Gebruiker:Friyeye/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Elfriede Josefiene Maria Baarn- Dijksteel (Paramaribo, 19 augustus 1947 - aldaar, 1 februari 2010), ook bekend als Jenge, was een schrijfster van gedichten, theaterstukken, organisator van kotoshows en regisseur. Ze is een decennialang actief geweest in het Surinaamse onderwijs, vervulde bestuursfuncties in verschillende maatschappelijke organisaties en beleidsfuncties bij de Surinaamse Overheid.


Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

“op 19 augustus 1947 heerste er een sfeer van opluchting en vreugde aan de Drambrandersgracht 40 toen het bericht binnenkwam, dat Iréne Louise Oswaldina Dijksteel haar eerste kind ter wereld had gebracht, dat was ik: Elfriede Josefiene Marie Dijksteel. Frimangron was een bewoner rijker. De laatste twee voornamen waren een erfenis van de zusters van mijn vader, Hendrik Naarden. Ik was de eerste dochter van hun lievelingsbroer, dus zou en moest ik ook hun naam in ere houden”.[1]

Door familie en vrienden uit haar vroege jeugd, wordt ze vooral omschreven als een stil en teruggetrokken meisje. Dit staat in schril contrast tot de spraakzame jonge vrouw die in 1965 toetrad tot de Kweekschool en daar voor het eerst haar schrijverstalent etaleerde. Een heuglijk debuut van haar vriendenkring. “The Magnifcent Seven” is een door Elfriede geregisseerd toneelstuk ter ere van de jubileum van een docent.


In 1969 werd ze leerkracht bij de Rooms Katholiek Bijzonder Onderwijs (RKBO). Op 22 jarige leeftijd trad ze toe tot de organisatie NAKS, een dan nog jonge maatschappelijke organisatie die sport en podiumkunsten als middel gebruikte om vormingswerk onder jongeren te bevorderen. Tien jaar later werd ze lid van Loge Unity no. 18. Binnen de driehoek van deze drie instituten: het onderwijs, NAKS en Loge Unity no. 18. is het karakter van Elfriede in de daaropvolgende twee decennia gevormd, waarbij ze een steeds prominentere voortrekkersrol heeft vervuld.

In de laatste jaren van haar carrière werd ze uitgeleend aan het Directoraat Cultuur om binnen verschillende maatschappelijke organisaties bestuursfuncties te vervullen.

Opleidingen[bewerken | brontekst bewerken]

Na het behalen van haar onderwijzersakte vertrok Elfriede naar Nederland. Daar studeerde zij in 1972-1973 volkshogeschool- en vormingswerk aan de Volkshogeschool Arendsoog te Allard. In dezelfde periode haalde zij de basisopleiding voor jeugdspelleiders in Vierhouten. Bij haar terugkeer in Suriname behaalde zij de hoofdonderwijzersakte met de specialisaties handelswetenschappen en biologie. Tussen 1990 en 2005 volgde ze meerdere trainingen in theater- en vormingswerk in zowel binnen- als buitenland.

Bestuurservaringen[bewerken | brontekst bewerken]

Carriere binnen de organisatie NAKS

Van 1991 tot 1993 was Elfriede directeur en vormingsmedewerker van de Volkshogeschool NAKS te Lelydorp. Als cursusleider ontwikkelde en implementeerde zij programma’s voor diverse onderwijsniveaus en organisaties. In 1995 werd zij voorzitter van de organisatie NAKS. Onder haar leiding ontwikkelde de organisatie zich van een noodlijdend stuurloos instituut tot één van de grootste sociaal-culturele organisaties in Suriname, gericht op behoud. Uiting en documentatie van de Surinaamse cultuur, met jongeren vormingswerk als belangrijk speerpunt.

Carrière binnen Loge Unity no. 18

Binnen Loge Unity no. 18 vervulde Elfriede de functie van secretaris en Worshipfull Matron. Zij is tevens initiatiefnemer en oud-voorzitter van de Stichting Centrum Caritas No. 18. Zij heeft ervoor gezorgd dat de stichting over een eigendomsperceel beschikte waarop een kinderdagverblijf werd gevestigd.

