Floris van Montmorency (1580-1659)
Floris van Montmorency | ||||
---|---|---|---|---|
Hoofdambt | Vicaris-generaal | |||
Religie | Rooms-Katholieke Kerk | |||
Orde | Sociëteit van Jezus | |||
Bijnaam | Montmorencium Floris de Montmorency Florentius de Montmorency Florentius à Montmorency Florent de Montmorency Florentin de Montmorency Florens de Montmorency Florence de Montmorency Florentim de Montmorency Florentium de Montmorency Florentio de Montmorency Florencio de Montmorency Flores de Montmorency | |||
Geboortedatum | 1580 | |||
Geboorteplaats | Douai | |||
Sterfdatum | 1659 | |||
Sterfplaats | Antwerpen | |||
Ouders | Louis de Montmorency (1554-1585) Jeanne de Saint-Omer (1554-1584) | |||
Spiritueel ambt | ||||
Ambt | Provinciaal der jezuïeten in de Nederduitse Nederlanden | |||
Periode | 1619-1623 en 1638-1642 | |||
Ander ambt | Provinciaal der jezuïeten in de Vlaamse Nederlanden | |||
Periode | 1623-1627 | |||
Andere ambten | Vicaris-generaal van de Sociëteit van Jezus (1649) | |||
Discipline | ||||
Bekend van | Concordia van 1624 | |||
|
Floris van Montmorency (Douai, 18 november 1580 – Antwerpen, 12 augustus 1659) was een edelman, geestelijke en een hoge bestuurder van de jezuïeten in de Nederlanden in de zeventiende eeuw.
Biografie
[bewerken | brontekst bewerken]Familie
[bewerken | brontekst bewerken]Floris, telg uit een zijtak van een hoogadellijk Frans geslacht, was een zoon van Lodewijk van Montmorency (1554-1585), heer van Beuvry en Johanna van Sint-Omaars, erfvrouwe van de heerlijkheden Moerbeke en Robeke. Zijn oudste broer Frans werd verheven tot graaf van Moerbeke en Stegers en zijn jongere broer Jan (II) zou in 1630 worden verheven tot 1e prins van Robeke.[1]
Geestelijke
[bewerken | brontekst bewerken]Floris van Montmorency trad in 1599 in als jezuïet. Van 1614 tot 1617 was hij rector van de Jezuïtenschool in Lille en aansluitend tot 1619 in zijn geboortestad Douai.[2] In 1619 werd hij aangesteld als provinciaal der Jezuïten in de Nederduitse Nederlanden, in 1627 gevolgd door een benoeming als provinciaal der Jezuïten in de Vlaamse Nederlanden. Zijn hoogste functie betrof zijn benoeming in 1649 als vicaris-generaal van de Sociëteit van Jezus, welke plaatsvond kort na het overlijden van Vincenzo Carafa, generaal-overste van de Sociëteit van Jezus.
De Vlaamse Neolatijnse dichter Jacobus Wallius (1599-1690) wijdde in een lofdicht aan Montmorency: “Ode ad Fl. Montmorencium e S.J. per Flandro-Belgicam praepositum Provincialem. Cum in navi, qua trajecta Ruremundum vehebatur, a Batavis Mosae insidentibus captus, suae Provinciae redderetur”.[2]
Concordia van 1624
[bewerken | brontekst bewerken]In het begin van de zeventiende eeuw duldden Nederlanders maar mondjesmaat katholieke activiteiten in hun land. Omdat met name het werk van jezuïeten met argwaan werden bekeken, zat ook de katholieke kerk in de Nederlanden niet te wachten op hun aanwezigheid, laat staan in groten getale. In 1624 sloot Montmorency daarom op 15 oktober met apostolisch vicaris Philippus Rovenius op diens verzoek de zogenoemde Concordia, waarin onder meer werd vastgelegd dat aantal staties van de jezuïeten in de Nederduitse Nederlanden maximaal 33 mocht bedragen. De Concordia bleef in stand tot 1652, toen apostolisch vicaris Jacobus de la Torre in zijn Concessiones Ephesinae toestond dat dit aantal drastisch mocht worden verhoogd, wat tot conflicten leidde binnen de Rooms-Katholieke Kerk in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden.
Bronnen
- Lodewijk Rogier: Geschiedenis van het katholicisme in Noord-Nederland in de 16e en de 17e eeuw, p. 165-591, Uitgeverij Urbi et orbi, Amsterdam 1947
- Thomas M. McCoog: With Eyes and Ears Open: The Role of Visitors in the Society of Jesus, Uitgeverij BRILL, 2019, ISBN 9004394842
- Jos Andriessen: De Jezuïeten en het samenhorigheidsbesef der Nederlanden, 1585-1648, Uitgeverij De Nederlandsche Boekhandel, 1957
- Antonius Marinus van Lommel: Historische bescheiden omtrent de overeenkomst of Concordia getroffen Ao 1624 (...), Uitgeverij W.R. van Rossum, Utrecht 1877
Verwijzingen
- ↑ Walter Couvreur: Gentse bijdragen tot de kunstgeschiedenis en de oudheidkunde, Volume 20, Uitgeverij De Sikkel, Antwerpen 1967. Gearchiveerd op 17 juni 2019.
- ↑ a b Jozef IJsewijn, Dirk Sacré, red., Gilbert Tournoy, red.: Myricae; Volume 16 van Humanistica Lovaniensia, Supplementa, Uitgeverij Leuven University Press, 2000, ISBN 9058670546. Gearchiveerd op 9 juli 2023.