Buck Danny

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
(Doorverwezen vanaf De avonturen van Buck Danny)
Buck Danny
Buck Danny
Land van oorsprong Vlag van België België
Oorspronkelijke taal Frans
Genre realistische strip, oorlogsstrip, avonturenstrip
Creatieteam
Schrijver(s) Jean-Michel Charlier
Tekenaar(s) Victor Hubinon
Publicatie
Uitgever Dupuis
Publicatie Robbedoes
Eerste publicatie 1945
Portaal  Portaalicoon   Strip

Buck Danny is een Franco-Belgische realistische stripreeks waarin het hoofdpersonage Buck Danny, een kolonel van de Amerikaanse luchtmacht avonturen beleeft met zijn kompanen Jerry Tumbler en Sonny Tuckson. In de eerste twee albums uit de reeks speelt alleen Buck Danny zelf een rol, Tumbler en Tuckson verschijnen pas in het derde album. De belangrijkste antagonist is de mysterieuze Lady X.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

De reeks is bedacht door Georges Troisfontaines, scenarist Jean-Michel Charlier en tekenaar Victor Hubinon. Troisfontaines tekende de eerste platen van het allereerste album. Hij werkte voor de uitgeverij Dupuis en is de oprichter van World Press Agency. Het agentschap verdeelde stripverhalen aan internationale kranten en magazines. Na de dood van Hubinon nam Francis Bergèse in 1979 het tekenwerk over. Toen in 1989 ook Charlier overleed, tekende Bergèse een album naar een scenario van Jacques de Douhet, om vervolgens zelf het schrijfwerk op zich te nemen.

De eerste albums van de reeks spelen zich af op en rond de Grote Oceaan ten tijde van de Tweede Wereldoorlog. Daarna blijft er aandacht voor de actualiteit en worden historische ontwikkelingen en technologische vooruitgang in de albums naar voren gebracht. Dit doet men door bijvoorbeeld de Koreaanse Oorlog en prototype-vliegtuigen als onderwerp te behandelen.

De reeks maakt gebruik van een opschuivende tijdlijn: hoewel een tijdspanne van enkele decennia wordt overbrugd worden Buck, Sonny en Tumbler niet ouder. Wel worden ze in de eerste paar albums een keer bevorderd.

Hoewel Buck, Sonny en Tumbler luchtmachtvliegers zijn, spelen diverse verhalen zich af bij de marine. De drie vliegen vanaf vliegkampschepen met marinevliegtuigen zoals de F-14 en F-18, maar blijven trouw hun blauwe luchtmachtuniformen dragen en hun airforcerangen gebruiken. Dit komt in de realiteit amper voor. In het begin van album dertien Een vliegtuig wordt vermist gaan de personages hier kort op in.

Voor de liefhebbers is er een gebundelde reeks waarbij de clusters van verhalen (Buck Danny in de Pacific, In Korea, ...) gebundeld zijn met bijkomende informatie over het verhaal, zoals de historische feiten waarop het is gebaseerd.

Buck Danny verscheen oorspronkelijk in het stripblad Robbedoes. De strip wordt uitgegeven door Dupuis.

Historische achtergrond[bewerken | brontekst bewerken]

Op enkele schoonheidsfoutjes na, is het verloop van de series gelinkt aan historisch correcte en waargebeurde evenementen, of gebaseerd op situaties die dan wel realistisch of gebaseerd zijn op geschiedkundige gegevens voor het grootste deel van de reeks. Kenmerkende schoonheidsfoutjes waren dat alle Japanse gevechtsvliegtuigen aan werden geduid als "Zero's", of het nu tweedekkers dan wel monoplane toestellen betrof, of dat sommige historische figuren een ietwat andere karaktertrek of attitude vertonen. Niettemin is de achtergrond, zeker voor de eerste 6 albums, gestoeld op de waargebeurde feiten, zoals de slag om de Koraalzee, Midway en de Vliegende Tijgers. Ook voor het onderdeel van de Koreaanse Oorlog wordt met de historische context voor het overgrote deel rekening gehouden. De verhalen tussen WOII en Korea zijn dan, net als de verhalen er na, verwijzend naar of ontleend aan geschiedkundige contexten maar met een nodige 'twist', zoals bijvoorbeeld het verhaal rond de 2 proefmodellen in "Proefmoedel FX-13", "X-15" en de meer recentere verhalen zoals 'Nacht van de slang". Scenarist Jean-Michel Charlier ondernam begin jaren 1960 een studiereis in de Verenigde Staten langs luchtmachtbasissen (Langley, Edwards) en Cape Canaveral. Hij deed er inspiratie op voor de verhalen die tussen 1962 en 1965 verschenen en verzamelde documentatie voor tekenaar Hubinon.[1] De auteurs waren er op gebrand om de reeks een plausibel gevoel te geven, waarbij de actualiteit of historische gebeurtenissen vaak in de verhalen werden verweven, of op zijn minst een gevoel geven dat ze heel goed gebeurd konden zijn. Een constante die pas veel later in de reeks aan bod zou komen, is de afwezigheid van de Sovjet-Unie als tegenstander voor Danny en zijn maats. De tegenstanders zijn vaker criminele organisaties, politieke schaduwgroepen, of nietsontziende zakenlui. Deze keuze was bewust gedaan om Danny's verhalen een bredere horizon te kunnen laten bestrijken, en exotische locaties mede in het pakket op te kunnen nemen, zoals de Pacific, het Hoge Noorden of zelfs een meer nationaal gelegen operatieterrein. Pas in recentere albums kwamen de Russen aan bod, zij het dan maar zeer beperkt of slechts enkele albums.