Overige bestuurs- en beleidservaringen

Haar overige ervaringen waren voornamelijk op het gebied van cultuur en management van evenementen. Zij is lid geweest van de stuurgroep voor het organiseren van het Schoolkoren Festival voor de Basisscholen en ook was zij als vertegenwoordiger van de sectie cultuur lid van de Accrediteringsraad van de Overheid. Na haar pensionering in 2007 werd zij aangesteld als beleidsmedewerker bij het Directoraat Cultuur. Vanaf die periode is zij ook coördinator van het evenementenbureau van het Directoraat Cultuur en in 2008 ondervoorzitter van de Nationale Commissie Carifesta geweest. Vanaf 1996 tot haar overlijden is Elfriede verbonden geweest aan de Stichting Nationale Vrouwen Beweging. Haar voornaamste taak was begeleider van vrouwen uit achterstandsgebieden met als doel het bevorderen van deelname aan het sociaal-economische proces in hun woongebied. Vanaf 2000 was ze trajectbegeleider van vrouwen in niet-traditionele (technische) beroepen.

Theaterervaring: van acteur naar theatermaker[bewerken | brontekst bewerken]

Ook op de planken bleef Elfriede Baarn-Dijksteel niet onbekend. Zowel nationaal als internationaal verscheen zij vanaf 1969 in tal van theaterstukken – geschreven door regisseur en schrijver Eugène Drenthe – in folkloristische shows in Nederland en België onder leiding van Charles Aerts, het stuk “Abeni” opgevoerd in Venezuela en Curaçao onder leiding van NAKS en Sticusa. Verder zijn bekend haar optreden in “Folklore of Suriname” van NAKS in Frankrijk en Nederland, “Dasi fu wi rutu” en “Bigi Dorsi” van NAKS in Nederland.

Naast het actieve toneelwerk ontwikkelde zij zich ook tot schrijver en regisseur. Tussen 1980 en 2003 schreef en regisseerde zij diverse voorlichtings- en folkloristische sketches binnen NAKS en een aantal afleveringen van de tv-serie S.A.P. (een overheidsprogramma ter introductie van et Structureel Aanpassingsprogramma). In samenwerken met Kay Mastenbroek bewerkte zij het script “De zoete regen” voor polderfilms in Almere. Ze organiseerde tal van kotoshows en schreef odo’s, die in binnen- en buitenland werden gepresenteerd. Ze was oprichter van Wi Afi, een groep die zich met de traditionele koto bezighoudt.

Hoewel ze al op de Kweekschool spreuken en korte gedichten op papier zette, voltrok haar dichtersleven zich voornamelijk achter de schermen. Pas in de laatste decennia van haar leven trad het dichten vaker op de voorgrond. Haar gedichten geven vooral thema’s weer die in haar carrière en sociale leven de boventoon voerde: cultuur, natuur en zelfredzaamheid, weerbaarheid, zelfvertrouwen, nationalisme en identiteit. Echter, het zijn ook vaak vormen van communicatie die een intieme blik werpen op haar meeste kwetsbare en dromerige momenten. Zo komt haar overgangsperiode van directeur van de Volkshogeschool NAKS naar het voorzitterschap van NAKS kenmerkend naar voren; eerst vervat in noodkreten om vervolgens over te gaan in mijmeringen over nieuwe dromen. Na 2000 is duidelijk stormvloed merkbaar aan bewustwordingsgedichten, vaak geschreven rondom gedenkwaardige momenten zoals 1 juli.

Decoraties en erkenning[bewerken | brontekst bewerken]

Op voordracht van diverse culturele en sociaal-maatschappelijke groepen werd Elfriede Baarn-Dijksteel in 1996 door de President van de Replubiek Suriname gedecoreerd tot Ridder in de Ere-Orde van de Palm. In 2007 verkreeg zij de titel Grootmeester in de Ere-Orde van de Gele Ster. Elfriede Baarn-Dijksteel is getrouwd geweest met regisseur en theatermaker Wilgo Effio Baarn en heeft twee kinderen, Jennifer[2] en Gerley, en pleegdochter Maritha.

Overlijden[bewerken | brontekst bewerken]

Elfriede overleed op 1 februari 2010 in haar ouderlijk huis aan de Drambrandersgracht. Ze werd 62 jaar. Maanden daarvoor was ze al ernstig ziek. Haar innige wens was dat haar gedachtegoed bleef voortleven en dat haar eerste gedichtenbundel werd uitgebracht. Hieraan werd vorm gegeven door het uitbrengen van haar werken in de gedichtenbundel “Son ten na mi” en de gelijknamige DVD. “Mijn taak is hier volbracht. God wil me bij Zich hebben’. Met deze woorden nam Elfriede Baarn-Dijksteel bewust afscheid van haar geliefden. Met haar overlijden is Frimangron weer een nagedachtenis rijker.

