Naar inhoud springen

Clemenceau (schip, 1961)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door 59R (overleg | bijdragen) op 21 okt 2016 om 17:52. (link)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Vlag Franse marine
Clemenceau
De Clemenceau.
Geschiedenis
Kiellegging 1955
Tewaterlating 1961
Gedoopt 1961
In dienst 1961
Uit dienst 1997
Status Gesloopt
Algemene kenmerken
Type vliegdekschip (Clemenceau-klasse)
Lengte 265 m
Breedte 51,2 m
Diepgang 8,6 m
Deplacement 22.000 ton (standaard)
32.780 ton (volgeladen)
Tonnenmaat 22.000 BRT
Voortstuwing en vermogen 2x Parsons stoomturbines (6 boilers); 126.000 shp
Vaart 32 kn
Bereik 7.500 zeemijlen (18 kn)
Bemanning 1.338
Bewapening 8x 100 mm
Vliegtuigen en faciliteiten 40
Portaal  Portaalicoon   Maritiem

De Clemenceau was een vliegdekschip van de Franse marine. Het schip werd gebouwd tijdens de tweede helft van de jaren vijftig en werd te water gelaten in 1961. De Clemenceau was 265 m lang en 51,2 m breed, met een diepgang van 8,6 m. De maximale snelheid was 32 knopen, maar het maximale bereik (7.500 zeemijlen) werd gehaald met de gemiddelde snelheid van 18 knopen.

Het schip werd in 1961 te water gelaten, als vervangster voor de drie vliegdekschepen van de Franse marine, die deze had overgenomen van de Britse Royal Navy. Twee jaar later volgde haar zusterschip de Foch. Beide schepen behoorden tot de Clemenceau-klasse. Ze waren uitgerust met zeer moderne technieken, waaronder stoomkatapulten, liften en een modern vliegdek.
Door verbeteringen aan het model vliegtuigen werd het aantal toestellen teruggebracht tot 40, daar er geen plaats was voor de originele 60. Het eskader vliegtuigen bestaat uit Dassault Étendard IVM-aanvalsvliegtuigen, Dassault Étendard IVP verkennings- en tanktoestellen en Aquilon als luchtverdediging. Antiduikbootverdediging werd uitgevoerd door Alizé-turboprops, die in de jaren zeventig werden vervangen door helikopters, terwijl de Etendard IVM werd vervangen door de Dassault Super-Étendard en de Aquilon door de F-8E Crusader.

De Clemenceau werd afwisselend gebruikt als vliegdekschip en als helikoptermoederschip, samen met haar zusterschip de Foch. Later dan gepland werd de Clemenceau in 1997 uit dienst genomen en gebruikt als voorraad voor reserve-onderdelen voor de Foch.

Omdat het zo'n 770 ton asbest aan boord had werd het geweigerd bij de sloop in India en werd het in 2009 gesloopt door Able UK in Teesside, VK.

Zie de categorie Clemenceau (R98) van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.