Naar inhoud springen

Clarence 'Frogman' Henry

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door J9B5 (overleg | bijdragen) op 2 feb 2020 om 14:10. (→‎Radio 2 Top 2000)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Clarence 'Frogman' Henry
Plaats uw zelfgemaakte foto hier
Algemene informatie
Geboren 19 maart 1937
Geboorteplaats New OrleansBewerken op Wikidata
Overleden 7 april 2024Bewerken op Wikidata
Land Vlag van Verenigde Staten Verenigde Staten
Werk
Jaren actief 1952 - heden
(en) AllMusic-profiel
(en) Discogs-profiel
(en) IMDb-profiel
(en) Last.fm-profiel
(en) MusicBrainz-profiel
Portaal  Portaalicoon   Muziek

Clarence Henry (New Orleans, 19 maart 1937) is een Amerikaans zanger. Zijn bijnaam "Frogman" dankt hij aan de kikkergeluiden die hij op zijn eerste single Ain't got no home maakte. Hij had een hit met But I do.

Biografie

Henry begint op zijn achtste met het volgen van pianolessen. In 1948 verhuist hij met zijn gezin naar Algiers, Louisiana. Daar gaat hij naar de middelbare school en ontwikkelt hij zelfstandig zijn pianospel. Zijn grootste voorbeelden zijn Fats Domino en Professor Longhair. In 1952 vraagt zijn muziekdocent of hij wil meespelen in het schoolbandje Bobby Mitchell & the Toppers. Daar speelt hij zowel piano als trombone.

In 1956 breekt Henry landelijk door met zijn single Ain't got no home. In dat nummer zingt hij met drie stemmen: zijn eigen stem, een meisjesstem en een heel lage stem. Aan die lage stem die klinkt als een kikker, houdt hij de bijnaam Frogman over. In de Billboard Hot 100 bereikt hij in 1957 de twintigste plaats. De singles die volgen, worden echter geen hits.

In 1961 beleeft Henry een comeback door de single (I don't know why I love you) But I do. Dit wordt een nummer 4-hit in de Verenigde Staten. In Nederland en Vlaanderen is dit nummer zijn enige hit met respectievelijk een veertiende en een twaalfde plaats in de hitparade. Sommige mensen dachten bij het horen van But I do dat het werd gezongen door een blanke zanger. Om daarop in te spelen, wordt op het album You always hurt the one you love een blanke man afgebeeld. De afgebeelde man was zijn producer Leonard Chess. De opvolger van But I do is You always hurt the one you love, een oude hit van The Mills Brothers. Dit nummer komt tot #12 in de Hot 100 en daarna volgen nog drie kleine hitjes: Lonely street, On bended knees en A little too much. Hoewel zijn landelijk succes daarna afneemt, blijft hij jarenlang in clubs in New Orleans spelen. Daarnaast staat hij achttien keer in het voorprogramma van The Beatles, tijdens hun tournee door de Verenigde Staten en Canada.

In 1983 gaat Henry voor zes maanden naar Engeland, waar hij een album opnam. Hoewel de single That old piano geen hit wordt in Engeland of Amerika, haalt de single in Nederland opvallend genoeg de tipparade. Tegenwoordig treedt Henry nog steeds op en is hij te boeken voor feesten en partijen. In 2005 raakte zijn huis beschadigd tijdens de orkaan Katrina, maar zelf raakte hij niet gewond.

Discografie

Singles

Single met hitnotering(en)
in oude hitlijsten
Datum van
verschijnen
Datum van
binnenkomst
Hoogste
positie
Aantal
maanden
Opmerkingen Bron
But I do jul 1961 14 3M Muziek Parade


Single met eventuele hitnotering(en) in de Nederlandse Top 40 Datum van
verschijnen
Datum van
binnenkomst
Hoogste
positie
Aantal
weken
Opmerkingen
That old piano 3-12-1983 tip


Single met hitnotering(en) in de Vlaamse Ultratop 50 Datum van
verschijnen
Datum van
binnenkomst
Hoogste
positie
Aantal
weken
Opmerkingen
But I do jul 1961 12 2M in de Juke Box Top 20

Radio 2 Top 2000

Nummer(s) met noteringen in de NPO Radio 2 Top 2000 '99 '00 '01 '02 '03 '04 '05 '06 '07 '08 '09 '10 '11 '12 '13 '14 '15 '16 '17 '18 '19 '20 '21 '22 '23
But I do - 1813 - - - - - - - - - - - - - - - - - - -