Floris van Montmorency

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Floris van Montmorency
Montigny
15281570
Floris van Montmorency. Hillebrant van Wouw I.
Stadhouder van Doornik en het Doornikse
Periode 1559−?
Overleden 14 oktober 1570
Simancas
Vader Jozef van Montmorency
Moeder Anna van Egmont
Dynastie Huis Montmorency
Broers/zussen Filips

Blazoen Floris van Montmorency
Portaal  Portaalicoon   Tachtigjarige Oorlog

Floris van Montmorency, baron van Montigny (?, 1528 - Simancas, 14 oktober 1570) was een edelman en diplomaat, ridder van het Gulden Vlies en broer van de onthoofde graaf van Horne, Filips van Montmorency. In de geschiedschrijving wordt hij vaak simpelweg Montigny genoemd.

Filips II van Spanje liet Montigny, liever dan hem voor de uitvoering van de hem opgelegde doodstraf te laten terugkeren naar de Nederlanden, in 1570 in het geheim door wurging om het leven brengen en verspreidde het gerucht dat hij aan ziekte was bezweken.

Biografie[bewerken | brontekst bewerken]

Familie[bewerken | brontekst bewerken]

Hij was de tweede zoon van Jozef van Montmorency en Anna van Egmont, dochter van Floris van Egmont. Zijn moeder zou hertrouwen met Jan van Horne, die het graafschap Horne vermaakte aan zijn broer, Filips.

Opleiding en carrière[bewerken | brontekst bewerken]

Floris kreeg zijn militaire opleiding aan het Franse hof van zijn verwant Anne van Montmorency, connétable van Frankrijk. Hij vergezelde keizer Karel V na diens abdicatie in 1556 naar Spanje. Na zijn terugkeer werd hij door het kapittel van de Orde van het Gulden Vlies verkozen tot ridder, met de steun van Willem van Oranje en tegen de zin van Filips II. Bij zijn vertrek van Filips in 1559 naar Spanje benoemde hij Floris tot stadhouder van Doornik en het Doornikse.

Gezant naar Spanje[bewerken | brontekst bewerken]

In 1562 werd Floris van Montmorency door de Raad van State belast om de grieven over kardinaal Granvelle aan Filips II over te brengen. In 1566 werd hij, samen met Jan IV van Glymes van Bergen, naar het Spaanse Hof afgevaardigd om te trachten de koning te overreden de plakkaten in te trekken, zoals gevraagd door het Eedverbond der Edelen. Hij vertrok alleen, omdat Jan van Glymes een verwonding had opgelopen bij het kolven. Toen deze zich uiteindelijk na veel vertraging bij hem voegde, kwam het bericht dat in de Nederlanden de Beeldenstorm was losgebarsten. Montigny had Filips' woede opgewekt, door hem in het openbaar te berispen wegens diens weigering persoonlijk naar de Nederlanden te komen om de orde te herstellen. Beide afgezanten werden onder huisarrest geplaatst, na dat het nieuws van de arrestatie van Egmont en Horne in Madrid bekend werd en Jan van Glymes zou het jaar erna overlijden. Montigny werd in het kasteel van Segovia gevangengezet. Hij ontkende iets misdaan te hebben, maar getuigen legden belastende verklaringen af en hun geconfisqueerde documenten spraken hem tegen. Montigny werd negen maanden na zijn arrestatie opgepakt tijdens een vluchtpoging.

Ter dood veroordeeld[bewerken | brontekst bewerken]

Simancas Kasteel, waar Montigny werd vastgehouden en gewurgd. Het moest lijken of hij aan een ziekte was overleden.

