Carl Geverding
| Carl Geverding | ||||
|---|---|---|---|---|
.jpg)
| ||||
Geverding in 1906
| ||||
| Persoonsgegevens | ||||
| Volledige naam | Carl Anthonij Geverding | |||
| Geboren | Den Haag, 28 maart 1832 | |||
| Overleden | Amsterdam, 23 augustus 1910 | |||
| Geboorteland | Nederland | |||
| Beroep(en) | beeldhouwer | |||
| ||||
Carl Anthonij Geverding (Den Haag, 28 maart 1832 - Amsterdam, 23 augustus 1910) was een Nederlands beeldhouwer.
Leven en werk[bewerken | brontekst bewerken]
Geverding was een zoon van beeldhouwer Johannes Karel Geverding (1805-1876) en Cornelia Josophia Garnier (1806-1878). Hij trouwde in 1863 met Maria Wilhelmina Scholtz (1834-1896). Geverding werkte als zelfstandig beeldhouwer in Amsterdam. In 1881 werd hij leraar aan de Teekenschool voor Kunstambachten, hij vierde in 1906 zijn zilveren jubileum.[1][2] Hij gas les aan onder anderen Anton Fortuin, Louis van der Maas, Jan Schultsz[3] en Frans Zwollo.
Geverding overleed in 1910, op 78-jarige leeftijd. Hij werd begraven op begraafplaats Huis te Vraag.
Werken (selectie)[bewerken | brontekst bewerken]
- 1874 ornament voor de attiek van Herengracht 468, Amsterdam
Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]
Bronnen, noten en/of referenties
|