Gebruiker:Karmakolle/prenten

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Bruegels geboorteplaats is niet met zekerheid bekend. Volgens Guicciardini, de enige bron geredigeerd bij leven van de schilder, was hij afkomstig uit Breda. Ook Vasari, blijkbaar voortgaand op een brief van Lampsonius uit 1564, had het over Pietro Brueghel di Breda. Van Mander, de doorgaans goed ingelichte biograaf van Bruegel, schrijft dat hij uit het dorp Breugel bij Breda kwam. Voor mensen die wegtrokken uit hun streek was het vrij gebruikelijk om het toponiem van hun herkomstplaats aan te nemen als achternaam. Problematisch aan Van Manders gegevens is dat Breugel bij Eindhoven ligt en 55 km verwijderd is van Breda. Ook Den Bosch, één van de vier hoofdplaatsen van Brabant, ligt een stuk dichter dan Breda. Het heeft sommigen ertoe gebracht de alternatieve combinatie Brogel bij Bree voor te stellen. Bree werd in het Latijn *Brida* of ook Breda genoemd. Deze plaatsen lagen echter in het Prinsbisdom Luik, terwijl zowel Guicciardini als Van Mander Bruegel als een Brabander bestempelen. Een alternatieve hypothese maakte recent opgang. Ze stelt dat Bruegel in Antwerpen is geboren, plaats waar hij zich in 1551 inschreef bij de schildersgilde. Lidmaatschap stond enkel open voor poorters en het poorterschap was niet verkrijgbaar voor vreemdelingen zonder geld of status. Op het moment van zijn inschrijving had Bruegel nog geen naam gemaakt als kunstenaar. Volgens deze hypothese zouden de (voor)ouders van Bruegel uit het gelijknamige Brabantse dorp verhuisd zijn naar Antwerpen, misschien via Breda. Het zou verklaren waarom Guicciardini en Van Mander die herkomstinformatie weerhouden, terwijl de schilder zelf in Antwerpen was geboren. Zonder archivalische vondsten zal de kwestie wellicht niet kunnen worden beslecht.


Grafisch werk van Pieter Bruegel de Oude

https://fr.wikipedia.org/wiki/Liste_des_dessins_de_Brueghel_l%27Ancien https://commons.wikimedia.org/wiki/Category:Drawings_by_Pieter_Bruegel_the_Elder

Ruim zestig pentekeningen en één eigenhandige ets (Hazenjacht). Landschappen in Italië. Prentontwerper voor Hieronymus Cock In de Vier Winden. Een drietal tekeningen lijken voorbereidende schetsen te zijn voor schilderijen (De doedelzakspeler, De Ganzentroep). Vooral schilder in Brusselse periode, maar occasioneel gaf hij nog blijk van zijn grafisch meesterschap (De imkers).

== De eerste werken van Bruegel dateren van 1552. Het zijn pentekeningen van verbazende kwaliteit, zodat vermoed kan worden dat eerder werk van hem verloren ging. Rond 1553 wordt zichtbaar hoe hij Venetiaanse invloeden binnenbrengt in de Noordelijke landschapskunst. Naar alle waarschijnlijkheid kende hij prenten naar Titiaan en Campagnola uit eerste hand.

Na zijn terugkeer in Antwerpen gebruikte hij zijn reisschetsen voor nieuwe composities, zoals de reeks Grote Landschappen, die na lang debat nu toch aan hem wordt toegeschreven. Als geen ander slaagde Bruegel erin talloze details samen te brengen in een coherent geheel. De gebroeders Joannes en Lucas van Doetecum etsten en graveerden deze landschappen op grote koperplaten, een tijdsintensief proces dat getuigt van de grote intellectuele en commerciële ambities die Cock en Bruegel koesterden. Voor de Latijnse en Nederlandse opschriften die sommige prenten droegen, zijn naar alle waarschijnlijkheid gemunt door beroepsschrijvers die voor Cock werkten. Soms zijn ze al aangebracht op Bruegels tekening, maar dan niet in zijn handschrift en met een andere inkt.

