Historia de la vida del Buscón

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Illustratie van een scène uit het boek door Daniel Urrabieta Vierge (1909)

El Buscón is een picareske roman van Francisco de Quevedo uit 1626. De volledige titel is Historia de la vida del Buscón, llamado Don Pablos, ejemplo de vagamundos y espejo de tacaños (Verhaal van het leven van de zwendelaar genaamd Don Pablos, voorbeeld voor vagebonden en spiegel voor schelmen).

Totstandkoming[bewerken | brontekst bewerken]

Het werk bestaat uit drie boeken en moet geschreven zijn rond 1603-1604. Het circuleerde als manuscript tot het in 1626 te Zaragoza werd gedrukt zonder toestemming van de schrijver. Hij zou overigens nooit erkennen dat hij er de auteur van was, waarschijnlijk om problemen met de Inquisitie te vermijden.

Inhoud en stijl[bewerken | brontekst bewerken]

De hoofdpersoon en ik-verteller, Pablos, is een bedelaar-oplichter uit Segovia die zich tot doel stelt een deugdzame edelman te worden. Hoewel hij zijn meesters vaak te slim af is, faalt hij in zijn opzet. Doorheen alle satire wordt de orde van de standenmaatschappij dus bevestigd. Behalve om de karikaturen is het boek ook beroemd om de woordspelingen en andere talige hoogstandjes. De tekst is voorts een interessante bron van informatie over de dieventaal Germanía.

Nachleben[bewerken | brontekst bewerken]

In 1979 verfilmde Luciano Berriatúa het verhaal onder de titel El Buscón, met in de hoofdrol Francisco Algora.

Alain Ayroles en Juanjo Guarnido maakten in 2019 de striproman Les Indes fourbes, die ze presenteerden als het aangekondigde maar nooit gerealiseerde tweede deel van El Buscón. In het Nederlands verscheen het onder de titel Het goud van de zwendelaar.

Nederlandse vertalingen[bewerken | brontekst bewerken]

Zie de categorie La vida del Buscón van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.