Na de arrestatie in 1567 van de graaf van Egmont en Floris' broer Filips, graaf van Horne, was ook het lot van Floris van Montigny bezegeld: hij werd, terwijl hij in Spanje in gevangenschap verbleef, door de door Alva opgerichte Raad van Beroerten ter dood veroordeeld. Dit vonnis werd geheim gehouden. Filips' vierde vrouw, Anna van Oostenrijk, de dochter van zijn zuster Maria, was in Brussel en beloofde aan de verwanten en vrienden van Montigny een goed woordje voor hem te doen bij haar aanstaande echtgenoot. Montigny was opgesloten in het kasteel van Segovia, waar de huwelijksplechtigheid zou plaatsvinden. Daarom liet Filips hem in augustus 1570, toen zijn bruid zich voorbereidde om Brussel te verlaten, door kastelaan Don Eugenio de Peralta overbrengen naar het fort Simancas, waar hij betrekkelijke vrijheid genoot. De dag voor Anna aankwam in Santander, liet Peralta een gefabriceerde Latijnse brief achter bij Montigny's appartement met daarin zijn nieuwe vluchtplannen. Hierna kon Montigny opnieuw worden opgesloten. Peralta stelde een brief vol leugens op, zodat die later in Spanje en Vlaanderen publiek gemaakt kon worden. Volgens die brief zou Montigny koorts hebben gekregen en Peralta had een dokter en biechtvader laten komen. In het geheim kwamen een koninklijke rechter, notaris en beul naar Simancas, die Montigny lieten weten dat hij ter dood zou worden gebracht. Montigny biechtte, nam communie en stelde een verklaring op van zijn onschuld. Hij verklaarde, dat hij dankbaar was niet in het openbaar te worden terechtgesteld, dankzij 'de genade en goedheid van de koning', maar 'bleef erbij dat hij onschuldig was'. Na zijn laatste woorden werd hij gewurgd. Daarop vertrokken de rechter, notaris en beul stilletjes, zodat niemand wist dat ze er geweest waren. De notaris en beul moesten op straffe des doods beloven hierover nooit met iemand een woord te wisselen. Peralta kleedde het lichaam van Montigny in het habijt van een franciscaner monnik, om te verhullen dat hij gewurgd was, bracht in het openbaar dat hij overleden was en begroef hem. Al voor Anna Valladolid bereikte, was Montigny dood en begraven. Iedereen geloofde dat Montigny aan een ziekte was gestorven, verkneukelde Filips zich tegenover Alva. Anna's pleidooi om Montigny's leven te sparen, kwam te laat.

Gezien noch Montmorency, noch Jan van Glymes wettige kinderen hadden, stierf hun geslacht in rechte lijn uit en kon de koning zich hun bezittingen toe-eigenen.

Voorouders[bewerken | brontekst bewerken]

Voorouders van Floris van Montmorency
Overgrootouders Johan III van Montmorency (1422-1477)

Gundola van Gent (-1485)
Frederik van Horne (1451-1486)

Philippa van Melun (1455-)
Frederik van Egmont (1440-1521)
∞ 1464
Aleida van Culemborg (1445-1471)
Cornelis van Bergen (1458-1509)
∞ 1481
Maria Margaretha van Zevenbergen
Grootouders Filips van Montmorency, heer van Nijvel (1466-1526)

Margaretha van Horne Vrouwe van Montigny-En-Ostervent (1476-1558)
Floris van Egmont (1470-1539)
∞ 1500
Margaretha van Glymes (1481–1551)
Ouders Jozef van Montmorency

Anna van Egmont (1504-1574)
Floris van Montmorency (1528-1570)

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

  • Charles-Albert de Behault, Le Compromis des nobles et le Conseil des troubles, Bulletin van de Vereniging van de Adel van het Koninkrijk België, april 2023, nr 314, bl.11-56
  • Geoffrey Parker (2014), Imprudent King, A New Life of Philip II, p. 198-99
  • Baron Emile de Borchgrave, Florent de Montigny, Biographie nationale de Belgique, T. 15, 1899, col. 187.
  • Anton van der Lem, Floris van Montmorency, baron van Montigny, Dutch Revolt, Universiteit Leiden
  • Wenzelburger, Theodor, Montmorency, Floris Freiherr von, in: Allgemeine Deutsche Biographie 22, 1885, S. 204-206
  • Louis-Prosper Gachard, La mort de Floris de Montmorency exécuté dans le Château de Simancas, in Bulletin de l'Académie royale de Belgique, XIX, 3ème, p. 105.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]