In Antwerpen maakte hij ook nachtmerrieachtige taferelen die hem de reputatie van een tweede Bosch opleverden. De populariteit van Bosch en Bruegel was ongetwijfeld mee verantwoordelijk voor het feit dat Cocks publicaties minder Italianiserend werden. Na zijn verhuizing naar Brussel in 1563 ging Bruegel zich toeleggen op het schilderen en deed hij enkel nog sporadisch grafisch werk. Hij bleef wel trouw aan zijn vriend Cock.

Dankzij gravures kende Bruegels werk een grote verspreiding en hadden zijn vernieuwingen impact op de Europese landschaps- en genreschilderkunst.

Prentmakers[bewerken | brontekst bewerken]

Een groot deel van zijn carrière tekende Bruegel ontwerpen voor In de Vier Winden, de drukkerij-uitgeverij gedreven door zijn vriend Hieronymus Cock en diens vrouw Volcxken Diericx. Ruim de helft van zijn bewaarde grafisch werk was bedoeld als direct model voor drukprenten. Duidelijk te zien is hoe Bruegel zijn tekenstijl aanpaste: de brede stroken maken plaats voor arceringen en stippels die de hand van de graveerder leiden. Cock deed een beroep op specialisten zoals de gebroeders Joannes en Lucas van Doetecum, Frans Huys, Philips Galle en Pieter van der Heyden. Galle was een origineel kunstenaar die vrijer omging met de modellen, terwijl Van der Heyden vooral een getrouwe uitvoerder was. Bruegel lijkt daar rekening mee te hebben gehouden, want de tekeningen voor Van der Heyden zijn gedetailleerder. Slechts bij hoge uizondering verzorgde Bruegel zelf de gravures, waarvan de realisatie veel meer tijd vergde dan het tekenen.

Overzicht[bewerken | brontekst bewerken]

Het hierna volgende overzicht van de prenten van Bruegel is grotendeels chronologisch maar zonder doorbreking van reeksen (bv. de Zeven Hoofdzonden en Zeven Deugden (15), Hermogenes (2), de Seizoenen (2) en de Grote Landschappen (12) en de Zeilschepen (?). Als de prent bewaard is wordt ze afgebeeld, gevolgd door een vroeg exemplaar van een gravure naar de prent.

Enkel ondertekend werk en toeschrijvingen met een hoge graad van zekerheid Titels zijn meestal bedacht door kunsthistorici en kunnen dus enigszins variëren

DE ZEVEN DEUGDEN

Geloof (Fides), 1559
In een kerkinterieur wordt vanop de kansel gepreekt en vinden verschillende sacramenten doorgang: doopsel, biecht, communie en huwelijk. Op een geopende sarcofaag, omgeven door de instrumenten van de passie, staat in nonnenhabijt de vrouwelijke incarnatie van het Geloof met op het hoofd de Tien Geboden. Ze wijst naar de Schrift in haar hand, waarop de duif van de Heilige Geest zit.
Amsterdam, Rijksmuseum
22,5 x 29,5 cm
Brussel, KBR Prentenkabinet
Philips Galle, 1559 of kort nadien


Hoop (Spes), 1559
De Hoop staat op een anker in de woelige zee. Haar attributen (spade, sikkel en bijenkorf) alluderen op de verhoopte oogst. Schipbreukelingen hopen dat ze zich kunnen redden, de visser aan wal dat hij beet heeft.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen
22,5 x 29,5 cm
Brussel, KBR Prentenkabinet
Philips Galle, 1559 of kort nadien


Gematigdheid (Temperantia), 1560
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met achteraan de absurde activiteit van de astronomen en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen
22,5 x 29,5 cm
Wenen, Albertina
Philips Galle, 1560 of later


