Fjodor Dmitrijevitsj Vasiljev
Fjodor Dmitrijevitsj Vasiljev | ||||
---|---|---|---|---|
Portret Fjodor Dmitrijevitsj Vasiljev, 1896
| ||||
Algemene informatie | ||||
Geboren | 25 maart 1871 | |||
Geboorteplaats | Sint-Petersburg | |||
Overleden | 3 september 1917 | |||
Overlijdensplaats | Riga | |||
Land | Rusland | |||
|
Fjodor Dmitrijevitsj Vasiljev (Russisch: Фёдор Дми́триевич Васи́льев) (Sint-Petersburg, Rusland, 25 maart [O.S. 12 maart] 1871 – Riga, Letland, 3 september [O.S. 21 augustus] 1917), was een Russisch dichter en schrijver. Hij was de oudste zoon van een advocaat en een pianiste.[1] Zijn in Rusland bekendste poëziebundels zijn Jabloki Koeljanova (‘De appels van Koeljanov’) en Soemerki vesjtsjej (‘De schemer der dingen’).[2]
Vanaf 1914 woonde Vasiljev in Rostov-aan-de-Don, de stad die hem de bijnaam ‘Dichter van de Don’ bezorgde. Vasiljev sneuvelde op 3 september 1917 tijdens de Slag bij Riga.[3]
In Nederland verscheen een bloemlezing van Vasiljevs gedichten onder de titel Bedevaart (1919, vertaling F.H. van Katwijk, Stichting Paeon).[4]
Bronnen, noten en/of referenties
|