Klimaatgevoeligheid
Klimaatgevoeligheid is de temperatuurverandering die optreedt als gevolg van een stralingsforcering, wanneer het systeem weer in evenwicht is. De klimaatgevoeligheid is afhankelijk van de initiële toestand van het klimaat, maar kan tot op zekere hoogte afgeleid worden uit paleoklimatische data. Ook kan men schattingen maken van de klimaatgevoeligheid aan de hand van modellen en aan de hand van recente metingen. Het neemt zowel de directe forcering mee, alsmede de terugkoppelingen.
Meestal wordt de term klimaatgevoeligheid gebruikt wanneer men spreekt over stralingsforcering door een hogere CO2-concentratie, maar het wordt gezien als een algemene eigenschap van een klimaatsysteem: de verandering van de oppervlaktetemperatuur (ΔT) als gevolg van een verandering in de stralingsforcering. Klimaatgevoeligheid heeft als eenheden °C/(W/m2). Voor sommige niet-homogene forceringen is dit geen goede benadering. Wanneer er bijvoorbeeld een stralingsforcering is in de poolgebieden, zal hier een grotere positieve terugkoppeling optreden en daarmee een hogere temperatuurstijging, dan wanneer je een forcering hebt in de tropen.
De klimaatgevoeligheid ten gevolge van een verhoging van de CO2-concentratie wordt vaak uitgedrukt in de temperatuurverandering in °C die geassocieerd wordt met een verdubbeling van de concentratie koolstofdioxide in de atmosfeer van de Aarde. In algemene circulatiemodellen is de klimaatgevoeligheid een emergente eigenschap: het is geen invoerparameter, maar een resultaat van een combinatie van de gesimuleerde natuurkunde en parameters. In simpelere modellen wordt het soms wel opgegeven als parameter. Men gebruikt dan de formule:
waarbij de klimaatgevoeligheid is.
Men maakt onderscheid tussen de transitieklimaatgevoeligheid en de evenwichtsklimaatgevoeligheid. De transitieklimaatgevoeligheid wordt berekend door een aardsysteem te modelleren waar de concentratie broeikasgassen langzaam stijgt, meestal met 1% per jaar. Men neemt dan het gemiddelde over 20 jaar rond het tijdstip dat de broeikasgasconcentratie is verdubbeld. Bij het berekenen van de evenwichtsklimaatgevoeligheid wordt op een moment de concentratie broeikasgas verdubbeld en blijft het vervolgens constant op deze hogere waarde. De temperatuur zal in dit geval langzaam stijgen tot het systeem in evenwicht is. De evenwichtsklimaatgevoeligheid valt meestal hoger uit dan de transitieklimaatgevoeligheid.
Schattingen klimaatgevoeligheid
[bewerken | brontekst bewerken]Een van de eerste schattingen van klimaatgevoeligheid - gedaan in 1979 door het National Academy of Sciences - was 3 °C, met een onzekerheid van 1,5 °C. Sindsdien is deze schatting niet veel veranderd: in het IPCC-rapport van 2013 wordt de evenwichtsklimaatgevoeligheid tussen de 1,5 °C en de 4,5 °C geschat, een verandering ten opzichte van het vorige rapport, waar ze schatten dat de klimaatgevoeligheid tussen de 2 °C en de 4,5 °C lag. De waarde van de transitieklimaatgevoeligheid werd in het laatste rapport tussen de 1,2 en de 2,4 °C geschat.
Intussen is onzekerheid ontstaan over de invloed van feedback-mechanismen op de klimaatgevoeligheid. Hierin spelen onder meer de afname van de albedo van de Aarde (door smelting van het poolijs), de toenemende waterdamp en vooral de dynamiek van wolken bij opwarming. Verschillende onderzoekers pleiten voor het naar boven bijstellen van de marges, tot 5-6°C of zelfs meer.[2]
- Dit artikel of een eerdere versie ervan is een (gedeeltelijke) vertaling van het artikel Climate sensitivity op de Engelstalige Wikipedia, dat onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen valt. Zie de bewerkingsgeschiedenis aldaar.
Referenties
- ↑ Edited quote from public-domain source: Lindsey, Rebecca, What if global warming isn't as severe as predicted? : Climate Q&A : Blogs. NASA Earth Observatory, part of the EOS Project Science Office, located at NASA Goddard Space Flight Center (3 August). Gearchiveerd op 4 juni 2023.
- ↑ (en) F. Pearce, Why Clouds Are the Key to New Troubling Projections on Warming (5 februari 2020). Gearchiveerd op 3 maart 2020. Geraadpleegd op 7 februari 2020.