Karikaturiseren en racisme[bewerken | brontekst bewerken]

Hoewel het niet aldus bedoeld was, stonden enkele elementen in de eerdere albums duidelijk als karikaturen dan wel overdreven stereotiepe representaties van een ras of groepering naar voren. Zo werden de Japanners meestal als extreem boosaardig, met fysieke kenmerken die nogal moeilijk als anders dan typische karikaturen kunnen worden beschouwd. Denken we aan overdreven vooruitstaande bovenste gebitten, de overdreven 'spleetogen', of een overduidelijk slecht zicht. Ook in de drie albums na WOII wordt de criminele organisatie geleid door een malafide Jood, genaamd Bronstein. Als gevolg hier van gingen de auteurs voorzichtiger om met het vertegenwoordigen van andere volkeren of groeperingen zonder bepaalde historische elementen daarom te verzachten of verdoezelen.

Belangrijkste personages[bewerken | brontekst bewerken]

Buck Danny[bewerken | brontekst bewerken]

De voornaamste held van het verhaal en zelf een personificatie van wat een 'all American Hero' zou kunnen zijn: groot, blauwe ogen, blond en betrekkelijk knap. Hij is rechtuit, maar open van geest; strikt, maar niet onbereikbaar; trouw aan zijn land maar rechtschapen. Van de drie voornaamste personages gaat hij het snelst in rang vooruit, maar wordt nooit gepromoveerd tot een hogere rang dan kolonel. Hoewel in diverse albums hier gewag van wordt gemaakt dat men hem tot generaal en een hogere roeping zou willen benoemen, gebeurt dit in de praktijk nooit, vermits dit zoveel zou betekenen als dat Danny het actief vliegen op zal moeten geven. Een doorgewinterde piloot en een geboren leider, die niets liever doet dan het recht te laten zegevieren. Callsign (inofficieel): Targy.

Jerry Tumbler[bewerken | brontekst bewerken]

De antipode voor Buck Danny en een meer gedreven figuur, die eerst was bedoeld om Danny's scherpe kantjes een personificatie te geven. Waar hij eerst een hekel aan Danny had en zich vaker zonder nadenken in de vuurlinie zou gooien, komt hij al gauw tot inkeer en vormt ten dele de menselijke kant van Danny's autoriteit als leider. Draagt meestal de pet scheef op het hoofd, is in de meeste albums steevast te zien met een sigaret in de mond en spant vaak met Danny samen om het derde en jongste lid van hun trio, Sonny, voor de gek te houden. Maakt zijn opwachting in 'De Vliegende Tijgers', waar hij duidelijk laat voelen dat hij Danny's bevordering tot groepscommandant over zijn eigen hoofd als een belediging ziet en zich als 'Danny's ergste vijand' laat gelden. Wanneer Danny hem echter, ondanks diens eigen roekeloosheid, het leven redt en hem nadien inschakelt om een spionagenetwerk op te rollen, wordt hij een van Danny's beste vrienden. Na de oorlog komt hij Danny weer tegen en leggen ze samen de verdere fundamenten van een jarenlange vriendschap. In recentere albums is de rol van Tumbler gegroeid en neemt hij vaak het voortouw wanneer de situatie dit vereist. Begon als Luitenant 1e Klasse en is momenteel een majoor. Callsign: Tumb.