Gematigdheid (Temperantia), 1560
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met achteraan de absurde activiteit van de astronomen en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen
22,5 x 29,5 cm
Wenen, Albertina
Philips Galle, 1560 of later
Gematigdheid (Temperantia), 1560
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met achteraan de absurde activiteit van de astronomen en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen
22,5 x 29,5 cm
Wenen, Albertina
Philips Galle, 1560 of later
Gematigdheid (Temperantia), 1560
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met achteraan de absurde activiteit van de astronomen en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen
22,5 x 29,5 cm
Wenen, Albertina
Philips Galle, 1560 of later
Gematigdheid (Temperantia), 1560
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met achteraan de absurde activiteit van de astronomen en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen
22,5 x 29,5 cm
Wenen, Albertina
Philips Galle, 1560 of kort nadien





Pentekening op papier van Bruegel Gravure naar Bruegel Beschrijving en uitleg
DE ZEVEN DEUGDEN
De gematigdheid (Temperantia), 1560 Philips Galle, 1560 of later
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met de absurde activiteit van de astronomen linksachter en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen Wenen, Albertina
De gematigdheid (Temperantia), 1560 Philips Galle, 1560 of later
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met de absurde activiteit van de astronomen linksachter en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen Wenen, Albertina
De gematigdheid (Temperantia), 1560 Philips Galle, 1560 of later
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met de absurde activiteit van de astronomen linksachter en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen Wenen, Albertina
De gematigdheid (Temperantia), 1560 Philips Galle, 1560 of later
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met de absurde activiteit van de astronomen linksachter en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen Wenen, Albertina
De gematigdheid (Temperantia), 1560 Philips Galle, 1560 of later
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met de absurde activiteit van de astronomen linksachter en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen Wenen, Albertina
De gematigdheid (Temperantia), 1560 Philips Galle, 1560 of later
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met de absurde activiteit van de astronomen linksachter en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen Wenen, Albertina
De gematigdheid (Temperantia), 1560 Philips Galle, 1560 of later
Omgeven door de wetenschappen en de kunsten verschijnt centraal de personificatie van de Gematigdheid. Terwijl ze zichzelf beteugelt, houdt ze een bril in de hand en een uurwerk op het hoofd. Meer dan in de rest van de reeks is een satirische ondertoon aanwezig, met de absurde activiteit van de astronomen linksachter en ernaast het podium waarop een nar verschijnt. Daaronder keert een schilder aan een ezel zijn rug naar de geldtellers.
Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen Wenen, Albertina

Externe links[bewerken | brontekst bewerken]

Literatuur[bewerken | brontekst bewerken]

  • René van Bastelaer, Les estampes de Peter Bruegel l'ancien, 1908
  • Louis Lebeer, Beredeneerde catalogus van de prenten van Pieter Bruegel de Oude, 1969
  • Hans en Ursula Mielke, Pieter Bruegel. Die Zeichnungen, 1996
  • Nadine M. Orenstein (ed.), Pieter Bruegel the Elder. Drawings and Prints Pdf-document, tent.cat., 2001
  • Manfred Sellink, Bruegel. Het volledige werk, 2011
  • Eva Michel (ed.), Pieter Bruegel. Drawing the World, tent.cat., 2017


Pieter Bruegel besteedde meer dan de helft van zijn kunstenaarscarrière aan het maken van tekeningen en modellen voor gravures en prenten. Pas nadat hij naar Brussel verhuisde ging hij zich meer bezighouden met het schilderwerk.

Tekeningen en prenten[bewerken | brontekst bewerken]

De tekeningen die Bruegel maakte in zijn vroege periode als kunstenaar zijn bijna allemaal landschappen of fantastische allegorieën getekend in de traditie van Jeroen Bosch.Lodovico Guicciardini noemt hem trouwens de tweede Jeroen Bosch[1] Als het aan zijn tekeningen had gelegen had hij vast nooit het “boeren” epitheton gekregen. [2] Bruegel was dus zeker niet de ‘uitvinder’ van het fantastische in de kunst, evenmin van het naturalisme maar hij was wel een meester in beide genres.

