Gebruiker:Janqen/kladpapier/3

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Uit: Cytoplasma

Celbiologie
De dierlijke cel
Animal Cell
Componenten van een dierlijke cel:
  1. Nucleolus
  2. Celkern
  3. Ribosoom (blauwe puntjes)
  4. Vesikel
  5. Ruw endoplasmatisch reticulum
  6. Golgicomplex
  7. Cytoskelet
  8. Glad endoplasmatisch reticulum
  9. Mitochondrion
  10. Vacuole
  11. Cytosol
  12. Lysosoom
  13. Centrosoom
  14. Celmembraan
Portaal  Portaalicoon  Biologie

Het cytoplasma is alles waar een cel uit bestaat behalve de kern en bij planten ook de celwand. Het cytoplasma tezamen met de kern heet het protoplasma. Vanuit de celkern wordt mRNA het cytoplasma ingestuurd om daar de rol als 'recept' voor eiwitten te gaan vervullen. De gevormde eiwitten gaan op hun beurt de metabole processen in de cel beïnvloeden.

De buitenste laag van het cytoplasma is het celmembraan, dat ervoor zorgt dat het niet vrij de cel uitstroomt.

Het cytoplasma bestaat uit het cytosol (de vloeibare basissubstantie) en de organellen en insluitsels die erin drijven. Het cytosol bestaat uit water, eiwitten, RNA, aminozuren (de bouwstenen van eiwitten), suikers, ionen, en vele andere. Het cytoplasma bestaat voor 60 tot 95% uit water. Plantaardige cellen bevatten vaak een of meer vacuoles, die voornamelijk uit water bestaan, waardoor het watergehalte van de cel zelfs 98% is.

Het cytoskelet is een netwerk van eiwitten dat zich ook in het cytoplasma bevindt en o.a. stevigheid en vorm geeft aan de cel.

Het cytoplasma bevat dus verschillende celorganellen die elk nog eens door een membraan (van gelijke opbouw als het celmembraan) zijn omgeven en dus aparte compartimenten binnen de cel vormen. Dit heeft als voordeel dat er verschillende metabolische processen binnen de compartimenten kunnen doorgaan zonder dat deze elkaar verstoren. Verteringsenzymen bijvoorbeeld worden gevormd in het RER en vervolgens verpakt in lysosomen, want zouden ze vrijkomen in het cytoplasma, dan zouden ze de cel zelf afbreken, met vaak de celdood tot gevolg.