Sonny Tuckson[bewerken | brontekst bewerken]

De jongste van het trio en ook zowat de komische noot van het drietal, zich vaak belachelijk makend door extravagante klederdracht te tooien, voertuigen die schreeuwend aandoen van lelijkheid, of zich gewoon door zijn daden tot clown van de dag bombarderen. Is vaak kop van jut voor Danny en Tumbler, of stort zich in zoveel hilarisch eindigende toestanden dat men soms zeer veel moeite heeft hem serieus te nemen. Van de drie is hij echter het felst als het op zijn trouw aankomt of zijn leven voor zijn maats in de waagschaal te werpen, zelfs wanneer de bevelen dit hem verbieden. Begint met de rang van Luitenant 2e Klasse en wordt uiteindelijk bevorderd tot kapitein, nog steeds zijn huidige rang. Een passie van Sonny is zijn voorliefde voor artistieke uitingen die de anderen niet altijd begrijpen, zoals blijkt uit de diverse livreien die hij bedenkt voor de vliegtuigen, neusbeschilderingen, of gewoonweg een schilderwerkje. In recentere jaren is dit wat geminderd tot het tooien van zijn vliegtuig met een zwarte schedel en gekruiste beenderen, en de aanduiding 'Texan Pirate'. Een incident op Le Bourget in 'Nacht Van de Slang' levert hem uiteindelijk, naar authentiek gebruik, een callsign op, welke hij, eveneens naar de traditie, uiteindelijk is gaan aanvaarden. Callsign: Froggy.

Admiraal Halbert 'Hal' Walker[bewerken | brontekst bewerken]

De admiraal onder de welke Danny, Tumbler en Tuckson vanaf album 41 eigenlijk steevast gaan dienen, een oude rot in het vak die hard is voor zijn mannen, maar rechtvaardig niettemin. Vooral met Tuckson heeft hij vaak een appeltje te schillen en wanneer dit gebeurt is het meestal niet omwille van de leukste redenen. Rookt pijp en is bijna altijd vergezeld van een hond, de mopshond O'Connor. In oudere albums is zijn karakter niettemin reeds present in andere admiraals aan boord van de vliegdekschepen waar Danny en zijn maats vanaf 'Een vliegtuig wordt vermist' op dienen, zoals Mac Mahon van de 'Valley Forge' of de ongenoemde admiraal die het bevel voert over de 'Ranger'.

O'Connor[bewerken | brontekst bewerken]

De mopshond van admiraal Walker die vanaf 'Operatie Apocalypsis' eveneens diens opwachting maakt. Het dier heeft een zeer excentriek karakter en heeft met Tuckson vooral een zeer erg wisselvallige relatie. Het ene moment zijn ze als kemphanen, de volgende is O'Connor ziek van heimwee als Tuckson eropuit trekt.

Cindy MacPherson[bewerken | brontekst bewerken]

De blonde piloot van de US Navy welke in de laatste albums vanaf 'Het Spooksquadron' haar opwachting maakt. Ze is een gepassioneerd vlieger, in de rang van Luitenant, die echter door haar kindje in de rol van spionne wordt geduwd en voor de beruchte Lady X uiteindelijk gedwongen wordt te werken. Ze is echter iemand met een gouden hart en is Danny, Tumbler en Tuckson zeer erkentelijk voor hun steun en het feit dat ze door hen tot tweemaal toe wordt gered. Met Sonny heeft ze iets dat nog het meeste lijkt op een relatie, al is dit in latere albums minder uitgesproken. Callsign: Flare.

Slim Holden[bewerken | brontekst bewerken]

Een doorgewinterde US Navy piloot die een echte uitblinker is maar, in tegenstelling tot Danny, een minder berekend en getemperd karakter heeft. Houdt van stuntvliegen, maar is minder diplomatisch als leider of als mens, wat hem vaak in de problemen dreigt te brengen. Hij is trots en koppig, maar wanneer de situatie er toe roept, de juiste man op de juiste plek meer dan eens.

Jane Hamilton / Lady X[bewerken | brontekst bewerken]

De voornaamste antagonist in de verhalen. Ze komt voor een eerste keer ter sprake in 'Gevaar in het Hoge Noorden' en in beeld in het vervolgverhaal 'Tegen Lady X'. Doorheen de reeks bewijst Lady X zich als een ware Phoenix die er telkens in slaagt uit de dood te herrijzen en daarbij met regelmaat haar uiterlijk bij laat werken. Zo is er eerst een blondine, later een zwartharige vrouw met meer Aziatische trekken, dan een brunette met korte coupe en in de laatste verhalen uitgesproken Aziatisch en een femme fatale Haar ogen zijn eerst staalblauw, later draagt ze donkere contactlenzen. Over haar origines lopen diverse bronnen: zo is ze in haar eerste opwachting nog gewoon Jane Hamilton, een piloot met het record op haar naam om als eerste vrouw door de geluidsmuur te breken, later blijkt dat ze reeds in de oorlog tegen Japan een spionne was die haar eigen baas werd en een internationaal spionagedienst op heeft gericht die haar informatie aan de meestbiedende verkoopt, een vinger heeft in de pap van de Zuidoost-Aziatische narcotica-wereld en over zeer veel Japans oorlogsmateriaal kan beschikken, om later voldoende faam te kennen om op de radar te blijven van diverse malafide organisaties.

