Toyger
| Toyger | ||
|---|---|---|
| ||
Voorbeeld van een Toyger
| ||
| Basisinformatie | ||
| Oorsprong | Verenigde Staten | |
| Lijst van kattenrassen | ||
De ontwikkeling van het Toyger-kattenras is begonnen in 1980 toen Judy Sudgen probeerde om via selectief fokken het vlekkenpatroon van een aantal van haar katten te verhelderen. Op een dag merkte ze dat er opvallende patronen zaten op twee van haar katten. De patronen op de kop, een gebied waar normaal gesproken geen duidelijk patroon zit, inspireerde haar tot het idee van een kat die lijkt op een Tijger.
Nadat ze in India een kat met opvallende patronen op zijn kop had gevonden, begon de uitdaging om tijgerachtige, ronde patronen te ontwikkelen. De introductie van een Bengaal in de bloedlijn was bedoeld om het lichaam van de kat groter te maken en meer volume te geven.
Officieel erkend door TICA
Het ras werd in 1990 door TICA erkend in de categorie ‘Registration Only’. In 2007 werd de status verhoogd en behoren de toygers tot de hoogste categorie, de ‘Full Championship Status’. Er wordt door de fokkers aan gewerkt om behalve de bruine kleur ook de kleur zilver voor toygers erkend te krijgen.
Fokkers
Er zijn ruim 30 fokkers wereldwijd. Deze fokkers werken samen om het toyger-ras verder te ontwikkelen. De fokkers proberen om rond het jaar 2010 een aantal nieuwe kenmerken te hebben toegevoegd. Ze hopen dat toygers dan meer ronde ogen en een bredere neus hebben.
Fokkers Standaard, het uiterlijk van de Toyger
Vorm van de kop: medium-groot, met een dominante diepe, cilindervormige, snuit op een ovale kop
Oren: Smal en rond. Breed gezet richting de achterkant van het hoofd en gericht in hoek van 45 graden richting het centrum van de ogen. Kort maar dichtbehaarde oren. Gepunt als een Lynx is ongewenst.
Ogen: Medium, amandelvormig. Ver uit elkaar gezet, achter in het gezicht, en in de buurt van de basis van het oor.
Neus: Gespierd, lang, breed, en rond, breder wordend richting de punt en ten minste net zo breed als de ruimte tussen de ogen.
Torso: Medium tot diep, long en gespierd met ronde contouren; sterk en robuust maar niet hoekig.
Poten en klauwen: Medium lengte zodanig dat de ruimte tussen de grond en het lichaam ongeveer gelijk is aan de diepte van de torso. Botstructuur is erg lang.
Staart: Erg lang en niet dik. De staart heeft een botte, ronde punt. Vacht is dichtbehaard en kort.
Spiervorming: Erg jong en atletisch van uiterlijk, speciaal bij mannelijke toygers.
Kleur: Markeringen horen vrijwel zwart tot bruin tot gelijkmatig gekleurd zijn. Erg donkere markeringen hebben de voorkeur.
Patroon Markeringen: Het contrast tussen de markeringen en het grondpatroon moet zeer duidelijk zijn, waardoor er een zeer duidelijk, scherp getekend patroon ontstaat.
Lichaams Markeringen: De strepen op het lichaam zijn verticaal gelijnd met cirkelvormige markeringen in de nek, poten en staart. De buik en binnenkant van de poten moeten gemarkeerd zijn. Kussentjes op de klauwen en het puntje van de staart horen zwart te zijn.
Hoofd: Strepen en markeringen in het gezicht horen cirkelvormig rondom het gezicht te lopen. Traditionele tabby markeringen die radiaalvormig weglopen van het gezicht zijn ongewenst. Lichte tot vrijwel witte kleine markeringen op de achterkant van de oren zijn gewenst. Naturel ‘make-up’ is belangrijk: de ogen moeten een zwarte ‘mascara’ markering hebben met witte ringen om de ogen. Voor de mond is het gewenst om zwarte markeringen rond de lippen te hebben.