Pol de Mont

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door AGL (overleg | bijdragen) op 2 mrt 2014 om 21:44. (verschillend sorteren)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Pol de Mont, 1896

Karel Maria Polydoor (Pol) de Mont (Wambeek, 15 april 1857 - Berlijn, 29 juni 1931), niet te verwarren met zijn neef Paul de Mont, was een Vlaamse schrijver en dichter.

Pol de Mont werd geboren in Wambeek, dichtbij Brussel. Na zijn middelbare studies in het Frans te Ninove gevolgd te hebben, ging hij naar het Klein Seminarie in Mechelen. Hier was het dat hij zijn eerste gedichten schreef en in 1875 zijn eerste bundel Klimoprankske liet drukken. Twee jaar later ging hij rechten studeren aan de universiteit van Leuven. Samen met Albrecht Rodenbach stichtte hij hier Het Pennoen. In 1880 werd zijn, met de Vijfjaarlijkse Staatsprijs voor Vlaamse Letterkunde bekroonde, bundel Gedichten gepubliceerd.

Pol de Mont begon zijn carrière als leerkracht aan het atheneum in Antwerpen, waar de latere schrijver Alfons de Ridder (Willem Elsschot) tot zijn leerlingen behoorde. In 1904 werd hij benoemd tot conservator van het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten te Antwerpen. Een jaar later was hij een van de stichters van het tijdschrift De Vlaamse Gids. In 1919 nam hij ontslag als conservator nadat hij in de pers beschuldigd was van activisme. Hij werd hoofdredacteur van de Vlaamsgezinde krant De Schelde. Enkele van zijn medewerkers daar waren Paul van Ostaijen en Alice Nahon.

Een lied van zijn hand (getoonzet door Jos. de Klerk) werd opgenomen in de populaire liedbundel Kun je nog zingen, zing dan mee. De eerste regels luiden: 'Gaan wandelen dat staat ons aan'.

Werken

  • Rijzende sterren (1879)
  • Gedichten (1880) - Bekroond met de Staatsprijs voor Letterkunde
  • Lentesotternijen (1881)
  • Idyllen (1882)
  • Loreley (1882)
  • Idyllen en andere gedichten (1884)
  • Fladderende vlinders (1885)
  • Claribella (1893)
  • Iris (1894)
  • Dit zijn Vlaamsche wondersprookjes (1896)
  • Dit zijn Vlaamsche vertelsels (1898)
  • Drie groote Vlamingen (1901)
  • Vlaamsche schilders der negentiende eeuw (1901)
  • De schilderkunst in België van 1830 tot 1921 (1921)
  • Zomervlammen (1922)
  • Bloemlezing uit zijn poëzie (1932)
  • Keurbladzijden uit het werk (1942)

Externe links