Sashiko
Uiterlijk
Sashiko (刺し子, letterlijk kleine steekjes) is borduurwerk dat gebruikt wordt voor het verstevigen of mengen van stoffen of voor decoratieve doeleinden.[1] In Japan, vanwaar de techniek afkomstig is, is het gebruikelijk witte katoendraad op stoffen die met indigo gekleurd zijn te gebruiken. De techniek is recentelijk terug in de aandacht gekomen doordat patchwork-kleding in de mode kwam.
Geschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]De techniek werd eerst gebruikt om oude kledij te herstellen en verstevigen in de Edo-periode (1603-1867). Tegen de Meiji-periode (1868-1912) was het uitgegroeid tot een taak voor de winter als het te koud is om buiten te werken.
Patronen (selectie)
[bewerken | brontekst bewerken]Er bestaan vele patronen en er komen er steeds bij. Een selectie van enkele basispatronen hieronder.
- Tate-jima (縦縞, verticale strepen)
- Yoko-jima (横縞, horizontale strepen)
- Yarai (矢来, bamboe)
- Kagome (籠目, geweefd bamboe)
- Hishi-igeta (菱井桁, kruisjes)
- Shippo tsunagi (七宝, overlappende cirkels, zeven schatten)
- Yabane (矢羽, parallellogrammen in de vorm van pijlveren)
- Hishi-moyō (菱模様, diamant)
- Amime (網目, visnet)
Bekende wevers
[bewerken | brontekst bewerken]Zie de categorie Sashiko van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.