Nagedachtenis[bewerken | brontekst bewerken]

Op 1 juli 2012 heeft haar familie tijdens de traditionele Keti Koti Tak’ tangi van NAKS in het Fort Zeelandia, een hoofddoek en een schouderdoek gelanceerd die vorig jaar speciaal in nagedachtenis van Elfriede Baarn ontworpen zijn. De ‘Mis’ Elfriede’-hoofddoek en de ‘Nengre Oso Bangi’-schouderdoek, die een mamio-patroon hebben, werden toen bij de onthulling van haar grafmonument als persoonlijk aandenken geschonken aan naaste familieleden. De hoofddoek zowel als de schouderdoek voor de familieleden werd gemaakt van lapjes uit de persoonlijke voorraad van Elfriede Baarn. Maridy Wiegel die altijd kind aan huis is geweest bij de familie Baarn, stikte de mamio’s met veel zorg in elkaar.[3]

Activiteiten[bewerken | brontekst bewerken]

Elfriede Baarn-Dijksteel heeft een grote bijdrage geleverd aan het ontwikkelen en het behoud van de Surinaamse cultuur en cultuurbeleving, meer specifiek van de Afrikaanse-Surinaamse cultuur. Een selectie van haar activiteiten 1983 tot 2010.

  • Voortrekker van de “Sranan Prodo Spikri” modeshow voor jonge modeontwerpers die traditionele Surinaamse klederdrachten als inspiratiebron gebruiken;
  • Medeoprichter van de sociaal culturele vereniging “Mit’ Makandra” in 1992, Amsterdam, Nederland;
  • Het verzorgen van trainingen en workshops voor leden van de sociaal culturele organisatie “Wi Na Wan” in 1992;
  • Cultureel vormingsweekend in de Volkshogeschool te Rockanje aan Surinamers uit Den Haag in 1992, Thema “Wie ben ik, waar is mijn plaats?” Hellevoetsluis, Nederland;
  • Oprichter van de Kotogroep "Wi Afi" in 1993 die streeft naar het behoud van traditionele kleding o.a. door het organiseren van modeshows.
  • Het organiseren van cursussen in culturele vaardigheden zoals: angisa- bindkunst, draperie, decoratie, bloemschikkunst;
  • Mede-initiatiefnemer van het “Du Mama” contest in 1997 waarbij vrouwen worden bekroond die op sociaal-maatschappelijk gebied van grote betekenis zijn geweest voor hun eigen woon- en leefomgeving;
  • Schrijver en regisseur van het kindertheaterstuk “Bigi Brasa” als onderdeel van een jeugdtheateruitwisselingsproject tussen NAKS Krioro Pikin en Rotterdamse kinderen uit de Maasstad.
  • Initiatiefnemer van de oprichting van de eerste Afrikaanse-Surinaamse muziekschool “Mi Agida” in 1997;
  • Initiatiefnemer van de jaarlijkse “Taki Tangi” dankdienst op 1 juli in Fort Zeelandia;
  • Initiatiefnemer van de eerste Afrikaanse-Surinaamse theaterschool i.o. in 1998 in NAKS;
  • Organisator van cursussen en presentatie van de “Fa yu kan tak’ mi no moi” kotoshow, op verzoek van Jerome Best en de Stichting Suriname American Federation in 1998, New York, Verenigde Staten;
  • Schrijver en regisseur van “Pur’ A Blaka”, rouwverwerking, in het kader van de SLM-ramp

, op uitnodiging van de Stichting Odeon in Rotterdam, Nederland (2000);

  • Mede coördinator van het achtste Caraïbische Kunst- en cultuur Festival, Carifesta 8 in 2003;
  • Hoofdcoördinator “Sranan Prodowaka” in het kader van 30 jaar staatkundige onafhankelijkheid van de Republiek Suriname in 2005;
  • Medecoördinator en delegatieleider van het project “Millennium doelen Jongeren”, een uitwisselingsprogramma tussen Rotterdam en Paramaribo in 2006;
  • Medeoprichter van de “Afrikan-Sranan Wroko Makandra” in 2008;
  • Haar laatste bijdrage is geweest met het opzetten van een tentoonstelling “Opo Yu Ati” van het Rooms Katholiek Bisdom Paramaribo in verband met zijn 50-jarig bestaan;
  • Zowel nationaal als internationaal (o.a. Europa, Caraïbisch gebied, Verenigde Staten, Ghana) inleidingen en lezingen verzorgd op conferenties over Suriname, theater en cultuur.[4]

Referenties[bewerken | brontekst bewerken]

  1. Kriskras door Frimangron, geschreven door Elfriede Baarn-Dijksteel, KIT Publisher 2003
  2. Jennifer Baarn
  3. http://werkgroepcaraibischeletteren.nl/
  4. Son ten na mi: Jenge