Nanometer
Uiterlijk
Grotere/kleinere eenheden | ||
---|---|---|
factor | naam | symbool |
10−15 | femtometer of fermi |
fm |
10−12 | picometer | pm |
10−10 | ångström | Å |
10−9 | nanometer | nm |
10−6 | micrometer of micron |
µm |
10−3 | millimeter | mm |
10−2 | centimeter | cm |
10−1 | decimeter | dm |
1 | meter | m |
101 | decameter | dam |
102 | hectometer | hm |
103 | kilometer | km |
106 | megameter | Mm |
109 | gigameter | Gm |
1012 | terameter | Tm |
Een nanometer, symbool nm, is een lengtemaat die is afgeleid van het SI-stelsel en is gelijk aan 10−9 meter, dus 0,000 000 001 meter of een miljardste van een meter.
Een verouderde benaming is millimicron. In een nanometer passen zo'n 5 atomen. Een deeltje van een kubieke nanometer bevat dus ongeveer honderdvijfentwintig atomen. Zoiets heet een nanopartikel. Nanopartikels, bijvoorbeeld colloïdaal zilver of goud, zijn het onderwerp van bijzonder veel onderzoek als onderdeel van de speurtocht naar nanotechnologie en in de katalyse.
De nanometer is een veelgebruikte eenheid wanneer er over elektromagnetische straling gesproken wordt, vooral in het gebied van het zichtbare licht.
Zie ook
- Nano (SI-prefix) - uitleg over het voorvoegsel