Er zijn 61 tekeningen van Bruegel bewaard gebleven[3] wat weinig is, maar wel een enorme hoeveelheid in vergelijking met zijn directe voorlopers zoals Jan van Eyck, Rogier van der Weyden en Jeroen Bosch.[2] Naast de 61 die door Mielke als originelen werden gecatalogeerd zijn er nog zes kopies van tekeningen van Bruegel bekend. Van die 67 zijn er 35 die gediend hebben als ontwerptekening voor gedrukte prenten en in totaal zijn er 84 prenten naar Bruegel bekend, wat betekent dat er dus zeker 49 tekeningen van Bruegel gemaakt als ontwerp voor prenten, verloren zijn gegaan.

Voor zijn tekeningen bouwde Bruegel verder op de traditie van Van Eyck[4] zoals we kunnen opmaken uit diens Heilige Barbara uit 1437 (weliswaar geen pentekening maar een onderschildering op paneel), waarop het landschap op de achtergrond Bruegel’s pentekeningen van een eeuw later aankondigt, met heuvels in de verte, een stad op de heuvelrug, een brede rivier en op de voorgrond de bouwwerf rondom de toren met de werklui in volle activiteit.

Bruegel was al een ervaren landschapstekenaar voor hij aan zijn reis naar Italië begon zoals zijn Rivierlandschap[5] uit 1552 aantoont.[6] Zijn composities, gebaseerd op de studie van de natuur, waren directer en realistischer dan die van zijn belangrijke voorgangers zoals [[Jan van Amstel (kunstschilder)

|Jan van Amstel]], Herri met de Bles, Cornelis Massijs en Joachim Patinir. Hij was in die traditie gevormd en opgegroeid maar zijn directe visie was een nieuwe ontwikkeling.[7] Zijn reis naar Italië liet hem niet onbeïnvloed. Bruegel was een van de eerste noorderlingen om de ontwikkelingen in Italië op het gebied van de compositie in de landschapsschildering te integreren in zijn eigen stijl. Hij heeft hierbij blijkbaar veel opgestoken van het werk van Titiaan en diens leerling Domenico Campagnola.[7] [8] Bruegel werd dus ongetwijfeld beïnvloed door zijn contact met de Italiaanse kunst maar zonder te vervallen in de geïtalianiseerde stijl van veel schilders uit zijn generatie zoals Frans Floris, Lambert Lombard en Maarten de Vos.

Terug in Antwerpen maakt hij voor Cock nog zijn twaalf grote landschappen maar daarna gaat hij zich meer en meer toeleggen op de allegorische fantastische tekeningen in de stijl van Jeroen Bosch. Die was nog steeds populair ruim 50 jaar na zijn dood en belangrijke verzamelaars waren nog altijd geïnteresseerd in zijn werk. Cock heeft hierin waarschijnlijk een lucratieve markt gezien en Bruegel ertoe aangezet om tekeningen in de stijl van Bosch te produceren.[9]

  1. Pietro Brueghel di Breda grande imitatore della scienza & fantasie di Girolamo Bosco, onde n’ha anche acuistato il sopranome di secondo Girolamo Bosco in 'Descrittione di tutti i Paesi Bassi', p. 99D.
  2. a b Martin Royalton-Kisch, Hans Mileke in memoriam, Pieter Bruegel as a Draftsman: The changing Image, in: Pieter Bruegel the Elder. Drawings and Prints, ed. Nadine M. Orenstein, The Metropolitan Museum of Art, Ne York, Yale University Press, New Haven and London, 2001, p. 13.
  3. Volgens de catalogus gepubliceerd door Hans Mielke: Pieter Bruegel: Die Zeichnungen, Brepols – Turnhout, 1996.
  4. Robert Genaille, De Bruegel à G. van Coninxloo: Remarues sur le paysage maniériste à la fin du XVIième siècle, in: Jaarboekvan het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen, 1983 – pp.129-167, p167.
  5. Pentekening in bruine inkt op blauw papier, nu in het Louvre.
  6. Hans Mielke: Pieter Bruegel: Die Zeichnungen, Brepols – Turnhout, 1996, p.6.
  7. a b Martin Royalton-Kisch, 2001, p. 19.
  8. Mielke 1996, p.7.
  9. Martin Royalton-Kisch, 2001, p. 26.