Graslandmosnetwants
Graslandmosnetwants | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Acalypta marginata (Wolff, 1804) | |||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||
Graslandmosnetwants op Wikispecies | |||||||||||||||
|
De graslandmosnetwants (Acalypta marginata) is een wants uit de familie van de Tingidae (netwantsen). De soort werd het eerst wetenschappelijk beschreven door Johann Friedrich Wolff in 1804.
Uiterlijk
[bewerken | brontekst bewerken]De langwerpig ovaal gevormde netwants kan ongeveer 2 mm lang worden. Net als de andere netwantsen hebben ze een fijnmazig netwerk van aders op hun vleugels. De vleugeladers zijn uniform van kleur. De antennes zijn niet behaard. het halsschild is naar voren gebogen maar steekt niet uit voorbij het midden van de ogen. De soort is kent voornamelijk kortvleugelige (brachypteer) maar ook zeer zelden langvleugelige (macropteer) individuen. Zonder genitaal onderzoek is de wants niet te onderscheiden van de heidemosnetwants (Acalypta nigrina).
Leefwijze
[bewerken | brontekst bewerken]De volgroeide wantsen kunnen vermoedelijk het hele jaar gevonden worden, waarnemingen zijn bekend uit de periode mei tot juli, nimfen in mei, september en oktober. In Nederland is er vermoedelijk één generatie per jaar. De wantsen overwinteren als volwassen wants en als nimf.
Leefgebied
[bewerken | brontekst bewerken]Het verspreidingsgebied loopt van Europa en Azië, tot in Mongolië. In Nederland is de soort zeer zeldzaam. Ze worden gevonden in Midden- en Noord-Nederland tussen mos op hoge zandgronden met droge, kalkhoudende bodem.
Externe link
[bewerken | brontekst bewerken]- Kaarten met waarnemingen: