Naar inhoud springen

Boerhaaveplein 28 (Amsterdam)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Boerhaaveplein 28
Een openluchtconcert van het Ricotti Ensemble voor het badhuis (2015)
Een openluchtconcert van het Ricotti Ensemble voor het badhuis (2015)
Locatie
Locatie Amsterdam-Oost, Boerhaaveplein
Adres Boerhaaveplein 28, 1091 AT AmsterdamBewerken op Wikidata
Coördinaten 52° 22′ NB, 4° 55′ OL
Status en tijdlijn
Oorspr. functie badhuis
Huidig gebruik theater
Start bouw 1918
Architectuur
Bouwstijl Amsterdamse School
Verdiepingen 2Bewerken op Wikidata
Bouwinfo
Architect Arend Jan Westerman, Dienst der Publieke Werken
Eigenaar Michael Manicardi
Erkenning
Monumentstatus rijksmonument
Monumentnummer 526986
Portaal  Portaalicoon   Civiele techniek en bouwkunde
Amsterdam
Lettertype Amsterdamse School (februari 2020)

Boerhaaveplein 28 te Amsterdam is een voormalig badhuis in Amsterdam. Vanaf 1985 is het Badhuistheater hierin gevestigd.

In het najaar van 1918 besloot de gemeente Amsterdam over te gaan tot de bouw van een aantal badhuizen. Men dacht er wel aan eerder tot bouw over te gaan, maar de prijzen voor materiaal tijdens de Eerste Wereldoorlog waren hoog, zodat uitstel beter leek. Aan de Publieke Werken werd gevraagd een ontwerp te maken, in dit geval aan de daar werkende architect Arend Jan Westerman. Men dacht het voor 100.000 gulden te kunnen bouwen; een jaar later moest het krediet verhoogd worden tot 140.000 gulden inclusief inrichting met sanitair etc. Pas toen dat krediet er was kon er rond februari 1920 een aanbesteding plaatsvinden. Op 6 juli 1921 kwamen wethouder Monne de Miranda en burgemeester Willem de Vlugt naar het badhuis om het te openen.

Het werd gebouwd tussen de vroegere bierbrouwerij de Amstel en de Amstel Campus van de HvA (op de plek van het opgeheven busstation Van Musschenbroekstraat van de NBM). Destijds kreeg het huisnummer Andreas Bonnstraat 28 mee.

Het zou het eerste badhuis zijn dat rekening hield met een gelijk aantal mannen en vrouw, alhoewel de ingangen tot het badhuis nog gescheiden waren; de plannen lieten echter een verdeling van twaalf ruimten voor mannen om zes voor vrouwen zien. Onder een koepelvormig dak bevonden zich bij opening 20 badkamertjes; zij lagen rondom een centraal gelegen wachtkamer. Het was het eerste vrijstaande badhuis. De koepelvorm is terug te vinden in een cirkelvormige plattegrond en een centrale schoorsteen. De doorsnee is negentien meter. Het gebouw is in Westermans variant van de Amsterdamse school opgetrokken. De ingangen voor mannen en vrouwen en het totaal worden in smeedijzeren letters weergegeven. Het badhuis zou tot begin jaren tachtig functioneren. Als gevolg van grootscheepse sanering van de Oosterparkbuurt hadden de meeste woningen zelf een sanitaire ruimte met douche gekregen.

Het werd vervolgens gerenoveerd en omgebouwd tot theater, dat de naam Badhuistheater meekreeg. Het Badhuistheater groeide uit tot cultureel centrum met een multiculturele theaterwerkplaats. Er treden bands op, er zijn theaterstukken te zien en er worden tentoonstellingen gehouden. Het adres is ongeveer toen ook gewijzigd in Boerhaaveplein 28; dat huisnummer was nog niet in gebruik.

In 2003 is het gebouw tot rijksmonument verklaard. Dit geldt op basis van de architectonische en cultuurhistorische waarde. Verder wees men op het belang in typologische zin. Het badhuis werd gebouwd in een periode dat door woningbouwverenigingen in de buurt arbeiderswoningen uit de grond werden gestampt, die niet (allen) voorzien waren van badgelegenheid. Door extra hygiënische maatregelen als een badhuis probeerde de gemeente de gezondheid in de wijken te verbeteren.