Daan Boens
Daan Boens | ||||
---|---|---|---|---|
Algemene informatie | ||||
Geboren | 4 juni 1893 | |||
Geboorteplaats | Oostende | |||
Overleden | 28 januari 1977 | |||
Overlijdensplaats | Gent | |||
Land | België | |||
Dbnl-profiel | ||||
|
Daniël (Daan) Boens (Oostende, 4 juni 1893 – Gent, 28 januari 1977) was een Belgisch politicus voor de BWP en Vlaamse schrijver.
Levensloop
Boens volgde middelbaar onderwijs aan het atheneum van Oostende, waarna hij archeologie en wijsbegeerte studeerde aan de Universiteit van Luik. Hij was er secretaris van het Vlaamsgezinde studentengenootschap Onze Taal en volgde schilder- en tekenlessen aan de academie. Als scholier en student publiceerde hij gedichten in De Goedendag, De Boomgaard, Nieuw Leven en De Tijd.[1]
Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in 1914 moest Boens zijn studies staken en werd hij als infanterist onder de wapens geroepen. Aan het front was hij een van de weinige Vlamingen die oorlogspoëzie schreef en drukte hij via een reeks inktzwartesonnetten zijn afschuw voor het oorlogsgeweld uit. Aan het einde van de oorlog raakte hij gewond bij een gasaanval.
Na de Eerste Wereldoorlog werkte Daan Boens mee aan Opstanding, het tijdschrift van de pacifistische Clarté-beweging. Hij sloot zich aan bij de Belgische Werkliedenpartij, die volgens hem zijn antimilitaristische gevoelens het best vertolkte. Voor de partij was hij van 1921 tot 1925 provincieraadslid van West-Vlaanderen, van 1926 tot 1932 gemeenteraadslid van Oostende en van 1925 tot 1929 volksvertegenwoordiger voor het arrondissement Veurne-Diksmuide-Oostende. Tijdens zijn politieke loopbaan was hij een voorstander van de vernederlandsing van de Universiteit van Gent, dat hij als een democratische en rechtvaardige daad beschouwde.
In 1929 werd Boens redacteur van de krant Vooruit en beheerder van de Samenwerkende Maatschappij Het Licht. Van 1927 tot 1945 was hij bovendien voorzitter van een textielmaatschappij in Roeselare. Tijdens zijn loopbaan als journalist verhuisde hij naar Gent.
De Tweede Wereldoorlog maakte een einde aan Boens' loopbaan als journalist. Na de Bevrijding was hij publiciteitsagent, vastgoedmakelaar en bibliothecaris en adviseur van de Centrale der Liberale Vakbonden. Ook was hij medeoprichter van Radio-Vlaanderen (1936), het satirisch weekblad Pan (1938) en de Vereniging van Oost-Vlaamse Letterkundigen (1954).
Gedurende zijn hele leven schreef Daan Boens gedichten en toneelstukken. Hij was onder meer auteur van het massaspel 1302, dat in 1937 werd opgevoerd tijdens de socialistische Guldensporenviering van Kortrijk.
Bibliografie
- In witte gewaden (1914)
- Van glorie en Lijden (1917)
- Menschen in de grachten (1918)
- De verrijzenis (1920)
- De schoone reis (1928)
- De late passagier (1929)
- Veertien-dertig (1930)
- De man die zijn vrouw verkocht (1931)
- Klaarten (1939)
- Het paard van Don Quijote (1941)
- Het leven van een man in twintig kwatrijnen (1942)
- De veroveraar (1943)
- Opdracht aan het leven (1943)
- Het hart der wereld klopt (1947)
- Aan het leven (1953)
- Nocturnen (1956)
- Van aanschijn tot aanschijn (1961)
Externe links
- Biografieën, werken en teksten bij de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren (dbnl)
- Gent vergeten schrijvers