Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door PieterJanR(overleg | bijdragen) op 25 feb 2020 om 10:52. (Correcte HTML-code) Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Aan het toernooi namen de clubs in de landelijke zaterdag- en zondagcompetities, de Topklasse en Hoofdklasse, deel in hun eigen district. In de landelijke eindfase streden de zes district bekerwinnaars in twee kwartfinale wedstrijden (hierin waren twee clubs vrijgesteld), twee halve finale wedstrijden en de finale om de amateurbeker.
De titelverdediger was Achilles '29 dat in het seizoen 2010/11 in de finale met 1-0 van Harkemase Boys won. Dit seizoen werd Achilles uitgeschakeld in de vierde ronde van het district Oost door RKHVV na strafschoppen.
Districtsbekers
Opzet
In elk district werd er begonnen in een poule van vier clubs. De winnaar en de nummer twee gingen door naar de knock-outfase. Daarna werden in sommige districten tussenrondes gespeeld om het aantal clubs terug te brengen naar een macht van twee, om knock-outrondes te kunnen spelen (bijvoorbeeld 64 of 128). In andere districten werden enkele clubs vrijgeloot en gingen zo automatisch door naar de derde ronde.
Vanwege het grote aantal clubs in het westen en zuiden van Nederland, zijn er in beide regio's twee districten. Daardoor zijn er zes districten: Noord, Oost, West I, West II, Zuid I en Zuid II.
Van de zes districtswinnaars werden twee clubs vrijgeloot, vier clubs streden om twee plaatsen in de halve finale die ze op eigen terrein mochten spelen.
Vooraf was door loting bepaald dat de winnaar van wedstrijd C in de halve finale het thuisrecht verkreeg. Omdat het veld van Chabab niet aan de door de KNVB gestelde eisen voldeed werd voor de finalewedstrijd uitgeweken naar het terrein van Blauw-Wit (Sportpark Sloten)