Tax shelter voor audiovisuele werken en nieuwe podiumkunsten: verschil tussen versies

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Konisansy (overleg | bijdragen)
Externe links
+ {{nocat||2017|07|23}}
Regel 20: Regel 20:
* [https://www.flandersfilmfunding.be/tax-shelter/?gclid=CISN8qn3n9UCFe0W0wodv-UDAQ Flanders Film Funding]
* [https://www.flandersfilmfunding.be/tax-shelter/?gclid=CISN8qn3n9UCFe0W0wodv-UDAQ Flanders Film Funding]
* [http://taxshelter.caviar.tv/tax-shelter Caviar]
* [http://taxshelter.caviar.tv/tax-shelter Caviar]

{{nocat||2017|07|23}}

Versie van 23 jul 2017 19:36

De tax shelter voor audiovisuele werken en nieuwe podiumkunsten (artikel 194ter Wetboek Inkomstenbelasting 1992) is een maatregeling in de Belgische vennootschapsbelasting met als doel de productie van de in België geproduceerde films en podiumproducties te stimuleren. De introductie van deze maatregel gebeurde bij wet onder de regering Verhofstadt I en werd voor het eerst toegepast in aanslagjaar 2004 en heeft sinds dien al verschillende wijziging ondergaan.

Een investering in een audiovisueel project gebeurt via een erkende productievennootschap of een erkende tussenpersoon. Onder een aantal bekende productievennootschappen die gebruikt maken van deze maatregel bevinden zich filmproductiehuis Corsan (falliet), Caviar en Eyeworks. Flanders Film Funding, maar ook ING (in samenwerking met externe partners) zijn enkele voorbeelden van ondernemingen die optreden als tussenpersoon.

Sinds aanslagjaar 2018 komen ook investeringen in nieuwe podiumproductie in aanmerking voor de belastingvrijstelling.

Belastingvrijstelling

Een investering in een project die in aanmerking komt voor als audiovisueel werk of nieuwe podiumproductie levert een vrijstelling van 310% a rato van het geïnvesteerde bedrag. Het voordeel van de belastingvrijstelling is beperkt afhankelijk van de aard van de investering. Voor een investering in een audiovisueel werk kan een vrijstelling van de winst maximaal 22,5 miljoen euro bedragen. De vrijstelling bij de investering in een nieuwe podiumproductie kan daarentegen hoogstens 3,75 miljoen euro bedragen.

De procedure tot het bekomen van de definitieve vrijstelling kan opgedeeld worden in 2 fasen. De eerste fase bestaat uit het opnemen van een voorlopige belastingvrijstelling a rato van 310% van het geïnvesteerde bedrag, onder de vorm van een belastingvrije reserve, en dit na de ondertekening van de raamovereenkomst waarin de investering wordt overeengekomen. De vrijstelling dient zichtbaar weergegeven te worden op de passiefzijde van de balans en is onderhevig aan de onaantastbaarheidsvoorwaarde.

De tweede fase treed in werking na de afronding van de productie. Hierbij vervalt de onaantastbaarheidsvoorwaarde en kan de belastingvrije reserve vrij worden aangewend om opnieuw te reserveren of om uit te keren.

In aanmerking komende werken

De tax shelter spitst zich toe op audiovisuele werken die bestemd zijn voor de exploitatie in cinema's of televisie en nieuwe podiumwerken. Nieuwe podiumwerken kunnen een volledige nieuwe productie uitmaken of een herinterpretatie van één of verschillende aspecten van een bestaat werk, zoals de scenografie, choreografie, ...

Externe links