees Manders
Cornelis Petrus Antonius (Kees) Manders (Leiden, 16 oktober 1913 – Amsterdam, 21 maart 1979) was een Nederlands zanger, cabaretier en nachtclubeigenaar. Hij was de broer van Tom Manders (beter bekend als ‘Dorus’) en de opa van actrice Meriyem Manders.
Biografie
In zijn jonge jaren trad Manders regelmatig op kermissen en jaarmarkten als straatzanger, ook in cafés en kleinschalige cabarets was hij veelvuldig te zien. Hij werd gevraagd om voor Carré te werken. Al snel produceerde hij daar een groot aantal revues en variétéprogramma’s en was zelf in deze shows ook te zien als zanger en conferencier. Na de Tweede Wereldoorlog ging hij in België en Luxemburg werken bij de radio en maakte als zanger enige platen. Na zijn terugkeer in Nederland begon hij met het opzetten van een nachtclub. Al snel was hij de eigenaar van meerdere van dit soort clubs aan het Amsterdamse Thorbeckeplein, het leverde hem de bijnaam de ‘Keizer van het Thorbeckeplein op. Manders maakte ook naam als schrijver van liedjes, onder ander het nummer ‘Amsterdam huilt’, dat werd gezongen door Rika Jansen. Jansen trad aanvankelijk op als acrobate in de revue van Manders, maar schakelde later over op zang. Als Zwarte Riek zong ze veel van Manders' liedjes. Manders kreeg een relatie met Jansen en ze woonden jarenlang samen, ook nadat Manders eind jaren zestig na een hartaanval het rustiger aan moest doen en in Fuengirola (Spanje) ging wonen. In 1974 gingen ze uit elkaar. De laatste jaren van zijn leven werd Manders actief in de filmwereld en in 1977 produceerde hij de speelfilm De Peetmoeder. Meer en meer legde hij zich toe op schilderen en schreef hij aan zijn autobiografie ‘Kees Manders’. Hij overleed in maart 1979.