Miljoenennota 2016

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Minister Jeroen Dijsselbloem biedt het koffertje met de miljoenennota aan aan de Tweede Kamer op Prinsjesdag 2015.

De miljoenennota 2016 is een algemene toelichting van de Nederlandse regering op de verwachte inkomsten en de uitgaven in de Nederlandse Rijksbegroting voor het jaar 2016, zoals deze bekend worden gemaakt op Prinsjesdag 2015.

In de miljoenennota 2016 worden de belangrijkste plannen van het kabinet voor het jaar 2016 besproken. Hierbij wordt ingegaan op de invloed van deze plannen op de burgers en de bedrijven. Ook wordt in de Miljoenennota de algemene toestand van de Nederlandse economie besproken. Een belangrijk onderwerp zijn de overheidsfinanciën. Er wordt aangegeven hoe groot het tekort is en hoe dit zal worden gefinancierd.

Geraamde uitgaven (in miljarden euro's)[bewerken | brontekst bewerken]

Geraamde uitgaven Bedrag
Sociale Zekerheid en Arbeidsmarkt 78,1
Zorg 74,6
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 34,0
Gemeente- en Provinciefonds en BTW-compensatiefonds 23,2
Veiligheid en Justitie 9,9
Buitenlandse Zaken / Internationale Samenwerking 9,9
Infrastructuur en Milieu 8,1
Rentelasten 7,8
Defensie 7,5
Economische Zaken 4,4
Wonen en Rijksdienst 3,1
Financiën 1,2
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 0,8
Overig -0,4
Totaal 262,1

Hiervan moeten nog de gasbaten van 5,7 miljard (die aan de uitgavenkant als niet-belastingontvangst zijn opgenomen) worden afgetrokken, zodat de totale Rijksuitgaven in 2016 naar verwachting 256,4 miljard euro bedragen.

Raming van de belasting- en premieontvangsten (in miljarden euro)[bewerken | brontekst bewerken]

De totale inkomsten worden voor 2016 geraamd op 253,5 miljard euro.

Geraamde belasting- en premieontvangst Bedrag
Indirecte belastingen 78,4
Directe belastingen 70,0
Totaal belastingen 148,4
Aansluiting op EMU-basis 0,5
Premies volksverzekeringen 42,3
Premies werknemersverzekeringen 57,1
Totaal belasting- en premieontvangsten op EMU-basis 253,5

Geraamd tekort (in miljarden euro)[bewerken | brontekst bewerken]

Het begrotingstekort wordt geraamd op 10,5 miljard euro oftewel 1,5% van het bbp.

Geraamd tekort Bedrag
Totaal uitgaven Rijksoverheid 262,1
Totaal inkomsten Rijksoverheid 253,5
Verschil (EMU-saldo Rijksoverheid) 8,6
EMU-saldo lokale overheid 1,9
Tekort (op EMU-basis) 10,5

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]