Spider-Woman (Charlotte Witter)
| Spider-Woman | ||
|---|---|---|
| Achtergrond | ||
| Uitgever(s) | Marvel Comics | |
| Eerste verschijning | Amazing Spider-Man (vol. 2) #5 | |
| Bedenker(s) | Howard Mackie John Byrne | |
| Persoonlijke informatie | ||
| Alter ego('s) | Charlotte Witter | |
| Familie | Madame Web (oma) | |
| Grootste vijand(en) | andere Spider-Women, Spider-Man | |
| Superkrachten | *Bovenmenselijke kracht, wendbaarheid, snelheid en reflexen *Kan zich vasthechten aan vaste oppervlaktes *Psionische spinnenpoten *Vliegen *”Spider-Sense” *Telepathie | |
Charlotte Witter, de vierde Spider-Woman, is een fictieve superschurk uit de strips van Marvel Comics. Ze verscheen voor het eerst in Amazing Spider-Man (vol. 2) #5.
Biografie
Charlotte Witter was een mode ontwerpster en de kleindochter van de psychische Madame Web. Ze hield zich vooral bezig met handel op de zwarte markt. Deze handel leidde ertoe dat ze kwam te werken voor Dr. Octopus. Via genetische manipulatie muteerde Dr. Octopus haar in een men/spin hybride, waarna ze de vierde Spider-Woman werd. Hij gaf haar de gave om de krachten van de andere Spider-Women te absorberen. In ruil daarvoor moest zij Spider-Man uitschakelen. Ze stal de krachten van Jessica Drew, Julia Carpenter, Mattie Franklin, en Madame Web. Daarna vocht ze met Spider-Man, maar slaagde er niet in hem te doden.
Charlotte werd later opgespoord door de nu krachteloze Mattie, die alle krachten die Charlotte had gestolen terug absorbeerde, inclusief Charlotte’s eigen kracht. Charlotte’s krachten leken even terug te keren, maar ze werd opnieuw verslagen door Mattie. Momenteel light Charlotte in een coma in haar oma’s landhuis.
Krachten en vaardigheden
Charlotte Witter had bovenmenselijke kracht, snelheid en lenigheid. Ze kon tegen muren opklimmen, bio-elektrische “venom blasts” afvuren, psionische webben creëren, psychische spinnenpoten laten groeien uit haar rug en vliegen. Ze bezat ook een soort “spider-sence” in de vorm van korte visioenen over te toekomst. Daarnaast had ze telepathische krachten.
· 
· 