Albums[bewerken | brontekst bewerken]

Reguliere reeks[bewerken | brontekst bewerken]

  • Jean-Michel Charlier (scenario) en Victor Hubinon (tekenaar)
Nr. Album Jaar Verhaal Tekenaar
1. De Jappen vallen aan 1948 Jean-Michel Charlier Victor Hubinon
2. De geheimen van Midway 1948
3. De zonen des hemels 1950
4. De vliegende tijgers 1951
5. De zwarte draak 1951
6. Aanval in Birma 1952
7. De smokkelaars van de Rode Zee 1952
8. De woestijnrovers 1952
9. Petroleumgangsters 1953
10. Testpiloten 1953
11. In Korea 1954
12. De onbemande vliegtuigen 1954
13. Een vliegtuig wordt vermist 1954
14. Patroelje bij dageraad 1955
15. NC22654 antwoordt niet meer 1957
16. Gevaar in het Noorden 1957
17. Buck Danny tegen Lady X 1958
18. Aanval op Malakka 1958
19. De tijger van Malakka 1959
20. S.O.S. vliegende schotels 1959
21. Prototype is verdwenen 1960
22. Geheime opdracht 1960
23. Vlucht naar de verloren vallei 1960
24. Proefmodel FX 13 1961
25. Het ZZ eskader 1961
26. De vliegende tijgers komen terug 1962
27. De vliegende tijgers schieten te hulp 1962
28. De vliegende tijgers tegen piraten 1962
29. Operatie "Mercury" 1964
30. De satellietdieven 1964
31. X-15 1965
32. Alarm te Cape Kennedy 1965
33. Het geheim van de spookvliegtuigen 1966
34. Atoomalarm 1967
35. Het dodenescadrille 1967
36. De blauwe engelen 1970
37. De piloot met het leren masker 1971
38. Het dodelijke groene dal 1973
39. Haaien in de Chinese Zee 1977
40. Ghost Queen 1979
41. Operatie Apocalypsis 1983 Francis Bergèse
42. Hellepiloten 1984
43. Vuur uit de hemel 1986
44. De deserteur 1988
45. De geheimen van de Zwarte Zee 1994 Jacques de Douhet
46. Het spooksquadron 1996 Francis Bergèse
47. Verboden gebied 1998
48. Strijd boven de bergen 1999
49. De nacht van de slang 2000
50. Sabotage in Texas 2002
51. Mysterie in Antarctica 2005
52. Vermist 2008
53. Zwarte Cobra 2013 Frédéric Zumbiehl Francis Wilnis
54. Een schaduw in de nacht 2015 Gil Formosa
55. Defcon One 2016
56. Vostok antwoordt niet meer 2018
57. Operatie vektor 2019
58. Het pact 2021
59. Skyborg 2022
60. Air Force One 2023

Buck Danny classic[bewerken | brontekst bewerken]

In 2014 werd begonnen met een zogenoemde "classic" reeks. Hierbij spelen de verhalen van de helden zich wederom af in het verleden.

  • Frédéric Zumbiehl (scenario) en Jean-Michel Arroyo (tekenaar)
  1. Sabres boven Korea, 2014
  2. Duel boven Mig Alley, 2015
  • Frédéric Zumbiehl, Frédéric Marniquet (scenario) en Jean-Michel Arroyo (tekenaar)
  1. De spoken van de rijzende zon, 2016
  2. Duivelseiland, 2017
  3. Operatie ijzeren gordijn, 2018
  4. Rood alarm, 2019
    • Frédéric Zumbiehl, Frédéric Marniquet (scenario) en André Le Bras (tekenaar)
  5. Sea Dart, 2020
  6. Het adelaarsnest, 2021
  7. De XF-108 Rapier, 2022
  8. Molotok 41 antwoordt niet meer, 2023

Buck Danny One Shot[bewerken | brontekst bewerken]

Voor het 70-jarig bestaan van Buck Danny werd een niet afgemaakt verhaal van Jean-Michel Charlier voltooid met behulp van een aantal schrijvers. Francis Bergèse werd ondanks dat hij gestopt was met het tekenen van de Buck Danny strips gevraagd om alsnog de tekeningen te verzorgen voor het eerste album van dit tweeluik.

  • Jean-Michel Charlier, Frédéric Zumbiehl, Patrice Buendia (scenario) en Francis Bergèse (tekenaar)
  1. Blackbirds 1/2 (2017)
  • Frédéric Zumbiehl, Patrice Buendia (scenario), André Le Bras en Gil Formosa (tekenaars)
  1. Blackbirds 2/2 (2017)

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]